Hier rookt men niet ! Ook geen e-sigaret

Van 
80539

Het rookverbod op arbeidsplaatsen is algemeen gekend. Onwetendheid bestaat nog over de specifieke ruimten waar al dan niet gerookt mag worden. Sporadisch zijn er problemen met werknemers die hun arbeidsrooster niet naleven omwille van een rookverslaving.

Recent geraakt het gebruik van de e-sigaret meer verspreid. Bij een e-sigaret wordt er geen tabak gerookt. Er wordt daarentegen op elektronische wijze vloeistof verdampt om te inhaleren; nicotine wordt al dan niet toegevoegd. Dit fenomeen wordt ‘dampen’ genoemd. Is dampen vanuit juridisch standpunt toegestaan op de werkvloer? Hoe gaat u als werkgever met dit fenomeen om?

Waar geldt het rookverbod?

Roken is verboden op elke arbeidsplaats – ongeacht of dit binnen of buiten de onderneming gebeurt of nog, in een gesloten of open ruimte.

Onder een gesloten ruimte verstaat men een plaats afgesloten door wanden en voorzien van een plafond of zoldering. Bijgevolg is roken in een afgesloten (zelfs persoonlijke) bureau eveneens verboden. Ook het roken in dienstwagens, hangars, opslagplaatsen, … is verboden.

Het rookverbod gaat verder: het is verboden te roken in elke open of gesloten ruimte binnenin de onderneming of de inrichting waar de werknemer toegang tot heeft. Dit betekent dat de werknemer evenmin mag roken in de plaatsen van de onderneming waar niet gewerkt wordt, bijvoorbeeld in de gang, de traphal, het toilet, de lift, de refter, de garage, …

U kan wel toestaan dat er gerookt wordt in open lucht, bijvoorbeeld op de binnenkoer.

Ook heeft u de keuze om een rookkamer te installeren op voorwaarde dat het CPBW (bij gebrek daaraan de syndicale afvaardiging of nog, bij gebrek daaraan, de werknemers zelf) een voorafgaand advies heeft uitgebracht over deze mogelijkheid.

In ieder geval moet de rookkamer in een afzonderlijk lokaal, voorzien van voldoende verluchting of een rookafzuigsysteem, worden ingericht.

Arbeid verricht in een privéwoning is niet onderworpen aan het rookverbod. Het is dus mogelijk dat er gerookt wordt in een privéwoning waar thuisarbeid of telewerk wordt verricht, evenals om het even welke zorgverstrekking aan huis. Wanneer u als werkgever zou beslissen om werknemers te werk te stellen in uw privéwoning moet het rookverbod wel weer worden nageleefd.

Het spreekt voor zich dat roken eveneens verboden is in het vervoermiddel voor gemeenschappelijk vervoer van en naar het werk dat u eventueel ter beschikking stelt van personeel.

Tot slot bent u verplicht om de nodige maatregelen te nemen om derden die zich in de onderneming bevinden, te informeren over de maatregelen voor het rookverbod. 

E-sigaret is ook verboden

Wanneer een werknemer gebruikt maakt van een e-sigaret dan wordt dit ‘dampen’ genoemd. De vloeistof wordt op elektronische wijze verdampt en kan geïnhaleerd worden. Dit verschilt dus van ‘roken’.

Dampen op het werk is eveneens verboden. De wetgeving die roken verbiedt, verbiedt immers ieder element dat tot roken kan aanzetten of laat geloven dat roken toegestaan is. Op basis van dit wetsartikel mag er niet gedampt worden op het werk – zelfs niet wanneer de werkgever dit zou willen toestaan.

Wat kan u doen?

Indien u niet de nodige maatregelen zou nemen om roken en dampen op het werk te verbieden, kan de sociale inspectie strafsancties aan u opleggen.

Uw werknemers informeren

U moet uw werknemers informeren dat ook het gebruik van de e-sigaret of andere toestellen om te dampen – al dan niet voorzien van nicotine – in de onderneming verboden zijn.

Uw arbeidsreglement wijzigen

Wij raden aan om het arbeidsreglement te wijzigen. U kan in uw arbeidsreglement roken en dampen toevoegen aan de lijst van gedragingen die verboden.

U kan een straf voorzien voor de werknemer die het rook- en dampverbod opgelegd in de firma overtreedt. Alleen de bij het arbeidsreglement voorziene straffen mogen worden opgelegd en dit onder de bepaalde voorwaarden:

  • de straffen moeten uiterlijk de eerste werkdag na die waarop de tekortkoming is vastgesteld, door de werkgever ter kennis worden gebracht van de betrokken werknemer;
  • vóór de datum van de eerstvolgende uitbetaling van het loon moet de werkgever de opgelegde straf inschrijven in een register waarin tegenover de naam van de betrokken werknemer, de datum, de reden, alsmede de aard van de straf en indien het een boete betreft, het bedrag ervan, worden vermeld;
  • indien de straf bestaat in een geldboete mag het totaal van de per dag opgelegde boeten niet meer bedragen dan 1/5de van het dagloon;
  • de opbrengst van de geldboeten moet worden aangewend ten voordele van de werknemers. De bestemming van de opbrengst van de geldboeten kan pas na overleg met de ondernemingsraad – indien aanwezig – worden vastgelegd.

U kan in uw arbeidsreglement roken en dampen toevoegen aan de lijst van feiten die een ontslag om dringende reden rechtvaardigen.

Ontslag om dringende reden?

Een overtreding van het rook- en dampverbod rechtvaardigt niet zonder meer een ontslag om dringende reden. Wanneer een werknemer dit verbod voor een eerste maal overtreedt, dan raden wij aan om per aangetekend schrijven een verwittiging te versturen. Het is enkel wanneer de werknemer dit verbod meermaals heeft overtreden en / of er bijzondere omstandigheden voorhanden zijn, dat een ontslag (om dringende reden) gerechtvaardigd kan zijn.

Mede gelet op de formele procedure die bij een ontslag om dringende reden moet worden nageleefd, raden wij u aan om voorafgaandelijk aan een ontslag om dringende reden steeds contact op te nemen met Group S.

Toezicht op uurrooster

Als werkgever kan u toezien dat uw werknemers het overeengekomen uurrooster naleven. U moet rokers of dampers niet méér (rook- of damp)pauzes toekennen. Meer zelfs, dit kan beschouwd worden als discriminatie ten aanzien van andere werknemers. Een werknemer-roker of een werknemer-damper heeft dus niet het recht om zich naar buiten (lees: in de open lucht) of de rookkamer te begeven wanneer hij nood heeft om te roken / dampen.

In diezelfde lijn moet het CPBW (bij gebrek daaraan de syndicale afvaardiging of nog, bij gebrek daaraan, de werknemers zelf) – wanneer er een rookkamer werd geïnstalleerd – niet enkel een voorafgaand advies uitbrengen over deze mogelijk, maar eveneens een voorafgaand advies uitbrengen over de regeling van de toegang tot dit lokaal tijdens de werkuren.

Volledig rook- en dampverbod

De werkgever heeft de mogelijkheid om roken en dampen volledig te verbieden – dus ook in open lucht – op het terrein van de arbeidsplaats. Dit verbod wordt regelmatig toegepast aan de ingang van het gebouw voor cliënteel.