Sociale taxshift in 2018: wat te verwachten ?

Van 
87140

Vanaf 1 januari 2018 verminderen de patronale basisbijdragen voor de meeste werkgevers. Bovendien zal de structurele vermindering vooral voor werknemers met een 'laag' loon worden behouden.

Context

Teneinde het concurrentievermogen van de ondernemingen te verbeteren, heeft de regering de tax shift doorgevoerd (= belastingverschuiving waarbij bepaalde belastingen worden verhoogd om andere belastingen te kunnen verlagen).

Op sociaal vlak omvat deze hervorming 3 fases:

 

Welke wijzigingen?

in 2016 (fase 1)

  • 1e vermindering van de patronale basisbijdragen (behalve cat. 2)
  • aanpassing van de structurele vermindering
  • hervorming van de doelgroepvermindering eerste aanwervingen

Zie ons vorige artikel: "Tax shift: de sociale bepalingen"

op 1 januari 2018 (fase 2)

  • 2e vermindering van de patronale basisbijdragen (behalve cat. 2)
  • aanpassing  van de structurele vermindering

op 1 januari 2019 (fase 3)

  • aanpassing  van de structurele vermindering

De tax shift heeft ook een fiscaal luik dat in een afzonderlijk artikel wordt besproken : "tax shift in 2018 - de fiscale bepalingen"

Vermindering van de basisbijdragen RSZ  - fase 2

Voor welke werkgevers?

De toepassing van de tax shift verschilt naargelang de categorie waartoe de werkgever voor de structurele vermindering behoort:

Categorie 1

Residuair

Categorie 2

Non-profit

Categorie 3

Beschutte werkplaats

Alle PC's behalve de PC's

hernomen in cat. 2 & 3

+

Koninklijke Muntschouwburg en

Paleis voor Schone Kunsten

PC 319

PC 329

PC 330

PC 331

PC 332

PC 327

Hoe?

Categorie 1 (meerderheid van de werkgevers)

Vanaf 1 januari 2018 vermindert het patronale basisbijdragepercentage tot 25 % in plaats van 30 % volgens onderstaand schema:

 

Basisbijdrage

Loonmatigingsbijdrage

Totale basisbijdrage

tot 31/12/2017

22,65%

7,35% (= 5,67% + 22,65% x 5,67% + 0,40%)

30%

vanaf 01/01/2018

19,88%

5,12% (= 4,27% + 19,88% x 4,27%)

25 %

Categorie 2 (sociale Maribel)

Categorie 2 van de structurele vermindering geniet de vermindering van de patronale basisbijdragen niet.

Waarom? Deze werkgevers genieten de sociale Maribel die versterkt is.

Het basisbijdragepercentage blijft dus hetzelfde in 2018:

 

Basisbijdrage

Loonmatigingsbijdrage

Totale basisbijdrage

2018 (status quo)

24,92%

7,48% (= 5,67% + 24,92% x 5,67% + 0,40%)

32,40 %

De sociale Maribel verhoogt op 1 januari 2018 volgens onderstaand schema:

 

Algemene categorie

PC 330 met uitzondering van PC 330.03

Werkgevers die onder het Fonds sociale Maribel ressorteren (openbare sector)

tot

31/12/2017

443,86

447,24

442,83

vanaf

01/01/2018

465,29

468,67

462,57

Categorie 3 (beschutte werkplaatsen)

Men moet een onderscheid maken tussen 'valide' werknemers (met loonmatigingsbijdrage) en 'mindervalide' werknemers (zonder loonmatigingsbijdrage).

Valide werknemers

Vanaf 1 januari 2018 vermindert het basisbijdragepercentage tot 25 % in plaats van 30 % volgens hetzelfde schema als categorie 1 van de structurele vermindering:

 

Basisbijdrage

Loonmatigingsbijdrage

Totale basisbijdrage

tot 31/12/2017

22,65%

7,35% (= 5,67% + 22,65% x 5,67% + 0,40%)

30%

vanaf 01/01/2018

19,88%

5,12% (= 4,27% + 19,88% x 4,27%)

25 %

Mindervalide werknemers

Vanaf 1 januari 2018 vermindert het basisbijdragepercentage tot 19,88 % in plaats van 22,65 % volgens onderstaand schema:

 

Basisbijdrage

Loonmatigingsbijdrage

Totale basisbijdrage

tot 31/12/2017

22,65%

Geen loonmatiging te betalen

22,65%

vanaf 01/01/2018

19,88%

Geen loonmatiging te betalen

19,88 %

Samenvattend schema voor alle categorieën

 

Basisbijdrage

Loonmatigingsbijdrage

Totale basisbijdrage

Categorie 1

19,88%

5,12%

25%

Categorie 2

24,92%

7,48%

32,40%

Categorie 3

Valide werknemers

19,88%

5,12%

25%

Mindervalide werknemers

19,88%

Geen loonmatiging

19,88%

Opgelet: bovenop de basisbijdrage bestaan er specifieke bijdragen (asbestfonds, FSO,...) en bijdragen eigen aan elke sector.

Hervorming van de structurele vermindering - fase 2

Principe

Thans is de structurele vermindering samengesteld uit:

  • een basisforfait;
  • een supplement voor de lage lonen [refertekwartaalloon < lageloongrens (+vermenigvuldigingscoëfficiënt)] ;
  • een supplement voor de hoge lonen [refertekwartaalloon > hogeloongrens (+vermenigvuldigingscoëfficiënt)].

Het betreft een automatische verhoging die van toepassing is op alle werknemers die aan alle stelsels van de sociale zekerheid onderworpen zijn.

