Detachering van werknemers in België en Limosa-aangifte: nieuw vanaf 1 februari 2018

Van 
88963

Vanaf 1 februari 2018 worden de verplichtingen van de werkgevers inzake de aanduiding van een verbindingspersoon en de Limosa-aangifte verduidelijkt door uitvoeringsmaatregelen van de Belgische wet inzake detachering van werknemers.

In onze artikels van 16 januari 2017 en van 4 oktober 2017 deelden we u de nieuwigheden mee die inzake detachering van werknemers werden ingevoerd door de wet van 11 december 2016 houdende diverse bepalingen inzake detachering van werknemers (1). Het betrof in het bijzonder de verplichting van de buitenlandse werkgever om een verbindingspersoon belast met het contact met de inspectiediensten in België aan te duiden.

Op 1 februari 2018 zijn bijkomende uitvoeringsmaatregelen (2) ter zake werking getreden. We geven u hierna de inhoud ervan.

  1. Verplichting om de gegevens van de verbindingspersoon aan te geven voor de werkgevers die vrijgesteld zijn van de Limosa-aangifte.

Sinds 1 oktober 2017 moesten de identificatie- en contactgegevens van de verbindingspersoon worden vermeld in de Limosa-aangifte. Sommige werkgevers zijn echter vrijgesteld van een dergelijke aangifte en moeten de contactgegevens van de verbindingspersoon dan ook niet meedelen via de Limosa.

De nieuwe maatregelen die vanaf 1 februari 2018 van toepassing zijn, verplichten deze werkgevers om de contactgegevens van de verbindingspersoon toch mee te delen en dit via de procedure die we hierna beschrijven.

Op welke werkgevers heeft dit betrekking?

Het betreft werkgevers die de volgende activiteiten uitoefenen:

  • wegvervoer van personen dat valt onder de bevoegdheid van het paritair comité voor het vervoer en de logistiek (behalve taxi's) en het paritair subcomité voor de autobussen en autocars (PC 140, 140.01, niet PC 140.02), met uitzondering van activiteiten die op het Belgisch grondgebied bestaan uit cabotage of doorvoer;
  • wegvervoer van goederen dat valt onder de bevoegdheid van het paritair subcomité voor het wegvervoer en de logistiek voor rekening van derden (PSC 140.03), met uitzondering van activiteiten die op het Belgisch grondgebied bestaan uit cabotage of doorvoer;
  • initiële assemblage en/of eerste installatie van een goed die een wezenlijk bestanddeel uitmaken van een overeenkomst voor de levering van goederen en die noodzakelijk zijn voor het in werking stellen van het geleverde goed en die uitgevoerd worden door gekwalificeerde en/of gespecialiseerde werknemers van de leverende onderneming, wanneer de duur van de bedoelde werken niet meer dan 8 dagen bedraagt, met uitsluiting van de activiteiten in de bouwsector.

Welke informatie over de verbindingspersoon moet worden meegedeeld?

  • Naam, voornaam en geboortedatum van de verbindingspersoon of zijn Belgisch identificatienummer bij de sociale zekerheid;
  • De hoedanigheid waarin deze verbindingspersoon optreedt;
  • Zijn fysiek en mailadres en een telefoonnummer waar hij bereikbaar is.

Hoe deze informatie meedelen?

De betrokken werkgevers delen bovengenoemde informatie als volgt mee aan de sociaal inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg:

  • ofwel via e-mail verzonden naar SPOC.LabourInspection@employment.belgium.be
  • ofwel via post verzonden naar het volgend adres: FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten, Centrale Administratie,  Ernest Blerotstraat 1, 1070 Brussel.
  1. Vrijstelling van het bijhouden van bepaalde sociale documenten

Ten slotte bevatten de nieuwe bepalingen twee nieuwe vrijstellingen inzake het bijhouden van bepaalde sociale documenten. Deze twee vrijstellingen hebben betrekking op een specifieke werknemerscategorie die activiteiten van een beperkte duur uitvoert in België (hier bedoelt men onder andere diplomaten, vorsers, kunstenaars ...).

  1. Werkgevers die substantiële activiteiten verrichten in een ander land dan België waren vroeger vrijgesteld van het bijhouden van de loonafrekening en de individuele rekening op voorwaarde een kopie van gelijkwaardige documenten uit hun land van herkomst en een vertaling te bezorgen. Vanaf 1 februari 2018 is de vrijstelling zelfs bij gebrek aan dergelijke gelijkwaardige documenten van toepassing.
  2. Voortaan is elke werkgever vrijgesteld van de verplichting om bepaalde sociale documenten te bezorgen wanneer de gedetacheerde werknemers niet meer dan één jaar in België tewerkgesteld zijn.

Het betreft de volgende documenten en de vertaling ervan:

  • een kopie van de arbeidsovereenkomst van de gedetacheerde werknemer of een gelijkwaardig document;
  • de informatie met betrekking tot de vreemde valuta die dienst doet als betaling van het loon, de voordelen in geld of in natura verbonden aan de tewerkstelling in het buitenland, de voorwaarden van repatriëring van de gedetacheerde werknemer;
  • de arbeidstijdenoverzichten die begin, einde en duur van de dagelijkse arbeidstijd van de gedetacheerde werknemer aangeven;
  • de betalingsbewijzen van de lonen van de gedetacheerde werknemer.

NB :  als de werknemers in België gedetacheerd zijn voor een tewerkstellingsduur van meer dan één jaar zijn deze documenten vereist.

  1. Controlebevoegdheid van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten

De nieuwe maatregelen bepalen ook dat de inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO bevoegd zijn om de naleving van voormelde bepalingen te controleren.

 

Bronnen :

  1. wet van 11 december 2016 houdende diverse bepalingen inzake detachering van werknemers, in werking getreden op 30 december 2016, BS, 20 december 2016.

  2. koninklijk besluit van 5 december 2017 houdende diverse maatregelen inzake detachering van werknemers, in werking getreden op 1 februari 2018, BS, 18 december 2017.