In de loop van het schooljaar 2017-2018 krijgt u misschien een stageaanvraag van een student. Waarop moet u letten als u een stageaanvraag aanvaardt?
Om wat te doen?
Het doel van een stage is een persoon, meestal een student, kennis te laten opdoen. Via deze stage moet u bijdragen tot de opleiding van de student. Onder het mom van een stageovereenkomst kunt u dan ook geen werk laten verrichten zonder u te bekommeren om de opleiding van de stagiair.
Welke overeenkomst?
Bij gebrek aan specifieke reglementering moet voor een stage een beroepsinlevingsovereenkomst (BIO) worden gesloten. Deze overeenkomst moet uiterlijk worden ondertekend op het ogenblik dat de uitvoering van de stage begint. Ze moet een aantal verplichte vermeldingen bevatten en in de toekenning van een minimale vergoeding voorzien.
Vele stages ontsnappen echter aan de verplichting om een BIO te sluiten. De wet bepaalt gevallen waarin geen BIO moet worden gesloten.
Het betreft de volgende twee situaties:
- de arbeidsprestaties uitgevoerd door een leerling of student bij een werkgever in het kader van de opleiding die hij volgt in een onderwijsinstelling of opleidingscentrum, voor zover de totale duur van deze arbeidsprestaties geen 60 dagen bij dezelfde werkgever of stagemeester overschrijdt in de loop van een school- of academiejaar;
- de stages waarvan de duur expliciet wordt vastgesteld door de bevoegde overheid binnen het kader van een cursus die leidt tot het afleveren van een diploma, een getuigschrift of een bewijs van beroepsbekwaamheid.
Stageaanvragen komen vaak van studenten die een opleiding volgen waarvan het programma voorziet in een bedrijfsstage van een zekere duur. In dat geval moet u geen BIO opmaken. In de meeste gevallen zal de onderwijsinstelling u een modelovereenkomst bezorgen die opgesteld werd door de onderwijsinstelling waar de opleiding plaatsheeft en de voornaamste regels voor de uitvoering van de stage bevat (duur, aantal uren, verplichtingen van de partijen, regels inzake schorsing of verbreking).
Moet u een loon betalen aan de stagiair?
Als u een BIO moet sluiten, hebt u geen keuze. U moet dan een minimale vergoeding toekennen. Daarnaast kan ook de overeenkomst die door de school wordt verstrekt de verplichting bevatten om een vergoeding te betalen.
Moet de stagiair bij de RSZ worden aangegeven?
In principe moet elke stagiair bij de RSZ worden aangegeven via een DIMONA-aangifte.
De volgende stagiairs moeten niet worden aangegeven:
- stagiairs van wie de arbeidsprestaties niet meer bedragen dan 60 dagen bij dezelfde werkgever of stagemeester in de loop van een school- of academiejaar;
- stagiairs van wie de stageduur expliciet wordt vastgesteld door de bevoegde overheid binnen het kader van een cursus die leidt tot het afleveren van een diploma, een getuigschrift of een bewijs van beroepsbekwaamheid.
Welke stages zijn aan de RSZ onderworpen?
Er is geen onderwerping als de stage onbezoldigd is.
Als de stagiair daarentegen wordt bezoldigd, moet men nagaan of hij cumulatief voldoet aan de 6 voorwaarden van leerling alternerende opleiding:
- de opleiding bestaat uit een deel uitgevoerd op de werkvloer (‘werken’) en een deel binnen - of op initiatief en verantwoordelijkheid van een onderwijs- of opleidingsinstelling (‘leren’). Deze twee onderdelen beogen de uitvoering van één opleidingsplan, zijn op elkaar afgestemd en wisselen elkaar geregeld af;
- de opleiding leidt tot een beroepskwalificatie;
- het deel 'werk' voorziet op jaarbasis een gemiddelde arbeidsduur van minstens 20 uur per week, zonder rekening te houden met de feest- en vakantiedagen;
- het deel ‘leren’ bedraagt minstens (uren berekend in verhouding tot de totale duur van de opleiding waarbij de lesuren waarvoor de leerling eventueel een vrijstelling geniet toegekend door de onderwijs- of opleidingsinstelling in mindering mogen worden gebracht):
- 240 lesuren voor deeltijds leerplichtigen en
- 150 lesuren voor jongeren die niet meer deeltijds leerplichtig zijn
- beide delen (werk/studie) worden uitgevoerd in het kader van en worden gedekt door één enkele overeenkomst waarbij de werkgever en de leerling betrokken partij zijn;
- de overeenkomst voorziet een financiële bezoldiging voor de leerling ten laste van de werkgever die als loon moet worden beschouwd.
Als deze voorwaarden voldaan zijn, is de stagiair aan de RSZ onderworpen.
Welke verzekeringen?
Als de student niet moet worden onderworpen aan de sociale zekerheid, bent u niet verplicht hem tegen arbeidsongevallen te verzekeren. De werkgever moet er echter voor zorgen een verzekering tegen arbeidsongevallen van gemeen recht af te sluiten als de onderwijsinstelling dit risico niet dekt via haar eigen verzekeringspolis. Als voor de stage een BIO werd gesloten, is de stagiair gedeeltelijk gevrijwaard van aansprakelijkheid: hij kan enkel aansprakelijk worden gesteld voor zijn zware fout, zijn bedrog en zijn gewoonlijke lichte fouten.
Ook geldig voor stages van buitenlandse studenten?
Voor een student van een buitenlandse instelling die in België stage komt lopen, gelden dezelfde regels. In dat geval zal het echter moeilijker zijn om te bepalen of de verplichting tot het sluiten van een BIO kan worden uitgesloten omdat men niet altijd kan controleren of de stageduur wel degelijk door een bevoegde overheid werd vastgesteld.