200203 Aanvullende werkloosheidsuitkering - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders

(Sous-)Commission paritaire n°:
327.01.00-00.00

Mise à jour: 11/04/2019
Début de validité: 01/05/2012
Fin validité: 31/12/2018

CAO van 20 maart 2012 (111216/CO/327.01) 
Geldigheid: 01/01/2013 - onbepaalde duur

Door de werkgever te betalen uitkeringen aan arbeiders in geval van tijdelijke werkloosheid (economisch, weerverlet of technische stoornis) met een max. van 60 dagen per kalenderjaar.

Bedragen
Alleenstaanden en samenwonenden 3 EUR (Reg. 5d/w)
Gezinshoofden 6 EUR (Reg. 5d/w)

Voor de arbeiders die geen voltijds uurrooster hebben gebaseerd op de werkelijke arbeidsduur omgerekend per week (38u) wordt het maximaal aantal uren geproratiseerd.

In het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie werd op 20 maart 2012 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten inzake inzake de aanvullende financiële bijdrage van de werkgever bij tijdelijke werkloosheid voor arbeiders in de beschutte werkplaatsen.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en die erkend zijn door het "Vlaams subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie".

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk arbeiderspersoneel in de beschutte werkplaatsen.

HOOFDSTUK II - Algemeen kader

Artikel 2

De ondertekenende partijen erkennen het belang van afspraken met betrekking tot het economisch herstel van de sector in tijden van economische crisis.

De ondertekenende partijen erkennen dat omwille van het specifieke karakter van, onder meer, de sector en de populatie, een gedifferentieerde aanpak van doelgroep- en omkaderingsmedewerkers gepast kan zijn.

HOOFDSTUK III - Vaststelling van de aanvullende financee bijdrage van de werkgever bij tijdelijke werkloosheid

Artikel 3

§1. De werkgever zal bij invoering in de werkplaats van een systeem van tijdelijke werkloosheid om economische redenen, weerverlet of technische stoornis voor arbeiders, hierna genoemd "tijdelijke werkloosheid", een aanvullende vergoeding betalen.

§2. De aanvullende vergoeding bedraagt voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid samen:

  • Alleenstaanden en samenwonenden: van 1ste tot en met 60ste dag per kalenderjaar een toeslag van 3 EUR bruto per werkdag die omwille van de tijdelijke werkloosheid niet werd gepresteerd;
  • Gezinshoofden mits aflevering aan de werkgever van een officieel attest van de uitbetalingsinstelling / RVA met betrekking tot de gezinstoestand: van 1ste tot en met 60ste dag per kalenderjaar een toeslag van 6 EUR bruto per werkdag die omwille van de tijdelijke werkloosheid niet werd gepresteerd;
  • De hierboven vermelde categorieën worden bepaald op basic van de vigerende RVA-reglementering.
  • De hierboven vermelde dagbedragen worden omgerekend naar een uurbedrag volgens de volgende formule

aanvullende vergoeding (3 EUR of 6 EUR naargelang het geval) x 5 dagen/week
gemiddelde voltijdse arbeidsduur op het vlak van de onderneming

Deze bedragen worden uitbetaald gedurende maximaal 456 uren per kalenderjaar.

Voor de arbeiders die geen voltijds uurrooster hebben gebaseerd op de werkelijke arbeidsduur omgerekend per week (38u) wordt het maximaal aantal uren geproratiseerd.

Na afloop van de maximale periode van aanvullende vergoeding ten belope van res. 3 of 6 EUR, waarvan sprake in dit artikel 3 §2, wordt de hoogte van de aanvullende vergoeding gealigneerd op de vigerende wetgeving.

§3. De betaling van de aanvullende vergoeding gebeurt samen met de uitbetaling van het loon van de maand waarin de tijdelijke werkloosheid voorkwam.

Artikel 4

§1. De werkgevers bekomen bij het sectorale fonds voor bestaanszekerheid de terugbetaling van de aanvullende vergoeding waarvan sprake in artikel 3, met een maximum van 114 uren per kalenderjaar per werknemer.

§2. Jaarlijks gebeurt er een verslaggeving aan de ondernemingsraad of aan het comité voor preventie en bescherming of aan de syndicale delegatie.

Deze informatie geeft een overzicht van de tijdelijke werkloosheid en het aantal werknemers die een aanvullende vergoeding bij tijdelijke werkloosheid ontvingen, en voor welk bedrag (geglobaliseerd per beschutte werkplaats).

HOOFDSTUK IV - Gelijkstelling economische werkloosheid voor de eindejaarspremie

Artikel 5

Voor de werknemers met een arbeidsovereenkomst voor arbeiders die niet gevat worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1997 betreffende de functieclassificatie voor sommige personeelsleden in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling, is voor de berekening van de eindejaarspremie het maximum aantal gelijkgestelde uren (uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur) in geval van economische werkloosheid 152 uren.

Indien er arbeiders zijn die wel gevat worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1997 betreffende de functieclassificatie voor sommige personeelsleden in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling, dan moet het aantal gelijkgestelde uren (uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur) in geval van werkloosheid om economische redenen voor de berekening van de eindejaarspremie, evenwaardig zijn als diegene voor de arbeiders die niet gevat zijn door die collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1997.

HOOFDSTUK V - Aanvullende afspraken

Artikel 6

De invoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst doet geen afbreuk aan, en heft niet op, en cumuleert niet met het bestaan van individuele systemen van aanvullende vergoeding bij economische werkloosheid of gelijkstellingen van de economische werkloosheid bij de berekening van de eindejaarspremie op het niveau van de individuele werkplaats.

De werkgevers doen een inspanning inzake spreiding van de tijdelijke werkloosheid onder de arbeiders.

HOOFDSTUK VI - Slotbepalingen

Artikel 7

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking vanaf 01.01.2013.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van onbepaalde duur.

Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzegtermijn van drie maanden gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.

Convention collective de travail applicable: (pour lire le texte intégral, cliquez sur le n° d'enregistrement).

Date CCT
20/03/2012
N° d'enregistrement
111216
Début de validité
01/01/2013
Fin validité
01/01/2019
Date de dépôt
05/09/2012
Date d'enregistrement
24/09/2012
Sujet
intervention financière complémentaire en cas de chômage temporaire
MB Avis Dépôt
03/10/2012
Force obligatoire
-
CCT rendue obligatoire par Arrêté Royal du
23/04/2013
Publié au Moniteur Belge du
07/11/2013
Mots clés
PRIME DE FIN D'ANNÉE, CHÔMAGE (AUTRE QUE LE CHÔMAGE ÉCONOMIQUE DES EMPLOYÉS)