Kosten eigen aan de werkgever op fiscale fiches: wijzigingen vanaf 2022

article image Van 

De fiscale fiches moeten vanaf inkomstenjaar 2022 eveneens de op bewijsstukken gebaseerde terugbetaalde kosten eigen aan de werkgever vermelden, alsook de forfaitaire kostenvergoedingen gebaseerd op ernstige en met elkaar overeenstemmende normen. De wijzigingen gelden voor werknemers en bedrijfsleiders.

Situering

Voor de opmaak van de fiscale fiches 281.10 maakt de FOD Financiën een onderscheid tussen drie types van kosten eigen aan de werkgever die hij terugbetaalt aan werknemers:

  • forfaitaire vergoedingen vastgesteld ‘overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen’;
  • niet-forfaitaire vergoedingen, vastgesteld op basis van bewijsstukken (bvb. facturen of kastickets).
  • forfaitaire vergoedingen die niet ‘overeenkomstig ernstige normen’ zijn vastgesteld.

Nu wordt op de fiscale fiche aangeven welke type(s) aan terugbetalingen plaatsvonden in het betrokken inkomstenjaar. Qua te vermelden bedragen moet dit enkel vermeld worden ingeval van forfaitaire vergoedingen die niet overeenkomstig ernstige normen werden vastgesteld. Voor de twee andere types is het bedrag niet vereist.

Voor dit alles voorzag de fiscale fiche tot en met het inkomstenjaar 2020 louter één lijn (vak 27, onderdeel b).

Ernstige vs. niet-ernstige normHet begrip ‘forfaitaire vergoedingen vastgesteld overeenkomstige ernstige en met elkaar overeenstemmende normen’ wordt niet gedefinieerd in de regelgeving. Algemeen wordt aangenomen dat hieronder vallen:
(a) de forfaitaire vergoedingen eigen aan de werkgever die de overheid zelf aan haar ambtenaren toekent. Het voorbeeld bij uitstek is de forfaitaire kilometervergoeding voor dienstverplaatsingen. Maar ook bijvoorbeeld de dagvergoedingen voor binnenlandse en buitenlandse dienstreizen vallen hieronder, alsook de recente geregelde forfaitaire kantoorvergoedingen voor thuiswerk.
Dit voor zover uiteraard alle voorwaarden ter zake gerespecteerd worden. Indien een werknemer bijvoorbeeld niet gemiddeld één werkdag per week thuis werk, beoordeeld op maandbasis, dan moet een werkgever uiterst behoedzaam zijn om voormelde forfaitaire kantoorvergoeding op te geven als  een forfaitaire vergoeding vastgesteld overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen. In dit geval zal de kantoorvergoeding veelal thuishoren onder de forfaitaire vergoedingen die niet overeenkomstig ernstige normen zijn vastgesteld.
(b) de forfaitaire vergoedingen die door de werkgever zijn uitgewerkt op basis van een voldoende onderbouwd dossier dat in detail staaft dat de toegekende vergoeding zo nauw mogelijk overeenstemt met de reële kosten eigen aan de werkgever die de werknemer draagt. Idealiter maakt de werkgever deze oefening op regelmatige tijdstippen, opdat de toegekende vergoeding zo nauw mogelijk blijft aansluiten bij de reële kosten die de werknemer draagt.
Een voorzichtige werkgever legt zijn voorstel voorafgaandelijk voor aan de Dienst Voorafgaandelijke Beslissing met het oog op een fiscale ruling. Zonder een fiscale ruling mag men zich verwachten aan een nauwgezet toezicht door de FOD Financiën.
Andere forfaitaire vergoedingen horen veelal thuis onder de forfaitaire vergoedingen die niet overeenkomst ernstige normen zijn vastgesteld.
Merk overigens op dat de door de RSZ aanvaarde forfaitaire vergoedingen niet per definitie gekwalificeerd mogen worden als forfaitaire vergoedingen vastgesteld overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen. Soms kent de fiscale reglementering het rsz-forfait überhaupt niet (bvb. de carwash-vergoeding) en soms kent de fiscaliteit andere voorwaarden (bvb. de baanvergoeding).
Deze opmerking geldt overigens ook in omgekeerde richting: de RSZ aanvaardt niet per definitie de forfaitaire vergoedingen die de fiscus beschouwd als zijnde vastgesteld volgens ernstige en met elkaar overeenstemmende normen. Bvb. een door een fiscale ruling gekwalificeerde forfaitaire vergoeding overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen, impliceert niet automatisch dat de RSZ het forfait zonder meer aanvaardt als een rsz-vrije kost eigen aan de werkgever.

