Coronavirus: Tijdelijke werkloosheid vanaf 1 september 2020 : Wanneer nog overmacht ingevolge coronapandemie ? Wanneer economische redenen ?

Vanaf 1 september kunnen enkel nog de ondernemingen die hard getroffen zijn door de coronacrisis tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van de coronapandemie gebruiken. Andere ondernemingen zullen economische werkloosheid moeten gebruiken.


101450

Vanaf 1 september kunnen enkel nog de ondernemingen die hard getroffen zijn door de coronacrisis tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van de coronapandemie gebruiken. Andere ondernemingen zullen economische werkloosheid moeten gebruiken.

Tot 31 augustus 2020 kunnen werkgevers een beroep doen op de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie. Vanaf 1 september 2020 zal dit enkel nog mogelijk zijn voor sectoren en ondernemingen die hard getroffen zijn door de coronacrisis. Andere sectoren en ondernemingen zullen terug moeten gebruik maken van tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen. De regels ervan zullen wel versoepeld worden van 1 september tot en met 31 december 2020.

1. tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van corona

Vanaf 1 september 2020 zullen enkel nog de sectoren en de ondernemingen die hard getroffen zijn door de coronacrisis de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie kunnen toepassen en dit tot 31 december 2020.

1.1. Welke sectoren ?

de sectoren die hard getroffen zijn door de coronacrisis moeten door de Minister van Werk nog bepaald worden. We houden u op de hoogte van zodra dit gebeurd is. Het zijn de sectoren waar de economische activiteit en de tewerkstelling gevoelig verlaagd zijn omwille van de door de Minister van Binnenlandse Zaken genomen dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus te beperken. We denken aan o.a. de HORECA en de evenementensector.

1.2. Welke werkgevers ?

De werkgevers die hard getroffen zijn door de coronacrisis zijn de werkgevers die in het 2de kwartaal 2020 voor minstens 20% van de normaal gewerkte arbeidstijd tijdelijke werkloosheid hebben toegepast. Zowel de dagen tijdelijke werkloosheid ingevolge de coronapandemie als de eventuele dagen tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen, voor arbeiders en bedienden, komen hiervoor in aanmerking. De telling gebeurt op het vlak van de juridische entiteit en niet de technische bedrijfseenheid.

De 20%-voorwaarde zal gecontroleerd worden op de volgende wijze:

  • In de teller van de breuk zet u het aantal dagen tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen en wegens overmacht corona (DmfA-codes 71, 76 en 77) in het tweede kwartaal 2020
  • In de noemer zet u het aantal in dat kwartaal aan de RSZ aangegeven dagen. De dagen aangegeven met de DmfA-codes 30, 50, 51 en 52) zijn wel uitgesloten, namelijk verlof zonder wedde, ziekte en ongeval van gemeen recht, moederschapsbescherming en borstvoedingspauzes (CAO nr. 80), vaderschaps- of geboorteverlof, adoptieverlof en pleegouderverlof (alleen de dagen ten laste van de RIZIV-sector 'uitkeringen').

Het resultaat moet minstens 20% bedragen.

1.3. Welke formaliteiten ?

De werkgever moet een werkloosheidsformulier C106 A HGO (Hard Getroffen Ondernemingen) aan de RVA overmaken waarin hij aantoont dat hij de 20%-voorwaarde vervult of dat hij behoort tot een sector die hard getroffen is door de coronacrisis.

De werkgever moet dit formulier per mail versturen naar de dienst "Tijdelijke werkloosheid" van het werkloosheidsbureau dat bevoegd is voor de plaats waar zijn maatschappelijke zetel gevestigd is. Alhoewel er geen termijn staat op het overmaken van dit formulier aan de RVA is het aangewezen om dit zo snel mogelijk te doen en zeker voor de eerste werkloosheidsdag vanaf 1 september 2020 zodat er bij controle op het terrein duidelijkheid is over het toepasselijk tijdelijke werkloosheidsregime. Krijgt de werkgever een positief antwoord, dan kan hij verder de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie toepassen en dit tot 31 december 2020.

Voor de rest blijven de formaliteiten dezelfde zoals deze waren tot 31 augustus 2020 : geen voorafgaandelijke aangifte en enkel een aangifte van de werkloosheidsdagen via een ASR WECH005. De werknemer moet evenmin een controlekaart hebben.

Let op ! Bouwsector : Hoewel er in principe bij een tijdelijke werkloosheid overmacht corona geen C.3.2.A moet afgeleverd worden, herleeft binnen de bouwsector vanaf 1 september de verplichting dat de arbeiders de C.3.2.A bouw-kaarten terug op zak moeten hebben. Om die reden (en door de confederatiebouw bevestigd bij navraag) wordt aangeraden om deze kaarten hoe dan ook aan de arbeiders af te geven. Vanaf 1 september moeten de nummers van de C.2.3.A-bouw kaarten terug vermeld worden in de DIMONA.

Sinds 8 juli 2020 moet de werkgever de werknemer wel voorafgaandelijk aan de tijdelijke werkloosheid overmacht schriftelijk mededelen dat hij hem in tijdelijke werkloosheid overmacht corona plaatst (zie ons artikel van 8 juli 2020).

2. Tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen

De sectoren en de ondernemingen die niet hard getroffen zijn door de coronacrisis en die vanaf 1 september 2020 alsnog werknemers tijdelijk werkloos willen zetten omwille van redenen te wijten aan het coronavirus, zullen geen beroep meer kunnen doen op de vereenvoudigde procedure van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van het coronavirus. Zij zullen een beroep moeten doen op de stelsels van economische werkloosheid voor arbeiders en bedienden zoals deze bestonden voor de invoering op 13 maart 2020 van de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie. Deze stelsels worden wel tijdelijk, tot 31 december 2020, aangepast om een vlottere toegang ertoe mogelijk te maken.

2.1. Tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor arbeiders

2.1.1. Langere duurtijd schorsingsperiode

van 1 september tot 31 december 2020 zal de werkgever de arbeider tijdelijk werkloos kunnen zetten gedurende:

  • maximum 8 opeenvolgende weken (i.p.v. 4 weken) ingeval van een volledige schorsing met vervolgens een verplichte werkweek alvorens een nieuwe werkloosheidsperiode aan te vangen;
  • maximum 18 opeenvolgende weken (i.p.v. 3 maanden) ingeval van een gedeeltelijke schorsing in een regeling van minder dan 3 arbeidsdagen per week of minder dan één arbeidsweek per twee weken met vervolgens een verplichte werkweek alvorens een nieuwe werkloosheidsperiode aan te vangen.

Indien voor uw Paritair Comité een afwijkende sectorale regeling bestaat die langere termijnen voorziet dan deze hierboven voorzien dan blijven deze langere termijnen van toepassing.

Indien voor uw Paritair Comité een afwijkende sectorale regeling bestaat die kortere termijnen voorziet dan deze voorzien hierboven dan gelden de hierboven vermelde termijnen. U kunt gedurende de overgangsregeling dus ook een volledige schorsing van 8 weken of een grote schorsing van 18 weken aanvragen (dus langer dan wat in uw sectorale regelingen voorzien is).

zie onze sectorale informatie daaromtrent in uw paritair comité op onze website.

2.1.2. Welke formaliteiten ?

Vanaf 1 september 2020 zullen de formaliteiten ingeval van tijdelijke economische werkloosheid zoals die bestonden voor de invoering van de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van het coronavirus opnieuw moeten nageleefd worden :

