1903 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen

Paritair (sub-)Comité nr.:
124.00.00-00.00

Bijwerking: 28/10/2019
Geldig vanaf: 01/01/2019
Geldig tot: 31/12/2020

Bijdrage:

  • 0,15%

Wie int de bijdragen?

  • De bijdragen worden door de RSZ geïnd.

Modaliteiten:

  • Acties ten bate van laag- of ongeschoolde jonge werkzoekenden
  • Acties ten bate van laag- of ongeschoolde bouwvakarbeiders
  • Acties ter ondersteuning en bevordering van bouwvakonderwijs
  • Bijkomende acties ter ondersteuning en bevordering van de tewerkstelling van jongeren: ingroeibanen

Wie?

  • Fvb-ffc Constructiv is belast met de uitvoering, opvolging en coördinatie van alle acties en tegemoetkomingen.

In het Paritair Comité voor het bouwbedrijf werd op 23 september 2019 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van de risicogroepen (registratienummer: 154771/CO/1240000).

De nieuwe bepalingen treden in werking op 1 januari 2019.

Wij geven u hierna de tekst van deze cao.

Tekst CAO

HOOFDSTUK 1 – Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf ressorteren.

In deze CAO verstaat men onder:

  • arbeiders: de arbeiders en arbeidsters;

  • Constructiv: het fonds voor bestaanszekerheid opgericht voor de sector van het bouwbedrijf (PC 124).

 

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten ter uitvoering van:

1° het artikel 56 van de collectieve arbeids­overeenkomst van 23 september 2019 tot organisatie van opleidings- en tewerkstellingsstelsels (registratienummer: ………… CO/124) hierna kader-cao genoemd;

2° de afdeling 1 "Inspanning ten voordele van de personen die behoren tot de risicogroepen" van hoofdstuk 8 van titel XIII van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I);

3° het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I).

Ze heeft tot doel de verschillende instrumenten te bepalen waarvan de sector gebruik zal kunnen maken tijdens de looptijd van deze CAO, om de duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen te bevorderen.

HOOFDSTUK 2 - Acties ten bate van laag- of ongeschoolde jonge werkzoekenden

Afdeling 1. Doelgroep

Artikel 3

Onder laag- of ongeschoolde jonge werkzoekenden dient men de volgende risicogroepen te verstaan:

1° de jongeren die nog onderworpen zijn aan de deeltijdse leerplicht;

2° de jongeren van minder dan 25 jaar oud die hun 6de maand van inschrijving als werkzoekende ingaan en die geen diploma van hoger secundair onderwijs hebben;

3° laaggeschoolde werkzoekenden van 18 tot 23 jaar oud die geen diploma van het technisch of beroepssecundair bouwonderwijs hebben;

4° bijzonder moeilijk te plaatsen werkzoekenden die tewerkgesteld zijn in toeleidingsinitiatieven (erkend door Constructiv).

Afdeling 2. Instrumenten voor duurzame beroepsintegratie en herintegratie

Artikel 4

Onder acties ten bate van laag- of ongeschoolde jonge werkzoekenden, dient men te verstaan:

1° voor de werkzoekenden bedoeld in artikel 3, 1°, de acties ondernomen in het kader van de instrumenten van alternerende opleiding ontwikkeld door de gemeenschappen en de gewesten en erkend op basis van artikel 2, § 3 van de kader-cao;

2° voor de werkzoekenden van minder dan 25 jaar oud bedoeld in artikel 3, 2°, de acties ondernomen:

a) in het kader van de samenwerkings­overeenkomsten tussen Constructiv en de VDAB, de FOREm, IFAPME, EFP, Bruxelles-Formation of het Arbeitsamt voor zowel het Vlaams, het Waals als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap;

b) in het kader van de instrumenten van alternerende opleiding ontwikkeld door de gemeenschappen en de gewesten en erkend op basis van artikel 2, § 3 van de kader-cao;

3° voor de laaggeschoolde werkzoekenden bedoeld in artikel 3, 3°, de acties ondernomen in het kader van de instrumenten van alternerende opleiding ontwikkeld door de gemeenschappen en de gewesten en erkend op basis van artikel 2, § 3 van de kader-cao;

4° voor de werkzoekenden bedoeld in artikel 3, 4°, de acties ondernomen in het kader van de samenwerkingsovereenkomsten met toeleidings­initiatieven (erkend door Constructiv) met het oog op de noodzakelijke vooropleiding om een minimumdrempel te verkrijgen die vereist is voor de toegang tot de instrumenten van alternerende opleiding ontwikkeld door de gemeenschappen en de gewesten en erkend op basis van artikel 2, § 3 van de kader-cao.

