In het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven werd op 22 januari 2019 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de eindejaarspremie voor doelgroepwerknemers in de sociale werkplaatsen, in uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social profitsector d.d. 8 juni 2018 (registratienummer: 150924/CO/327.01).

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO, gevold door een commentaar en een paar praktische schikkingen.

1. Tekst van de CAO

HOOFDSTUK I - TOEPASSINGSGEBIED

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de sociale werkplaatsen, die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven (327.01).

Met "werknemers" wordt bedoeld doelgroepwerknemers zoals bepaald in het decreet op de sociale werkplaatsen van 14 juli 1998, in artikel 5 § 1 en in het decreet betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling van 7 juni 2013, in artikel 3, 2°.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social profitsector d.d. 8 juni 2018.

HOOFDSTUK II - HOOGTE VAN DE EINDEJAARSPREMIE

Artikel 3

In uitvoering van het VIA akkoord d.d. 8 juni 2018 wordt vanaf 2020 voorzien in een bruto eindejaarspremie voor doelgroepwerknemers van 100% van het individuele bruto maandloon berekend volgens artikel 6.

Artikel 4

Een eindejaarspremie ter waarde van 100% van een bruto maandloon wordt gerealiseerd in 2020. In de overgangsjaren blijft het percentage van het bruto maandloon (art.6) gegarandeerd op 87%.

Artikel 5

Lokale bestaande systemen van eindejaarspremie in gelijk welke vorm blijven bewaard en worden gecumuleerd met de eindejaarspremie van artikel 4, waarbij de totale bruto eindejaarspremie wordt begrensd op 100 % van het bruto maandloon.

Via de geëigende overlegorganen op ondernemingsniveau zal de besteding van de middelen die vrijkomen boven de 100% in volledige transparantie gemotiveerd worden.

HOOFDSTUK III - BEREKENINGSWIJZE

Artikel 6

De eindejaarspremie wordt als volgt berekend vanaf 1/1/2020:

(N is het jaar van uitbetaling/onder betaalde uren worden de uren Gewaarborgd Loon meegeteld)

(100% x uurloon x aantal betaalde uren (inclusief de opgenomen uren wettelijke vakantie en uren tijdelijke werkloosheid,van december jaar N-1 tot en met november jaar N))/12

Het uurloon is dat van juli jaar N of voor de mensen die voor juli uit dienst gaan het uurloon van de laatst gewerkte dag.

In de jaren tot 2020 blijft de bestaande formule behouden:

(87% x uurloon x aantal betaalde uren (inclusief de opgenomen uren wettelijke vakantie en uren tijdelijke werkloosheid, van december jaar N-1 tot en met november jaar N))/12

HOOFDSTUK IV - BETALINGSMODALITEIT

Artikel 7

De eindejaarstoelage is betaalbaar in de maand december van het jaar waarvoor ze wordt toegekend of bij uitdiensttreding.

Een voorschot van 13% van het maandloon van juli is betaalbaar in de maand september van het jaar waarvoor de eindejaarstoelage wordt toegekend, voor de mensen die op 1 september minstens 2 maanden bezoldigde of gelijkgestelde prestaties in de referentieperiode hebben.

HOOFDSTUK V - AFWIJKINGEN

Artikel 8

Werkgevers en werknemers die op ondernemingsniveau wensen af te wijken van artikel 5 mogen afwijken na voorlegging van een ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst ter kennisgeving aan het Paritair Subcomité van de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven. Afwijkingen gaan pas in na bewijs van neerlegging tot registratie van de ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst.

HOOFDSTUK VI - SLOTBEPALING

Artikel 9

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019 en is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven.

2. Commentaar

U vindt hieronder de antwoorden van de federatie HERW!N op vragen over de berekeningswijze van het voorschot van 13 % op de eindejaarspremie.

• Wat wordt bedoeld met "het maandloon van juli"?

Met "het maandloon van juli" wordt het theoretisch loon bedoeld, hetzij een voltijds loon, hetzij een deeltijds. Verwijzing naar juli is er om een referentieloon te hebben maar staat in principe los van effectieve prestaties in juli (zoals ook bij de afrekening).

• Er is recht op een voorschot als de werknemer 2 maanden bezoldigde of gelijkgestelde prestaties heeft gehad in de referteperiode. Wat wordt bedoeld met die 2 maanden?

We moeten opletten hier geen ongelijke behandeling te creëren tussen deeltijdse werknemers met gelijk aantal uren maar met een verschillende spreiding over de dagen week. Daarom zouden we de 2 maanden kunnen omzetten naar een aantal uren volgens de volgende formule: 8,66 (2 X 4,33 (weken per maand) * aantal uren van het arbeidsstelsel = te totaliseren aantal bezoldigde of gelijkgestelde uren. Deeltijdse werknemers moeten dus minder uren bereiken, hun voorschot is dan ook geproratiseerd. Het is niet de bedoeling van de cao 2 maanden VTE (voltijdsequivalent) te vereisen om recht te hebben op het voorschot.

• Wat is de referteperiode voor het voorschot?

01/12/2019 – 31/08/2020.

3. Praktische schikkingen

Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij Group S - Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie of in de verlongingssoftware, slechts de werknemers vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dienen zij de werknemers toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.