Coronavirus: collectieve arbeidsduurvermindering en/of vierdagenweek met lastenverlaging (Update)

Ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering kunnen tijdelijk de arbeidsduur van hun personeel verminderen. Zij genieten een vermindering van de RSZ-bijdragen die zij wel moeten gebruiken om het loonverlies van hun personeel te compenseren.


101041

Ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering kunnen tijdelijk de arbeidsduur van hun personeel verminderen. Ze genieten een vermindering van sociale lasten die ze moeten gebruiken om het loonverlies van hun personeel te compenseren.

Om de tewerkstelling te beschermen na de periode van coronacrisis heeft de regering drie maatregelen genomen:

  1. collectieve arbeidsduurvermindering en/of vierdagenweek met lastenverlaging;
  2. corona-tijdskrediet;
  3. coronalandingsbanen.

Deze drie maatregelen zijn in werking getreden op 1 juli 2020.

In een andere artikel geven wij meer uitleg over het corona-tijdskrediet en de coronalandingsbanen. Hierna geven wij u meer uitleg over de collectieve arbeidsduurvermindering en/of vierdagenweek met lastenverlaging.

1. Privé-ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering

Deze maatregel, zoals de twee andere maatregelen, is enkel van toepassing op ondernemingen uit de privé-sector (cfr. CAO-wet) die erkend zijn als onderneming in moeilijkheden of herstructurering. Om te weten wat een onderneming in moeilijkheden of herstructurering is, grijpt men terug naar de reglementering inzake SWT.

Een onderneming is in moeilijkheden als zij een bepaald verlies registreert in de jaarrekeningen van de 2 boekjaren voor de aanvraag.

Een onderneming is in herstructurering als zij:

  • ofwel collectief ontslag doorvoert uiterlijk binnen de 6 maanden na datum erkenning;
  • ofwel veel gebruik maakt van economische werkloosheid voor arbeiders in het jaar voor de aanvraag (minstens 20% van totaal aantal dagen aangegeven voor arbeiders). Deze laatste voorwaarde is voorbehouden voor ondernemingen met minimum 50% arbeiders.

De periode van erkenning mag ten vroegste een aanvang nemen op 1 maart 2020 en ten laatste op 31 december 2020.

Voor de aanvraag van de tijdelijke corona-maatregelen (tijdelijke collectieve arbeidsduurvermindering en Corona-tijdskrediet) moet een modelformulier ingevuld worden, om erkend te worden als onderneming in moeilijkheden of herstructurering : link hier.

2. Collectieve arbeidsduurvermindering en/of vierdagenweek  met lastenverlaging

2.1. Principe

De werkgevers die vanaf 1 juli 2020 en gedurende de periode van erkenning op een tijdelijke basis een arbeidsduurvermindering met 1/5 of 1/4 invoeren, al dan niet met de invoering van de vierdagenweek, en dit voor alle of enkel voor (een) bepaalde categorie(ën) van werknemers, genieten per werknemer en per kwartaal een doelgroepvermindering van de RSZ-bijdragen. De werknemers van wie de arbeidsduur verminderd werd en die loonverlies leiden, genieten een (gedeeltelijke) looncompensatie ten laste van de werkgever.

2.2. Betrokken werknemers

De maatregel is van toepassing op voltijdse en deeltijdse werknemers (arbeiders en bedienden).

De voltijdse werknemers die hun arbeidsprestaties hebben verminderd in het kader van deze maatregel, blijven zowel arbeidsrechtelijk als op het vlak van de sociale zekerheidsrechten beschouwd worden als voltijdse werknemers.

Wanneer de werkgever gedurende de periode van arbeidsduurvermindering de arbeidsovereenkomst beëindigt zonder naleving van een opzeggingstermijn, dan zal de verschuldigde opzeggingsvergoeding berekend worden op basis van het lopend loon waarop de werknemer op het ogenblik van de beëindiging aanspraak had kunnen maken indien zijn arbeidsduur niet was aangepast.

2.3. Arbeidsduurvermindering

De arbeidsduur moet met ¼ of 1/5 worden verminderd. Deze arbeidsduurvermindering is tijdelijk en mag niet langer zijn dan één jaar. Er is geen minimumperiode voorzien. De periode van arbeidsduurvermindering  moet volledig vallen binnen de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering.

De arbeidsduurvermindering kan zowel toegepast worden op voltijdse als deeltijdse werknemers.

De arbeidsduurvermindering kan al dan niet gepaard gaan met de invoering van een vierdagenweek. Een koninklijk besluit moet nog bepalen wat onder ‘vierdagenweek’ moet worden verstaan.

De arbeidsduur is de werkelijke wekelijkse arbeidsduur of de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van de voltijds tewerkgestelde werknemers, berekend over een periode van een jaar, zoals deze voortvloeit hetzij uit het werkrooster dat in het arbeidsreglement is opgenomen en dat eventueel over een cyclus wordt toegepast, hetzij uit het werkrooster gecombineerd met inhaalrustdagen toegekend in het kader van de vermindering van de arbeidsduur. Deze arbeidsduur is vastgesteld hetzij bij CAO hetzij in het arbeidsreglement.

De nieuwe wekelijkse arbeidsduur zal als grens dienen om de te recupereren en met overloon te betalen overuren te bepalen.

2.4. Ondernemings-CAO of wijziging van het arbeidsreglement

De arbeidsduurvermindering, al dan niet vergezeld van de invoering van de vierdagenweek, moet worden ingevoerd door het sluiten van een ondernemings-CAO indien de onderneming een syndicale afvaardiging heeft. Ondernemingen zonder syndicale afvaardiging mogen werken via een wijziging van het arbeidsreglement.

De regeling moet van toepassing zijn op alle of enkel op (een) bepaalde categorie(ën) van werknemers van de onderneming. Door het sluiten van een ondernemings-CAO of de wijziging van het arbeidsreglement zal de arbeidsduurvermindering van toepassing zijn op alle werknemers die in de CAO of het arbeidsreglement worden aangeduid. Werknemers moeten dus niet expliciet akkoord gaan met de maatregel.

De CAO of het arbeidsreglement:

  • moet uitdrukkelijk vermelden dat ze gesloten of gewijzigd werd in het kader van onderafdeling 8/1 – Tijdelijke arbeidsduurvermindering in het kader van de COVID-19 pandemie – Titel IV, hoofdstuk 7, afdeling 3, van de programmawet (I) van 24 december 2002;
  • moet duidelijk de begin- en einddatum van de tijdelijke aanpassing van de arbeidsduur en,  in voorkomend geval, van de tijdelijke invoering van de vierdagenweek vermelden. De begindatum mag niet vroeger liggen dan 1 juli 2020. De duur van de regeling mag niet meer zijn dan één jaar. Begin- en einddatum ervan moeten volledig vallen binnen de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering;
  • mag geen bepaling bevatten waardoor de regeling stilzwijgend verlengd kan worden;
  • moet voorzien in een tijdelijke vermindering van de arbeidsduur met hetzij 1/5, hetzij ¼ van de arbeidsduur die van kracht was voor de inwerkingtreding ervan;
  • moet ook de toegekende looncompensatie vermelden. Deze looncompensatie moet minstens ¾ belopen van het bedrag van de forfaitaire doelgroepvermindering (zie verder onder punt 6);
  • vermeldt duidelijk, bij invoering van de vierdagenweek, de wekelijkse arbeidsregeling.

Klanten van GROUP S kunnen via hun payroll advisor een model van ondernemings-CAO of clausule op te nemen in het arbeidsreglement bekomen.

Binnen de maand die volgt op de ondertekening van de CAO bezorgt de werkgever daarvan een kopie aan het bevoegd Directiehoofd van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. De CAO moet ook ter registratie neergelegd worden op de griffie van de dienst collectieve arbeidsbetrekkingen van de FOD WASO.

Ingeval de regeling wordt ingevoerd via een wijziging van het arbeidsreglement moet de procedure van wijziging van het arbeidsreglement gevolgd worden.

2.5. RSZ-doelgroepvermindering

De werkgever kan een RSZ-doelgroepvermindering genieten vanaf het kwartaal waarin de arbeidsduurvermindering wordt ingevoerd tot het kwartaal waarin de arbeidsduurvermindering op zijn eind loopt.

De forfaitaire doelgroepvermindering die de werkgever kan genieten is als volgt.

Tabel :

Situatie

Doelgroepvermindering (DMFA Code)

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/5

600 euro per kwartaal per werknemer (3700)

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/4

750 euro per kwartaal per werknemer (3700)

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/5  + vierdagenweek wordt ingevoerd

1000 euro per kwartaal per werknemer (3720)

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/4 + vierdagenweek wordt ingevoerd

1150 euro per kwartaal per werknemer (3720)

De voornoemde bedragen worden toegekend wanneer de werknemer volledige voltijdse kwartaalprestaties heeft geleverd. Ingeval van onvolledige of deeltijdse prestaties zal het bedrag van de vermindering geproratiseerd moeten worden. Dit zal eveneens het geval zijn als de arbeidsduurvermindering in de loop van het kwartaal begint en/of eindigt.

