Ouderschapsverlof: vierde maand ook voor de openbare sector!


58942

De werknemers van de privésector genieten sedert 1 juni 2012 een bijkomende maand ouderschapsverlof, alsook de mogelijkheid om hun arbeidsstelsel of uurrooster aan te passen gedurende een periode die erop volgt.

Het koninklijk besluit van 20 juli 2012 brengt het aantal maanden ouderschapsverlof in de openbare sector van drie naar vier vanaf 1 augustus 2012.

Deze mogelijkheid bestaat met name voor de personeelsleden van de rechterlijke macht, het onderwijs, de psycho-medische-sociale centra, de staatsbesturen en de Belgische Technische Coöperatie.

Net zoals in de privésector kan deze maand worden opgenomen tegen de bestaande voorwaarden en de ambtenaar kan steeds opteren voor :

  • een volledige onderbreking van de arbeidsprestaties voor een totaal van 4 maanden, met de mogelijkheid om het ouderschapsverlof op te splitsen in periodes van minstens 1 maand;
  • een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking voor een totaal van 8 maanden, opsplitsbaar in periodes van minstens 2 maanden;
  • een vermindering van de arbeidsprestaties met 1/5 voor een totaal van 20 maanden, opsplitsbaar in periodes van minstens 5 maanden.

Een onderbrekingsuitkering kan ook voor de 4de maand worden toegekend aan de ambtenaar op voorwaarde dat het kind geboren of geadopteerd werd na 8 maart 2012.

Voor de ambtenraren van de staatsbesturen is het voortaan ook mogelijk de aanpassing van het uurrooster aan te vragen voor de periode van 6 maanden volgend op het einde van het ouderschapsverlof.

Daartoe moet er uiterlijk drie weken voor het einde van het lopende ouderschapsverlof een aanvraag aan de overheid worden gericht. Die overheid moet hem een met reden omkleed antwoord toezenden uiterlijk een week voor het einde van het ouderschapsverlof.

Bron : Koninklijk besluit van 20/07/2012, BS 01/08/2012.