Vervroegd pensioen : overgangsmaatregelen van toepassing vanaf 1 januari 2013


57671

De voorwaarden die moeten vervuld zijn om vervroegd met pensioen te gaan vanaf 1 januari 2013 werden verstrengd door de wet houdende diverse bepalingen van 28 december 2011 (zie ook ons artikel hieromtrent van 16 januari 2012 op onze website). Sommige overgangsmaatregelen werden onlangs nog ingevoerd bij koninklijk besluit.

Herhaling van de algemene regel

Volgens de algemene regel zal vanaf 2013 de minimumleeftijd voor het vervroegd pensioen die vandaag 60 jaar is, elk jaar met 6 maanden worden verhoogd tot 62 jaar bereikt wordt in 2016. Ook de minimale loopbaanvereiste wordt strenger en gaat van 38 jaar in 2013, naar 39 jaar in 2014 en naar 40 jaar in 2015.

Naast de uitzonderingen waarin voorzien werd voor de lange loopbanen (40 jaar en langer), stelde de bovengenoemde wet eveneens dat er bij koninklijk besluit overgangsmaatregelen zouden kunnen genomen worden: 

  1. voor de loontrekkende werknemers waarvan de opzegging ingaat vóór 1 januari 2012 en eindigt na 31 december 2012 en
  2. voor de werknemers die vóór 28 november 2011 met hun werkgever een overeenkomst van vervroegde uitdiensttreding hebben gesloten.

Het zijn precies die overgangsmaatregelen die werden uitgevaardigd bij koninklijk besluit van 26 april 2012 tot uitvoering, inzake het pensioen van de loontrekkende werknemers, van de wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen (BS van 30/04/2012).

Overgangsmaatregelen

1. Werknemers waarvan de opzegging ingaat vóór 1 januari 2012 en eindigt na 31 december 2012

Wat betreft de werknemers waarvan de opzegging begon vóór 1 januari 2012 en zal eindigen na 31 december 2012, bepaalt het bovengenoemde koninklijk besluit dat zij met vervroegd pensioen kunnen gaan aan het einde van die opzegging tegen de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden die van kracht waren vóór de pensioenhervorming, d.w.z. vanaf de leeftijd van 60 jaar en na een loopbaan van 35 jaar.

Wanneer die werknemers  hun aanvraag voor vervroegd pensioen zullen indienen, zullen zij aan de Rijksdienst voor Pensioenen een kopie verstrekken van hun kennisgeving  van de opzegging die het begin en de duur van de opzegtermijn vermeldt.

2. Werknemers die vóór 28 november 2011 met hun werkgever een overeenkomst van vervroegde uitdiensttreding hebben gesloten.

Wat betreft de werknemers die voór 28 november 2011 met hun werkgever een overeenkomst hebben gesloten van vervroegde uitsdiensttreding, wordt eveneens voorzien dat zij vervroegd met pensioen kunnen gaan tegen de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden die van toepassing waren vóór de pensioenhervorming (d.w.z. op 60 jaar en na 35 jaar beroepsloopbaan), voor zover die overeenkomst gelijktijdig voldoet aan de volgende voorwaarden:

  1. zij moet voór 28 november 2011 individueel en schriftelijk worden opgemaakt en mag ten vroegste eindigen op de leeftijd van 60 jaar;
  2. zij mag niet worden afgesloten in het kader van een conventioneel brugpensioen;
  3. zij moet worden gesloten op basis van ofwel:
  • een arbeidsreglement (voor zover een kopie van dit reglement werd verstrekt aan de plaatselijk bevoegde externe directie van de Algemene Directie Controle van de sociale wetten van de FOD Tewerkstelling, Arbeid en Sociaal Overleg vóór 28 november 2011);
  • een collectieve arbeidsovereenkomst (voor zover deze werd geregistreerd op de griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de FOD Tewerkstelling,  Arbeid en Sociaal Overleg  vóór 28 november 2011);
  • een pensioenplan in de zin van de wet op de aanvullende pensioenen (voor zover dit plan in werking is getreden vóór 28 november 2011);
  • of, indien zulks niet het geval is, gebaseerd zijn op wettelijke, reglementaire of gelijkgestelde bepalingen.

Daarenboven moet de werknemer uiterlijk op 28 november 2011 voldoen aan de voorwaarden gesteld door het arbeidsreglement, de collectieve arbeidsovereenkomst, het pensioenplan  of door de wettelijke, reglementaire of gelijkgestelde bepalingen.

Wanneer die werknemers  hun aanvraag voor vervroegd pensioen zullen indienen, zullen zij aan de Rijksdienst voor Pensioenen, naast de  schriftelijke overeenkomst van vervroegde uittreding, een kopie verstrekken van het instrument of een verwijzing naar de juridische bepalingen binnen het kader waarvan de individuele overeenkomst werd gesloten, teneinde die Rijksdienst in staat te stellen te controleren of de voorwaarden gesteld door dit artikel, vervuld zijn.

Deze overgangsmaatregelen zijn van toepassing op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste ingaan op 1 januari 2013.