1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten

Paritair (sub-)Comité nr.:
226.00.00-00.00

Bijwerking: 21/02/2002
Geldig vanaf: 07/05/2001
Geldig tot: 31/01/2009

Op 07 mei 2001 werd een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken betreffende de werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten.  Ze werd neergelegd op 08 mei 2001 bij de griffie van de Dienst der Collectieve Arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 07 juni 2001 onder het nummer 57392/CO/2260000. Het bericht van neerlegging van deze CAO verscheen in het Belgisch Staatsblad van 23 juni 2001.

De bepalingen van deze CAO treden in werking op 01 april 2001, voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst verandert de collectieve arbeidsovereenkomst van 02 maart 1998 (neergelegd op 12 maart 1998 bij de griffie van de Dienst der Collectieve Arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 3 april 1998 onder het nummer 47.669/CO/2260000. Het bericht van neerlegging van deze CAO verscheen in het Belgisch Staatsblad van 20 mei 1998), veranderd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999 (neergelegd bij de griffie van de Dienst der Collectieve Arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 9 juli 1999 onder het nummer 51.322/CO/226.  Het bericht van neerlegging van deze CAO verscheen in het Belgisch Staatsblad van 5 augustus 1999).

Wij geven u hierna de gecompileerde tekst van de CAO en vervolgens een samenvatting van de bepalingen evenals enkele praktische schikkingen.

A. Tekst van de cao

HOOFDSTUK I: Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken.

Artikel 2

De werkgeversbijdrage in de prijs van de treinkaart afgeleverd door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (afgekort: NMBS) werd reeds geregeld bij koninklijk besluit, getroffen in uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van een werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de NMBS ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel de werkgeversbijdrage vast te stellen voor de andere vormen van gemeenschappelijk openbaar vervoer en voor de andere vervoermiddelen.

HOOFDSTUK 2: Gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van

het treinvervoer

Artikel 3

Voor de bedienden die gebruik maken van een openbaar stads- of voorstadsvervoermiddel om zich te verplaatsen over een afstand van ten minste 1 km, zijn de modaliteiten van de werkgeversbij­drage als volgt bepaald:

§1     a)  De bedienden in kwestie leggen aan hun werkgever een ondertekende verklaring voor waarin zij op eer en geweten bevestigen dat zij bij de verplaatsingen tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling regelmatig gebruik maken van een openbaar gemeenschappelijk stads- of voorstadsvervoermiddel over een afstand van ten minste 1 km; zij dienen iedere wijziging van deze toestand binnen de kortst mogelijke tijd mede te delen.

b)    De werkgever mag op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt.

§2        a)  Wanneer de prijs van het vervoer in functie van de afstand wordt vastgesteld, stemt de werkgeverstussenkomst overeen met het werkgeversaandeel in de prijs van de treinkaart voor dezelfde afstand, zonder dat dit bedrag evenwel hoger mag zijn dan 60 % van de prijs die de bediende werkelijk heeft betaald.

             b)  Wanneer de prijs van het vervoer echter een eenheidsprijs is, wordt de werkgeversbijdrage forfaitair vastgesteld op 56 % van de door de bediende werkelijk betaalde prijs zonder dat dit bedrag evenwel hoger mag zijn dan het bedrag van de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart voor een afstand die gemiddeld op 7 km wordt geschat.

HOOFDSTUK 3: Andere vervoermiddelen

Artikel 4

Voor de bedienden die gebruik maken van een ander vervoermiddel om zich te verplaatsen over een afstand van ten minste 1 km, zijn de modaliteiten van de werkgeverstussenkomst als volgt bepaald:

§1        a)  De bedienden in kwestie leggen aan hun werkgever een ondertekende verklaring voor waarin zij op eer en geweten bevestigen dat zij bij de verplaatsingen tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling regelmatig gebruik maken van een ander dan gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel over een afstand van ten minste 1 km; zij dienen iedere wijziging van deze toestand binnen de kortst mogelijke tijd mede te delen.

             b)  De werkgever mag op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt.

§2        De werkgeverstussenkomst stemt overeen met het werkgeversaandeel in de prijs van de treinkaart voor het aantal kilometers vermeld in de verklaring waarvan sprake in §1 a).

Artikel 5

Het aantal in aanmerking te nemen kilometers wordt in gemeenschappelijk akkoord op ondernemingsvlak vastgesteld.

In geval van betwisting wordt verwezen naar het "Boek der wettelijke afstanden" goedgekeurd door het koninklijk besluit van 15 oktober 1969 (Belgisch Staatsblad van 10 juli 1970).

HOOFDSTUK 4: Gecombineerd gemeenschappelijk openbaar vervoer

Artikel 6

Indien de bediende gebruik maakt van een combinatie  van  meerdere  gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen, en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - zal de bijdrage van de werkgever gelijk zijn aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart.

Artikel 7

Indien de bediende gebruik maakt van meer dan één gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, in de gevallen die niet voorzien zijn door artikel 6, wordt de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afstand als volgt berekend:

nadat met betrekking tot elk afzonderlijk gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel waarvan de werknemer gebruik maakt de bijdrage van de werkgever is berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 2, 3 §2 a) en 3 §2 b) van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, worden de aldus bekomen bedragen bij elkaar opgeteld om de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afgelegde afstand vast te stellen.

