Op 1 januari 2007 traden Roemenië en Bulgarije toe tot de Europese Unie. Om een plotse en massale instroom van die nieuwe EU-onderdanen te vermijden, maakte België toen onmiddellijk gebruik van de mogelijkheid om het vrij verkeer van die nieuwe EU-werknemers tijdelijk op te schorten. Zo werd er in een aantal overgangsmaatregelen voorzien. Er werd onder andere besloten dat, in afwijking van de algemene vrijstelling die geldt voor onderdanen van de EER of de Zwitserse Bondsstaat, Roemenen en Bulgaren nog steeds een arbeidskaart moesten verkrijgen alvorens zij in België als werknemer konden worden tewerkgesteld. Er werd voor hen wel in bijzondere overgangsmaatregelen voorzien, zodat ze niet noodzakelijk dezelfde strenge procedure als derdelanders (d.w.z. personen die geen onderdaan zijn van een lidstaat van de EER, noch van de Zwitserse Bondsstaat) moesten doorlopen.
Die overgangsmaatregelen lopen nu definitief af op 31 december 2013. Vanaf 1 januari 2014 geldt dus ook voor Roemenen en Bulgaren een absolute vrijstelling van de verplichting tot het verkrijgen van een arbeidskaart om in België te kunnen worden tewerkgesteld.
Ten slotte herinneren wij u eraan dat onderdanen van Kroatië, dat op 1 juli 2013 toetrad tot de EU, wel nog een arbeidskaart moeten verkrijgen alvorens zij in België kunnen worden tewerkgesteld. Voor hen blijft die overgangsmaatregel nog van toepassing tot en met 30 juni 2015.