Eén van de besparingsmaatregelen van de regering was het inkorten van de termijnen voor het doorstorten van de bijdragen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ). Dit heeft ook gevolgen voor de huidige soepelheidsmaatregel bij de laattijdige indiening van de aangiften en de laattijdige betaling van de socialezekerheidsbijdragen van het tweede kwartaal, wanneer deze vertraging het gevolg is van de jaarlijkse collectieve vakantie in de maand juli.
Soepelheidsmaatregel jaarlijkse vakantie
De ondernemingen zijn wettelijk verplicht hun kwartaalaangiften bij de RSZ in te dienen en de voor dat kwartaal verschuldigde bijdragen te betalen, uiterlijk de laatste dag van de maand die volgt op het kwartaal waarop de aangifte en de betaling betrekking heeft.
Voor het tweede kwartaal 2013 moeten de aangiften dus uiterlijk op 31 juli 2013 ingediend zijn en de RSZ-bijdragen betaald zijn.
Sinds 1966 bestaat er bij de RSZ een administratieve praktijk, waarbij een uitzondering voorzien wordt voor bedrijven die hun jaarlijkse collectieve vakantie in de maand juli opnemen. Wanneer de werkgever voor 31 augustus aan al zijn verplichtingen voldoet, worden geen verhogingen of interesten aangerekend.
Deze soepelheidsmaatregel wordt aangepast vanaf het 2de kwartaal 2013. De werkgever heeft niet langer tijd tot 31 augustus, maar moet midden augustus reeds in orde zijn met alle aangiften en betalingen. Voor het jaar 2013 is de uiterlijke datum vastgesteld op 12 augustus 2013.