HOOFDSTUK 5: Vervoer georganiseerd door de werkgever

Artikel 8

Wanneer de onderneming zelf het vervoer van de bedienden organiseert, met of zonder financiële tussenkomst van de bedienden in de kosten ervan, wordt bij de berekening van de werkgeversbijdrage rekening gehouden met de kosten die de onderneming hierdoor reeds draagt.

In dat geval mag het werkgeversaandeel voor het door de bediende individueel afgelegde traject niet minder bedragen dan hetgeen bepaald is in de artikelen 2, 3 of4.

HOOFDSTUK 6: Terugbetalingsmodaliteiten

Artikel 9

De werkgeversbijdrage wordt ten minste maandelijks uitgekeerd. Bedienden die gebruik maken van een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel waarvoor het toegepaste tarief in functie staat van de afgelegde afstand dienen de vervoerbewijzen uitgereikt door de NMBS en/of de andere maatschappijen van gemeenschappelijk openbaar vervoer, voor te leggen.

HOOFDSTUK 7: Slotbepalingen

Artikel 10

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking vanaf 01 april 2001 en wordt gesloten voor een onbepaalde tijd.

Zij kan door elk van de partijen geheel of gedeeltelijk worden opgezegd mits een opzegging van drie maand, betekend aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken en aan de daarin vertegenwoordigde organisaties. Deze opzegging kan ten vroegste ingaan op 01 oktober 2002.

B. Samenvatting

De bovenstaande reglementering kan als volgt worden samengevat:

Rechthebbenden

Bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante nijverheden.

Vervoermiddelen

alle openbare en privé-vervoermiddelen.

Bedragen

  • openbare vervoermiddelen :
  • Vervoer per spoor : volgens schaal
  • Ander openbaar vervoermiddel : meer dan 1 km.
  • prijs in verhouding tot de afstand : volgens schaal zonder 60 % van de reële prijs te overschrijden
  • eenheidsprijs : forfaitair, 56 % van de werkelijk betaalde prijs (volgens schaal) zonder het bedrag te overtreffen van de werkgeverstussenkomst voor de treinkaaart voor een afstand van 7 km.
  • Gecombineerd openbaar vervoer : volgens schaal
  • Andere vervoermiddelen : meer dan 1 km, volgens schaal
  • Door de werkgever georganiseerd vervoer : geen tussenkomst.

C. Commentaar

De CAO van 07 mei 2001 verandert in werkelijkheid slechts § 2 a) van artikel 3 van de CAO van 02 maart 1998, door het bedrag van de werkgeverstegemoetkoming van 54% op 60% te brengen voor ander openbaar vervoer dan de trein waarvoor de vervoersprijs in verhouding tot de afstand wordt vastgesteld.

Zij verandert niets aan § 2 b) van dat artikel 3 over de werkgeversbijdrage in ander dan openbaar vervoer met de trein waarvoor de vervoersprijs een eenheidsprijs is ongeacht de afstand.

Hieruit volgt dat deze bijdrage steeds gelijk is aan 50% van de werkelijk door de bediende betaald prijs, zonder groter te zijn dan het bedrag van de werkgeversbijdrage in de prijs van een treinkaart voor een afstand van 7 km.

Welnu, de CAO nr. 19 sexies, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 30 maart 2001 tot wijziging van de CAO nr. 19 ter van 5 maart 1991 betreffende de financiële tegemoetkoming van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemers, voorziet vanaf 01 april 2001, ingeval van ander openbaar vervoer dan de trein waarvoor de vervoersprijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, een forfaitaire bijdrage van 56 % van de werkelijke prijs (in plaats van 50 %), zonder het bedrag te overschrijden van de patronale tegemoetkoming in de prijs van de treinkaart voor een afstand van 7 km.

CAO nr. 19  sexies is een suppletieve norm.

Zij is niet van toepassing op de werkgevers en de werknemers die ressorteren onder een paritair comité waar de tegemoetkoming in de vervoerskosten geregeld werd door een sectorale CAO die minstens gelijkwaardige voordelen toekent.

Door de patronale tegemoetkoming op 50% te houden, kent de sector geen voordelen toe die minstens gelijk zijn aan die van de CAO nr. 19 sexies die dus van rechtswege van kracht is in plaats van artikel 3 § 2 b)  van de CAO van 02 maart 1998 zoals gewijzigd door de CAO van 07 mei 2001.

Met het oog op gebruiksgemak hebben wij deze bepaling van de CAO nr. 19 sexies direct opgenomen in onze gecompileerde tekst.


Historiek
01/01/2024 31/12/2050 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/10/2023 31/12/2023 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/12/2021 30/09/2023 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/02/2020 30/11/2021 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/01/2017 31/01/2020 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
05/10/2015 31/12/2016 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/01/2014 04/10/2015 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/02/2013 31/12/2013 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/01/2011 31/01/2013 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/02/2009 31/01/2011 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/02/2011 31/12/2010 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
07/05/2001 31/01/2009 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten
01/07/1999 06/05/2001 1201 12 Werkgeverstussenkomst in de vervoerkosten