Vanaf 1 januari 2018 ondergaan de verschillende componenten van de structurele vermindering wijzigingen die eigen zijn aan de categorie waartoe de werkgever behoort.

Categorie 1 (meerderheid van de werkgevers)

Welke wijzigingen?

1. Afschaffing van het basisforfait

Het basisforfait dat 438 EUR bedraagt op 31 december 2017 wordt afgeschaft. Het theoretische bedrag van de structurele vermindering zal dan ook kleiner zijn.

2. Afschaffing van de hogeloongrens en van de vermeningvuldigingscoëfficiënt

Het supplement voor de hoge lonen en de vermeningvuldigingscoëfficiënt wanneer het refertekwartaalloon hoger is dan 13942,47 EUR worden afgeschaft.  Er is dus geen structurele vermindering meer voor de hoge lonen. Als tegenprestatie bedragen de patronale basisbijdragen nog slechts 25%.

3. Verhoging van de lageloongrens

Vanaf 1 januari 2018 wordt de lageloongrens opgetrokken tot 8850,00 EUR. Er zullen meer werknemers als werknemers met een 'laag loon' worden beschouwd.

De structurele vermindering wordt in feite een aanwervingsincentive voor 'lage' lonen.

Samenvattend schema
 

Formule voor de berekening van de structurele vermindering

tot 31/12/2017

438,00+ 0,1369 x (7.178,76 - S) + 0,0600 x (W - 13.942,47)

vanaf 01/01/2018

0,00 + 0,1280 x (8.850,00 – S)

Categorie 2 (sociale Maribel)

Welke wijzigingen?

1. Verhoging van het basisforfait

Het basisforfait dat 24 EUR bedraagt, wordt op 1 januari 2018 verhoogd tot 49 EUR. Het theoretische bedrag van de structurele vermindering zal dan ook iets voordeliger zijn.

2. Verhoging van de lageloongrens

Vanaf 1 januari 2018 wordt de lageloongrens opgetrokken tot 7400,00 EUR. Er zullen meer werknemers als werknemers met een 'laag loon' worden beschouwd.

3. Verhoging van de hogeloongrens

De hogeloongrens zou lichtjes gewijzigd worden naar 12990,00 EUR.

* bedragen onder voorbehoud van officiële bevestiging

Samenvattend schema
 

Formule voor de berekening van de structurele vermindering

tot 31/12/2017

24,00 + 0,2557 x (7.397,24 - S) + 0,0600 x (W - 12.989,19)

vanaf 01/01/2018

49,00 + 0,2557 x (7.400,00 – S) + 0,0600 x (W – 12.990,00)

Categorie 3 (beschutte werkplaatsen)

Welke wijzigingen?

A. Valide werknemers
1. Afschaffing van het basisforfait

Het basisforfait dat 438 EUR bedraagt op 31 december 2017 wordt afgeschaft. Het theoretische bedrag van de structurele vermindering zal dan ook kleiner zijn.

2. Afschaffing van hogeloongrens en van de vermeningvuldigingscoëfficiënt

Het supplement voor de hoge lonen en de vermeningvuldigingscoëfficiënt wanneer het refertekwartaalloon hoger is dan 12989,19 EUR worden afgeschaft.  Er is dus geen structurele vermindering meer voor de hoge lonen. Als tegenprestatie bedragen de patronale basisbijdragen nog slechts 25%.

3. Verhoging van de lageloongrens en wijziging van de vermeningvuldigingscoëfficiënt

Vanaf 1 januari 2018 wordt de lageloongrens opgetrokken tot 9450,00 EUR. Er zullen meer werknemers als werknemers met een 'laag loon' worden beschouwd.

De structurele vermindering wordt in feite een aanwervingsincentive voor 'lage' lonen.

Samenvattend schema
 

Formule voor de berekening van de structurele vermindering

tot 31/12/2017

438,00 + 0,1369 x (7.803,00 - S) + 0,0600 x (W - 12.989,19)

vanaf 01/01/2018

0,00 + 0,1280 x (9.450,00 – S)

B. Mindervalide werknemers
1. Verlaging van het basisforfait du forfait de base

Het basisforfait wordt op 1 januari 2018 van 420 EUR op 260 EUR gebracht. Het theoretische bedrag van de structurele vermindering zal dan ook kleiner zijn.

2. Afschaffing van de hogeloongrens en van de vermeningvuldigingscoëfficiënt

Het supplement voor de hoge lonen en de vermeningvuldigingscoëfficiënt wanneer het refertekwartaalloon hoger is dan 12989,19 EUR worden afgeschaft. Er is dus geen structurele vermindering meer voor de hoge lonen. Als tegenprestatie bedragen de patronale basisbijdragen nog slechts 25%.

3. Verhoging van de lageloongrens

Vanaf 1 januari 2018 wordt de lageloongrens opgetrokken tot 8850,00 EUR. Er zullen meer werknemers als werknemers met een 'laag loon' worden beschouwd.

Samenvattend schema
 

Formule voor de berekening van de structurele vermindering

tot 31/12/2017

420,00 + 0,1785 x (8.515,67– S) + 0,0600 x (W – 12.989,19)

vanaf 01/01/2018

260,00 + 0,1785 x (8.850,00 – S)

Samenvattend schema voor alle categorieën

 

Formule voor de berekening van de structurele vermindering

Categorie 1

0,00 + 0,1280 x (8.850,00 – S)

Categorie 2

49,00 + 0,2557 x (7.400,00 – S) + 0,0600 x (W – 12.990,00)

Categorie 3

Valide werknemers

0,00 + 0,1280 x (9.450,00 – S)

Mindervalide werknemers

260,00 + 0,1785 x (8.850,00 – S)