  • kennisgeving aan de arbeider(s) van de eerste voorziene werkloosheidsdag ten minste zeven kalenderdagen vóór de 1ste voorziene werkloosheidsdag, de dag van de kennisgeving en de eerst voorziene werkloosheidsdag niet inbegrepen. Opdat de tijdelijke werkloosheid zou kunnen ingaan op 1 september 2020 moet de kennisgeving gebeuren uiterlijk 24 augustus 2020. In de bouwsector waar een afwijkende regeling bestaat zal de kennisgeving uiterlijk op 27 augustus 2020 moeten gebeuren;
  • Voorafgaandelijke mededeling versturen aan de RVA op dezelfde dag van de kennisgeving aan de arbeider(s);
  • mededeling aan de ondernemingsraad (of aan de vakbondsafvaardiging bij gebrek aan ondernemingsraad) de dag zelf van de kennisgeving van de voorziene werkloosheid aan de arbeider(s);
  • controleformulier C3.2A afleveren aan de arbeider(s) uiterlijk de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand en vermelding van de gegevens ervan in het validatieboek (elektronisch of op papier bij te houden). in de bouwsector moet de werkgever de controlekaart C.3.A - bouw weer afleveren aan de arbeider en moet de arbeider deze op zak hebben en invullen indien nodig;
  • maandelijkse mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag via de portaalsite van de sociale zekerheid aan de RVA. De werkgever is hiervan vrijgesteld indien hij gedurende de betrokken kalendermaand reeds een mededeling heeft gedaan van een eerste effectieve werkloosheidsdag wegens slecht weer of technische stoornis voor de betrokken arbeider(s);
  • elektronische aangifte - ASR scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid of schorsing  bedienden”(WECH002);
  • elektronische aangifte - ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden” (WECH005).

2.1.3. Wachttijd

De arbeider zal geen wachttijd moeten vervullen om werkloosheidsuitkeringen te kunnen genieten.

2.1.4. Werkloosheidsuitkeringen

Het bedrag van de werkloosheidsuitkeringen waarop de arbeider recht heeft, zal 70% van zijn verloren (geplafonneerd) loon zijn maar zonder RVA-supplement van 5,63 €.

2.2. Tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden

2.2.1. Bestaande algemene regeling

voor de invoering op 13 maart 2020 van de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie was het reeds mogelijk om tijdelijke  werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden in te voeren. Deze bestaande algemene regeling is nog steeds mogelijk als één van de volgende voorwaarden aanwezig is:

  • daling van minimum 10 % van de omzet of de productie in één van de vier kwartalen voorafgaand aan de aanvraag tot invoering van de regeling, vergeleken met hetzelfde kwartaal van een van de twee kalenderjaren die de aanvraag voorafgaat;
  • tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor arbeiders van ten minste 10% van het globaal aantal aan de RSZ aangegeven dagen tijdens het kwartaal voorafgaand aan het kwartaal van aanvraag;
  • daling van minimum 10 % van de bestellingen in één van de vier kwartalen voorafgaand aan de aanvraag tot invoering van de regeling, vergeleken met hetzelfde kwartaal van een van de twee kalenderjaren die de aanvraag voorafgaat;
  • erkenning door de Minister van Werk.

Om deze algemene regeling te kunnen gebruiken moet de werkgever een werkloosheidsformulier C106 A  aan de RVA overmaken waarin hij aantoont dat hij één van deze voorwaarden vervult. Hij moet dit formulier per aangetekend schrijven overmaken aan de dienst "Tijdelijke werkloosheid" van het werkloosheidsbureau dat bevoegd is voor de plaats waar zijn maatschappelijke zetel gevestigd is ten minste 14 dagen vóór de eerste kennisgeving aan de bedienden van de tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen. Wil hij zijn bedienden in tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen zetten, dan moet de werkgever ook gebonden zijn door een cao of een ondernemingsplan.

2.2.1. Nieuwe tijdelijke regeling

Voor de periode van 1 september tot en met 31 december 2020 is het ook mogelijk om tijdelijke  werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden in te voeren als de werkgever kan aantonen dat hij in het kwartaal voorafgaand aan de aanvraag tot invoering van de  economische werkloosheid een substantiële daling van tenminste 10% van de omzet of de productie heeft gekend in vergelijking met hetzelfde kwartaal van 2019.

A. werkloosheidsformulier C106 A CORONA OVERGANGSSTELSEL

Om deze tijdelijke regeling te kunnen gebruiken moet de werkgever een werkloosheidsformulier C106 A CORONA OVERGANGSSTELSEL aan de RVA overmaken waarin hij aantoont dat hij in het kwartaal voorafgaand aan de aanvraag tot invoering van de  economische werkloosheid een substantiële daling van tenminste 10% van de omzet of de productie heeft gekend in vergelijking met hetzelfde kwartaal van 2019.