Vanaf inkomstenjaar 2021 werden de terugbetaalde kosten reeds op een andere wijze vermeld op de fiscale fiches: i.p.v. één enkele lijn vermeldt de fiscale fiche drie lijnen, één per type vergoeding. Voor inkomstenjaar 2021 was deze aanpassing louter van redactionele aard. Bijgevolg moest men er louter het bedrag vermelden in geval van forfaitaire vergoedingen die niet overeenkomstig ernstige normen werden vastgesteld. Dus vooralsnog geen te vermelden bedragen voor de twee andere types.

Wijziging vanaf inkomstenjaar 2022: vermelding van de bedragen van elk type

Vanaf inkomstenjaar moet voor elk van de drie types het bedrag aan terugbetalingen vermeld worden.

Vanaf inkomstenjaar verkrijgt de fiscus bijgevolg een beter inzicht van de terugbetaalde kosten eigen aan de werkgever krijgen. De hoogte van forfaitaire vergoedingen die – terecht of onterecht – gedeclareerd worden als een vergoeding vastgesteld overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen kan de fiscus vandaag immers relatief moeilijk nagaan.

In antwoord op een parlementaire vraag heeft de minister van Financiën medegedeeld dat de ficheverplichting die ten aanzien van variabele kostenvergoedingen werd ingevoerd, niet geldt als de vergoeding slechts de terugbetaling vormt van de bedragen die een werknemer of een bedrijfsleider heeft voorgeschoten bij de betaling van goederen of diensten die de werkgever of vennootschap zelf op eigen naam aangekocht heeft ( Vr. en Antw. Kamer, 5 april 2022, nr. 55-82, 120).

De fiscale administratie bevestigt dit standpunt in een onlangs gepubliceerde circulaire. Zij bevestigen het principe dat door de werkgever terugbetaalde kosten op de fiscale fiche moeten vermeld worden. Zoals de Minister gezegd heeft, zijn er volgens de administratie wel een aantal uitzonderingen waarin de werkgever een terugbetaalde kost niet moet vermelden op de fiscale fiche. Eén van die uitzonderingen is de situatie toegelicht door de minister in zijn antwoord op de parlementaire vraag : de aankoopfactuur voor het gekochte product staat op naam van de onderneming, de werknemer heeft het geld voorgeschoten en de onderneming betaalt hem het voorgeschoten bedrag terug.

En daar waar een kost eigen aan de werkgever op basis van bijvoorbeeld bewijsstukken vandaag terugbetaald wordt buiten de loonadministratie – wat overigens juridisch problematisch is (*) – noopt de wetswijziging om deze vanaf 2022 via de loonverwerking te laten verlopen met het oog op de correcte opmaak van de fiscale fiches.

(*) Elke betaling aan werknemers ingevolge hun dienstbetrekking moet de werkgever vermelden op de individuele rekening van de werknemer. De reden en het bedrag moet er vermeld worden (artikel 16, §1, 8° van het KB van 8 augustus 1980 betreffende het bijhouden van sociale documenten). 

Schema

De wijzigingen kunnen schematisch als volgt samengevat worden.

 

Op te geven op de fiscale fiche:

Inkomsten 2020

(één lijn)

Inkomsten 2021

(drie lijnen)

Inkomsten 2022 e.v.

(drie lijnen)

Forfaitaire vergoedingen volgens ernstige & met elkaar overeenstemmende normen

‘JA – ernstige normen’
 

en/of

 

‘JA- bewijsstukken’

 

en/of

 

het bedrag

‘JA – ernstige normen’

het bedrag

Forfaitaire vergoeding niet volgens ernstige normen

het bedrag

het bedrag

Vergoedingen op basis van bewijsstukken

‘JA – bewijsstukken’

het bedrag

Ook voor bedrijfsleiders

Deze wijzigingen gelden ook voor bedrijfsleiders.

Bronnen: