Bijkomende bijdrage voor sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseerden voor 2008 en 2009


51357

In het Belgisch Staatsblad van 20 april 2011 verscheen een lijst met daarin de sectoren die voor de jaren 2008 en 2009  onvoldoende opleidingsinspanningen realiseerden. Werkgevers die tot één van deze sectoren behoren, moeten, samen met de normale RSZ-bijdragen voor het eerste kwartaal 2011, een bijkomende RSZ-bijdrage betalen voor het educatief verlof. Aangezien de publicatie van het Ministerieel besluit te laat gebeurde om nog een aangifte in het eerste kwartaal 2011 mogelijk te maken, is het nog even afwachten wat de RSZ op dat vlak zal beslissen.

Deze bijkomende bijdrage bedraagt 0,05%, berekend op basis van de werknemers of daarmee gelijkgestelden voor wie de werkgevers de gewone bijdrage voor het educatief verlof verschuldigd zijn. De extra bijdrage is gelijkgesteld met een sociale zekerheidsbijdrage en wordt door de RSZ aan de RVA doorgestort. De RVA wendt de extra bijdrage uitsluitend aan voor de financiering van het betaald educatief verlof.

De sociale partners hechten veel belang aan een uitgebreid aanbod van opleidingen voor werknemers. Daarom waren zij in het Interprofessioneel akkoord 1999- 2000 overeengekomen om 1,9% van de loonmassa te investeren in opleidingen en aanverwante inspanningen. De bijkomende bijdrage van 0,05% is een sanctie die de werkgevers van de sectoren die onvoldoende aandacht besteed hebben aan opleidingen en zo de 1,9% niet gehaald hebben, opgelegd krijgen. Dit sanctiemechanisme werd vastgelegd in 2005 in het Generatiepact.

Sectoren die onvoldoende opleidingsinitiatieven gerealiseerd hebben zijn de sectoren die geen collectieve arbeidsovereenkomst hebben gesloten betreffende een jaarlijkse verhoging van de opleidingsinspanningen met minstens 0,1% van de totale loonmassa in de sector of een jaarlijkse verhoging van de participatiegraad aan vormingen en opleidingen met 5%.

Omdat het koninklijk besluit van 11 oktober 2007, waarin men de extra bijdrage vaststelde, te laat werd gepubliceerd, konden sectoren die op 1 november 2008 nog geen CAO over bijkomende opleidingsinspannigen in 2008 hadden afgesloten, een sanctie ontlopen wanneer ze bijkomende inspanningen voor de jaren 2009 en 2010 voorzagen. Via die bijkomende inspanningen, die bovenop de reeds geplande verhogingen komen, kon men de niet gerealiseerde opleidingsinspanningen voor 2007 en 2008 recupereren.

De lijst met de sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseerden voor de jaren 2008 en 2009 kan u via onderstaande link raadplegen. Deze lijst werd aan de Rijksdienst voor Sociale zekerheid overgemaakt.

MB van 13 april 2011 tot vaststelling van de definitieve lijsten voor de jaren 2008 en 2009 van sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren in uitvoering van artikel 3, §4, van het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het betaald educatief verlof voor de werkgervers die behoren tot sectoren die onvoldoende opleidinsinspanningen realiseren in uitvoering van artikel 30 van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact (I)