Afsluiten van een arbeidsovereenkomst van 1 jaar na de IBO nog mogelijk tot eind 2011


48308

Een besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2011 heeft de mogelijkheid tot het afsluiten van een arbeidsovereenkomst van 1 jaar na het einde van de IBO nog verlengd tot eind 2011. Die mogelijkheid werd voor het eerst ingevoerd door het besluit van de Vlaamse Regering van 9 juli 2010. Dat besluit werd genomen "om de negatieve impact van de sociaal-economische crisis maximaal het hoofd te bieden". In de aanhef van het besluit zegt men namelijk dat de IBO een "belangrijk instapkanaal" is voor werkzoekenden. Door het systeem van de IBO te versoepelen, tracht men dus de activering van de werklozen te stimuleren.

De individuele beroepsopleiding

De individuele beroepsopleiding geeft aan werkzoekenden de mogelijkheid om een opleiding te volgen in een bepaalde onderneming, een vzw of een administratieve overheid. Door deze opleiding verbeteren de kansen van de werkzoekende op de arbeidsmarkt.

De IBO-overeenkomst wordt afgesloten tussen de onderneming, de werkzoekende (of 'stagiair') en de VDAB. De duur ervan wordt bepaald door de VDAB en bedraagt minimum 1 en maximum 6 maanden. Voor laaggeschoolde of langdurig uitkeringsgerechtigde werklozen kan de maximumduur opgetrokken worden naar 12 maanden.

Tijdens de looptijd van de IBO behoudt de stagiair zijn statuut als werkzoekende. Dit betekent dat hij van zijn eventuele 'uitkeringen' kan blijven genieten (werkloosheids- of wachtuitkeringen, leefloon, financiële maatschappelijke dienstverlening). Bij gebreke van zo'n uitkering betaalt de VDAB aan de stagiair een compensatievergoeding. De VDAB staat daarbovenop ook in voor de betaling van een maandelijkse productiviteitspremie aan de stagiair. De werkgever betaalt dan aan de VDAB maandelijks een bedrag dat min of meer overeenstemt met deze productiviteitspremie.

Afloop van de IBO

Na afloop van de IBO-overeenkomst is de werkgever in principe verplicht om voor het aangeleerde beroep met de stagiair een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur af te sluiten. Daarbovenop is hij verplicht om deze nieuwe werknemer tewerk te stellen gedurende een periode die minstens gelijk is aan de looptijd van de IBO. De arbeidsvoorwaarden van deze overeenkomst zijn deze die in de onderneming van toepassing zijn voor het aangeleerde beroep. Ze dienen ook minstens dezelfde te zijn als deze tijdens de opleiding.

Tijdelijke versoepeling

De tewerkstellingsverplichting die rust op de werkgever is nu dus tijdelijk gewijzigd. De werkgever kan, na afloop van de IBO, namelijk ook kiezen voor een arbeidsovereenkomst met een bepaalde duur van 1 jaar. Oorspronkelijk was deze regeling enkel mogelijk voor IBO-overeenkomsten die werden afgesloten tussen 11 augustus 2010 en 31 december 2010. Die mogelijkheid wordt nu echter met een jaar verlengd. Dat betekent dus dat die mogelijkheid bestaat voor alle IBO-overeenkomsten die werden afgesloten tussen 11 augustus 2010 en 31 december 2011. Ze is dus niet van toepassing op een IBO-overeenkomst die vóór deze periode werd afgesloten, maar die binnen deze periode eindigt. In dat geval zal dus enkel een overeenkomst van onbepaalde duur mogelijk zijn.

De werkgever die ervoor kiest een arbeidsovereenkomst van 1 jaar af te sluiten, kan dit enkel op voorwaarde dat hij zijn keuze motiveert.

Wanneer na deze arbeidsovereenkomst van bepaalde duur de tewerkstelling in dezelfde of een gelijkaardige functie wordt verlengd, volgt er een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur zonder proefperiode.