Vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing natuurramp

Van 

De gewesten kunnen aan de Minister van Financiën vragen om een fiscaal voordeel toe te kennen aan werkgevers die het slachtoffer zijn geweest van een natuurramp. Het fiscaal voordeel is een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing die ze hebben ingehouden op het loon van de werknemers die werden tewerkgesteld in de inrichting(en) van de werkgever en die getroffen is(zijn) door de natuurramp.


Een wet van 26 december 2022 voorziet in een nieuwe vorm van vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. Op initiatief van het bevoegde gewest kan de FOD Financiën toestaan dat een werkgever die een of meerdere inrichtingen heeft die getroffen zijn door natuurramp die door het gewest wordt erkend, op het loon van de werknemers die in die inrichting(en) worden tewerkgesteld de volledige bedrijfsvoorheffing inhoudt maar slechts een gedeelte ervan doorstort aan de fiscus.

We lichten de maatregel hierna toe.

1. Welke werkgevers ?

De maatregel beoogt de werkgevers die een of meerdere inrichtingen hebben die getroffen zijn door een natuurramp en voor de welke er een akkoord bestaat tussen het gewest waarin de inrichting van de werkgever zich bevindt en de FOD Financiën om steun toe te kennen in de vorm van een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor de door de natuurramp getroffen werkgevers.

Een inrichting is een plaats die men geografisch gezien kan identificeren door een adres, waar op het ogenblik van de natuurramp één of meerdere activiteiten van de onderneming werden uitgeoefend.

2. Welke werknemers ?

De werknemers op wier bezoldigingen de werkgever het fiscaal voordeel zal kunnen toepassen moeten tewerkgesteld zijn in een inrichting die schade heeft geleden ten gevolge van de natuurramp die aanleiding geeft tot toekenning van het fiscale voordeel. Bedrijfsleiders aan wie bezoldigingen worden toegekend komen niet in aanmerking.

3. Welk fiscaal voordeel ?

Het voordeel bestaat in het niet doorstorten van een gedeelte van de bedrijfsvoorheffing die wordt ingehouden op de bezoldigingen door de werkgever betaald of toegekend aan de werknemers die tewerkgesteld zijn in een inrichting die schade heeft geleden ten gevolge van de natuurramp die aanleiding geeft tot toekenning van het fiscale voordeel.

De bezoldigingen moeten betaald of toegekend zijn in de loop van een periode van 40 maanden die aanvangt vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de natuurramp heeft plaatsgevonden.

De bedoelde bezoldigingen zijn:

  • wedden, lonen, commissies, gratificaties, premies, vergoedingen en alle andere soortgelijke beloningen, met inbegrip van fooien en toelagen die, zelfs toevallig, uit hoofde of naar aanleiding van het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid op enige andere wijze worden verkregen dan als terugbetaling van eigen kosten van de werkgever. Bezoldigingen van bedrijfsleiders zijn uitgesloten;
  • voordelen van alle aard verkregen uit hoofde of naar aanleiding van het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid.

Er mag echter geen rekening gehouden geworden met:

  • het dubbel vakantiegeld;
  • de eindejaarspremie;
  • de achterstallige bezoldigingen.

Het fiscaal voordeel mag niet toegepast worden op bijkomende bedrijfsvoorheffing die wordt ingehouden ingevolge een fiscaal volontariaat.

Het fiscaal voordeel kan niet gecumuleerd worden met de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing ingeval van:

  • Koopvaardij, bagger- en sleepvaartsector;
  • Wetenschappelijk onderzoek;
  • Zeevisserij;
  • Ploegen- en nachtarbeid en ploegenarbeid op werven ;
  • Sport;
  • Steunzones;
  • Starters;
  • Jonge werknemers
  • Opleidingen

Een cumul is bijgevolg wel mogelijk met de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing ingeval van overuren en in het kader van het IPA.

Het niet door te storten gedeelte bedraagt 30 % van de ingehouden bedrijfsvoorheffing.

Het totale bedrag van de niet doorgestorte bedrijfsvoorheffing mag per werkgever en per natuurramp wel niet hoger zijn dan 25 % van het verschil tussen enerzijds de kosten die voortvloeien uit de schade die is ontstaan als een direct gevolg van de natuurramp en die door het gewest werd vastgesteld en anderzijds de steun en de vergoedingen die door het gewest, een andere overheid of door een verzekeraar ter compensatie van deze schade aan de werkgever werden toegekend.

4. Procedure om het fiscaal voordeel te bekomen

De werkgever moet verschillende stappen afleggen alvorens om dergelijk fiscaal voordeel te kunnen genieten.