De werkgever moet dit formulier per aangetekend schrijven overmaken aan de dienst "Tijdelijke werkloosheid" van het werkloosheidsbureau dat bevoegd is voor de plaats waar zijn maatschappelijke zetel gevestigd is ten minste 14 dagen vóór de eerste kennisgeving aan de bedienden van de tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen. Opdat de tijdelijke werkloosheid zou kunnen ingaan op 1 september 2020 zal dit formulier uiterlijk op 10 augustus 2020 moeten verstuurd worden naar de RVA zodat op 24 augustus 2020 de kennisgeving aan de bedienden kan gebeuren. Om de behandeling van het dossier vlotter te laten verlopen adviseert de RVA om het formulier daarnaast ook zo snel mogelijk elektronisch (per mail) te bezorgen aan de bevoegde dienst. De e-mailadressen zijn te vinden op www.rva.be

B. CAO of ondernemingsplan

In het werkloosheidsformulier dat de werkgever aan de RVA moet overmaken moet hij melding maken van het bestaan van een cao of ondernemingsplan dat op hem van toepassing is.

Wil hij zijn bedienden in tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen zetten, dan zal de werkgever namelijk nog altijd gebonden moeten zijn  door een cao of een ondernemingsplan.

De cao kan zowel op sectoraal (zie de sectorale informatie daaromtrent in uw paritair comité op onze website) als op ondernemingsvlak gesloten worden. De CAO n° 147 gesloten op het vlak van de Nationale Arbeidsraad waarop de werkgevers zich konden baseren om bedienden in tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen te zetten zonder daarvoor een CAO of ondernemingsplan te moeten hebben, liep af op 30 juni 2020. De kans bestaat dat deze CAO verlengd zou worden tot eind december 2020. Wij houden u op de hoogte als dit het geval is.

In het ondernemingsplan moet worden aangetoond dat de onderneming in het voorafgaandelijk kwartaal een daling heeft gekend van tenminste 10% van de omzet of de productie in vergelijking met hetzelfde kwartaal van 2019 en moet de werkgever zich ertoe verbinden om de bedienden, op wie de economische werkloosheid wordt toegepast, twee vormingsdagen per maand aan te bieden (zie verder).

Het ondernemingsplan moet worden neergelegd ter griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de FOD WASO.

Een kopie van het ondernemingsplan moet worden overgemaakt aan de ondernemingsraad, bij gebrek aan de vakbondsafvaardiging. Het ondernemingsplan moet niet worden overgemaakt aan de Directeur-Generaal van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de FOD WASO en niet ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Commissie “Ondernemingsplannen”.

Door het feit dat het ondernemingsplan niet moeten worden voorgelegd aan de commissie ondernemingsplannen, kan er wel geen afwijking worden voorzien op het minimum supplement van 5 € per dag werkloosheid dat door de werkgever moet betaald worden.

Op de site van de FOD WASO kan u een model van ondernemingsplan vinden.

C. Twee vormingsdagen

De werkgever moet de bedienden die in economische werkloosheid worden geplaatst 2 vormingsdagen per maand aanbieden.

De FOD WASO deelde ons hieromtrent mee dat op twee verschillende dagen een vorming moet  worden aangeboden aan iedere werknemer, zonder dat daarbij specifieke eisen worden gesteld wat de duur van de vorming betreft, de inhoud ervan of wie ze verstrekt. Een proratisering is niet voorzien in geval van toepassing van een regeling van gedeeltelijke arbeid. Het is de bedoeling dat de opleidingen worden gepland op een werkloosheidsdag. Dit zal sowieso het geval zijn wanneer men volledige tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen toepast, waarbij geen arbeid meer wordt geleverd door de bediende. In dat geval geeft de opleiding geen recht op loon. De opleidingen kunnen door de werkgever echter ook gepland worden op een normale werkdag. In dat geval zal de bediende recht hebben op zijn normaal loon.

D. Langere duurtijd schorsingsperiode

In de tijdelijke regeling die loopt van 1 september tot 31 december 2020 zal de werkgever de bediende tijdelijk werkloos kunnen zetten gedurende:

  • maximum 24 weken per kalenderjaar (i.p.v. 16 weken) ingeval van een volledige schorsing.
  • maximum 34 weken per kalenderjaar (i.p.v. 26 weken) ingeval van een gedeeltelijke schorsing.
E. Welke formaliteiten ?