De doelgroepverminderingen voor een arbeidsduurvermindering gekoppeld aan de invoering van een vierdagenweek gelden enkel voor voltijdse werknemers, dus niet voor deeltijdse werknemers.

Deze nieuwe doelgroepvermindering zal cumuleerbaar zijn met de structurele vermindering en met de Sociale maribelvermindering. Zij is niet cumuleerbaar met andere doelgroepverminderingen, dus ook niet met de reeds bestaande doelgroepvermindering collectieve arbeidsduurvermindering en vierdagenweek voor onbepaalde duur.

De doelgroepvermindering wordt geacht definitief te zijn toegekend wanneer vaststaat dat de werkgever aan alle daartoe door of krachtens dezelfde wet bepaalde voorwaarden heeft voldaan. Tot op dat ogenblik zijn zij slechts voorlopig toegekend.

De RSZ is gemachtigd om de genoten doelgroepverminderingen terug te vorderen ingeval de werkgever de bepalingen inzake de arbeidsduur van de arbeidswet van 16 maart 1971 of voorwaarden om de doelgroepvermindering te geniet niet respecteert. Deze terugvordering gebeurt voor elk kwartaal en per werknemer waarop de inbreuk betrekking heeft. De terugvordering is enkel mogelijk indien de inbreuk heeft geleid hetzij tot een minnelijke schikking met de werkgever, hetzij tot een administratieve geldboete, hetzij tot een veroordeling door een strafrechtbank.

2.6. Looncompensatie

Aangezien het de bedoeling is om de kosten voor de werkgever tijdelijk te verminderen, zal deze arbeidsduurvermindering ingevoerd worden met (overeenkomstig) loonverlies.

De werkgever moet dit loonverlies gedeeltelijk compenseren door aan de betrokken werknemers een looncompensatie toe te kennen.

De looncompensatie bedraagt minstens ¾ van het theoretische forfaitaire bedrag van de RSZ-doelgroepvermindering. Voor de 3/4de wordt het bruto bedrag zonder de werkgeversbijdrage beschouwd.

Het gaat hierbij om het forfait waarop de werkgever voor de betreffende werknemer in principe recht heeft, eventueel geproratiseerd naar de deeltijdse en effectieve betaalde prestaties van de werknemer volgens de berekeningswijze opgenomen in de ondernemings-CAO of het arbeidsreglement. De berekening van het complement is dus onafhankelijk van de uiteindelijk toegekende bijdragevermindering (cfr. toepassing van de anti-cumulregels tussen RSZ-doelgroepverminderingen onderling)

Tabel :

Arbeidsduurvermindering

Doelgroepvermindering per kwartaal (€)

Minimale looncompensatie per maand (€)

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/5

600

150

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/4

750

187,50

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/5  + vierdagenweek wordt ingevoerd

1000

250

Arbeidsduur wordt verminderd met 1/4 + vierdagenweek wordt ingevoerd

1150

287,50

Deze looncompensatie mag niet tot gevolg hebben dat het brutoloon van de werknemer én de looncompensatie te samen hoger zijn dan het brutoloon waarop hij recht had vóór de invoering van de tijdelijke vermindering van de arbeidsduur. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de aanpassing van de lonen aan de index en aan de baremieke loonsverhogingen.

Vergeet ook niet dat tijdens de arbeidsduurvermindering de regels inzake minimumloon blijven gelden zowel voor voltijdse als deeltijdse werknemers. Werknemers die volgens barema betaald worden kunnen omwille van de arbeidsduurvermindering niet onder het barema betaald worden. Dit geldt ook voor werknemers die boven barema betaald worden maar door de arbeidsduurvermindering eronder zouden betaald worden. Het is dus mogelijk dat voor bepaalde werknemers een grotere looncompensatie voorzien moet worden teneinde het nationale of sectoraal minimumloon te bereiken.

Deze looncompensatie is loon voor de beschermingswet. Op de looncompensatie moeten ook sociale zekerheidsbijdragen worden berekend.

2.7. DMFA-aangifte

In de DMFA-aangiften voor de kwartalen waarin de doelgroepvermindering wordt toegekend, moet de werkgever afzonderlijk melding maken van:

  • de werknemers waarop het ingevoerde stelsel en de bijdragevermindering betrekking hebben;
  • de datum van inwerkingtreding van het stelsel en de datum waarop het buiten werking treedt;
  • de wekelijkse arbeidsduur van de voltijdse maatman zowel vóór als na de invoering van het stelsel van crisis arbeidsduurvermindering.

Bron: KB n° 46 van 24 juni 2020 tot uitvoering van artikel 5, §1, 5° van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) tot ondersteuning van de werkgevers en de werknemers, BS van 1 juli 2020.