4.1. Aanvraag door het gewest aan de Minister van Financiën

In geval een gewest wordt getroffen door een aardbeving, lawine, grondverschuiving, overstroming, tornado, orkaan, vulkaanuitbarsting of natuurbrand met een natuurlijke oorzaak die door het gewest formeel als natuurramp wordt erkend, kan dit gewest binnen een termijn van 24 maanden die aanvangt op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de natuurramp zich heeft voorgedaan aan de minister van Financiën steun vragen in de vorm van een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor de door de natuurramp getroffen werkgevers.

4.2. Samenwerkingsakkoord tussen het gewest en de Minister van Financiën

Indien de Minister van Financiën ingaat op de vraag tot steun van het gewest dan sluiten zij  een samenwerkingsakkoord dat de mogelijkheid tot het toepassen van de vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voorziet.

4.3. Gewest levert een attest af aan de FOD Financiën

Het gewest waarin de natuurramp heeft plaatsgevonden moet aan de FOD Financiën ten laatste in de 36ste maand die volgt op de maand waarin de natuurramp heeft plaatsgevonden, een attest overmaken waarin de verschillende kosten, vergoedingen en steunbedragen, worden uiteengezet.

4.4. Werkgever dient een aanvraagformulier in bij de FOD Financiën

De werkgever moet ten laatste in de 30ste maand die volgt op de maand waarin de natuurramp heeft plaatsgevonden aan de hand van een formulier een aanvraag tot het bekomen van het fiscaal voordeel  indienen.

Opgelet ! Wij raden de werkgever aan om de aanvraag te doen binnen de termijn van 30 maanden, ook al zou het gewest het attest waarvan sprake onder punt 4.3. nog niet hebben afgeleverd aan de FOD Financiën.

Bij wie de aanvraag moet ingediend worden en de vorm van het formulier zullen nog nader bepaald moeten worden door een koninklijk besluit.

De wet bepaalt alvast wat de werkgever in dit formulier moet vermelden:

  • zijn identiteit;
  • het adres en perceelnummer van de door de natuurramp getroffen inrichting of inrichtingen;
  • het bedrag van de kosten die voortvloeien uit de schade die is ontstaan als een direct gevolg van de natuurramp;
  • in voorkomend geval het bedrag van de steun die door het gewest of een andere overheid ter compensatie van deze schade aan de werkgever werd of zal worden toegekend;
  • in voorkomend geval het bedrag van de vergoedingen die door één of meerdere verzekeraars ter compensatie van deze schade aan de werkgever werd betaald of toegekend.

4.5. FOD Financiën geeft aan de werkgever toestemming tot toepassing van het fiscaal voordeel

Nadat de FOD Financiën het attest van het bevoegde gewest heeft ontvangen (zie punt 4.3. hierboven) en uiterlijk in de 41ste maand die volgt op de maand waarin de natuurramp heeft plaatsgevonden, brengt de FOD Financiën de werkgever per brief, verzonden via het beveiligd elektronisch platform, op de hoogte van de mogelijkheid tot toepassing van het fiscaal voordeel.

Deze brief vermeldt:

  • de bezoldigingen waarop de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing kan worden toegepast;
  • de formaliteiten die de werkgever moet naleven bij de aangifte van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing;
  • de formaliteiten die hij moet naleven om te bewijzen dat hij recht heeft op het fiscaal voordeel.

Eens hij deze brief ontvangen heeft zal hij het fiscaal voordeel kunnen toepassen. Dit zal gebeuren met terugwerkende kracht op de bezoldigingen toegekend of betaald aan de betrokken werknemers in de periode van 40 maanden die een aanvang heeft genomen de maand na de maand waarin de natuurramp zich heeft voorgedaan. Of dit ook via bezwaarschriften zal moeten gebeuren zal nog moeten blijken bij de verdere uitwerking van deze maatregel.

4.6. Bewijsstukken ter beschikking houden van de FOD Financiën.

De werkgever moet alle bewijsstukken waaruit duidelijk blijkt dat hij de voorwaarden vervult om het fiscaal voordeel te genieten ter beschikking houden van de FOD Financiën. Een koninklijk besluit moet nog de nadere regels voor het leveren van dit bewijs bepalen.

5. Datum van inwerkingtreding

Het fiscaal voordeel kan toegepast worden op de natuurrampen die vanaf 1 juli 2021 hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden.

Bron:  Wet van 26 december 2022 tot wijziging van de wet van 15 mei 2014 houdende uitvoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance, betreffende de tweede verlenging van de toepassingsperiode van de steunzones en tot invoering van een vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor werkgevers die getroffen worden door een natuurramp (BS van 13 januari 2023)