Vanaf 1 september 2020 zullen de formaliteiten zoals die bestonden voor de invoering van de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht omwille van het coronavirus opnieuw moeten nageleefd worden.

  • kennisgeving aan de bedienden van de eerste voorziene werkloosheidsdag ten minste zeven kalenderdagen vóór de 1ste voorziene werkloosheidsdag, de dag van de kennisgeving en de eerst voorziene werkloosheidsdag niet inbegrepen. Opdat de tijdelijke werkloosheid zou kunnen ingaan op 1 september 2020 moet de kennisgeving gebeuren uiterlijk 24 augustus 2020;
  • Voorafgaandelijke mededeling versturen aan de RVA op dezelfde dag van de kennisgeving aan de bedienden;
  • mededeling aan de ondernemingsraad (of aan de vakbondsafvaardiging bij gebrek aan ondernemingsraad) de dag zelf van de kennisgeving van de voorziene werkloosheid aan de bedienden;
  • controleformulier C3.2A afleveren aan de bediende uiterlijk de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand en vermelding van de gegevens ervan in het validatieboek (electronisch of op papier bij te houden);
  • maandelijkse mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag via de portaalsite van de sociale zekerheid aan de RVA;
  • elektronische aangifte - ASR scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid of schorsing  bedienden”(WECH002);
  • elektronische aangifte - ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden” (WECH005).
F. Wachttijd

De bediende zal geen wachttijd moeten vervullen om werkloosheidsuitkeringen te kunnen genieten.

G. Werkloosheidsuitkeringen

Het bedrag van de werkloosheidsuitkeringen waarop de bediende recht heeft, zal 70% zijn van zijn (geplafonneerd) loon maar zonder het RVA-supplement van 5,63 €.

H. Supplement

Ingeval van tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen is de werkgever verplicht om aan de bediende een supplement te betalen bovenop de tijdelijke werkloosheidsuitkeringen.  De bediende heeft recht op de aanvullende vergoeding per dag tijdelijke werkloosheid zoals bepaald in het ondernemingsplan (= het bedrag voorzien voor de arbeiders met een minimum van 5 euro per dag) of in de CAO (= het bedrag voorzien voor de arbeiders met een minimum van 2 euro per dag).

2.2.3. Onderneming heeft reeds een algemene regeling ingevoerd

De ondernemingen die voor de invoering op 13 maart 2020 van de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie reeds tijdelijke  werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden hadden ingevoerd en bijgevolg vanaf 13 maart 2020 overgestapt zijn naar de vereenvoudigde procedure tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de coronapandemie, kunnen vanaf 1 september 2020 de algemene regeling van tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden verder toepassen zonder dat zij opnieuw enige formaliteiten moeten vervullen.

In dat geval bedraagt de periode van tijdelijke werkloosheid:

  • maximum 16 weken ingeval van een volledige schorsing.
  • maximum 26 weken ingeval van een gedeeltelijke schorsing.

Teneinde te vermijden dat dit maximum zou opgebruikt geraken, kan het aantal weken worden verhoogd met 8 weken (dus in totaal 24 of 34 weken) op voorwaarde dat de onderneming het nodige doet om gebruik te kunnen maken van de tijdelijke regeling tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor bedienden.

Opgelet: de RVA zal het aantal weken dat de werkgever al zou hebben gebruikt tijdens de periode vanaf 13 maart 2020 tot en met 31 augustus 2020, niet in rekening brengen, omdat de economische redenen in die periode worden geherkwalificeerd als overmacht. De werkgever gaat dus best eerst na of hij wel bijkomende weken nodig heeft.

Wettelijke bronnen :

  • Koninklijk besluit nr. 46 van 26 juni 2020  tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5° van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) tot ondersteuning van de werkgevers en de werknemers, BS, 1 juli 2020
  • Koninklijk besluit van 15 juli 2020 tot verlenging van de maatregelen genomen op vlak van werkloosheid in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (I) (BS van 17 juli 2020)