Artikel 5

In het kader van de in dit hoofdstuk omschreven acties, hebben de regiomanagers, in het kader van de opdrachten die hen worden gegeven door artikel 74, § 4 van de kader-cao onder meer de taak:

1° de jongeren bedoeld in artikel 3 te oriënteren naar de verschillende deeltijdse opleidingsregelingen;

2° ondernemingen te zoeken om hen op te leiden in het kader van de regelingen bedoeld in artikel 4 van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 3 – Acties ten bate van laag- of ongeschoolde bouwvakarbeiders

Afdeling 1. Doelgroep

Artikel 6

Onder laag- of ongeschoolde bouwvakarbeiders dient men de doelgroep te verstaan die bestaat uit de volgende risicogroepen:

1° de in de bouwsector tewerkgestelde arbeiders die onvoldoende of niet geschoold zijn voor de door hen uit te voeren taken

2° de in de bouwsector tewerkgestelde arbeiders die geconfronteerd worden met nieuwe technologieën (o.a. de digitalisering);

3° de in de bouwsector tewerkgestelde arbeiders die getroffen worden door een collectief ontslag of een herstructurering.

Afdeling 2. Instrumenten ter bevordering en behoud van de beroepskwalificaties

Artikel 7

Onder acties ten bate van laag- of ongeschoolde bouwvakarbeiders, dient men de acties te verstaan die worden ondernomen in het kader:

1° van de weekdagopleidingen zoals georganiseerd door titel III, hoofdstuk 2 van de kader-cao;

2° van de avond- en zaterdagopleidingen zoals georganiseerd door titel III, hoofdstuk 4, van de kader-cao;

3° van de winteropleidingen zoals georganiseerd door titel III, hoofdstuk 3 van de kader-cao;

4° van de specifieke opleidingen voor arbeiders die geen enkele beroepsbekwaamheid hebben, uitgewerkt ter uitvoering van titel IV, hoofdstuk 1, van de kader-cao;

5° de bedrijfsinterne opleidingen via een begeleiding door een meester-mentor zoals georganiseerd door titel III, hoofdstuk 5 van de kader-cao.

De verschillende opleidingsacties bedoeld in het 1ste lid hebben tot doel tijdens de looptijd van deze overeenkomst de basisopleiding, de bij- en herscholing of de vervolmaking in de verschillende bouwberoepen verder uit te bouwen voor de doelgroep vermeld in artikel 6.

Artikel 8

In het kader van de in dit hoofdstuk omschreven acties, heeft de regiomanager met name de opdracht:

1° het paritair overleg op zijn niveau te organiseren voor alle regelingen voor de opleiding van werknemers;

2° de opleidingen voor nieuwe technologieën te organiseren in nauwe samenwerking met de centra voor nieuwe technologieën.

HOOFDSTUK 4 – Acties ter ondersteuning en bevordering van het bouwvakonderwijs

Afdeling 1. Doelgroep

Artikel 9

De doelgroep voor de acties ter ondersteuning en bevordering van het bouwvakonderwijs bestaat uit jongeren die voltijds bouwonderwijs volgen of willen volgen om een kwalificatiegetuigschrift te behalen van het technisch of beroepssecundair onderwijs (gericht op de bouw) of een getuigschrift van het bijzonder secundair onderwijs (gericht op de bouw).

Afdeling 2. Instrumenten ter ondersteuning en bevordering van het bouwvakonderwijs

Artikel 10

Constructiv heeft de opdracht het beroepssecundair en technisch bouwonderwijs te stimuleren en te bevorderen.

Artikel 11

In het kader van de in dit hoofdstuk omschreven acties, hebben de regiomanagers, in het kader van de opdrachten die hen worden gegeven door artikel 74, § 4 van de kader-cao onder meer de taak:

1° de schoolplichtige jongeren te oriënteren naar het bouwonderwijs of naar alternerende trajecten;

2° bedrijfsstages te zoeken voor jongeren uit het voltijds onderwijs;

3° de jongeren te informeren over de bouwberoepen;

4° de overgang van afgestudeerden van het voltijds bouwonderwijs naar de ondernemingen te organiseren.

HOOFDSTUK 5 – Bijkomende acties ter ondersteuning en bevordering van de tewerkstelling van de jongeren: ingroeibanen bouw

Afdeling 1. Definitie en toepassingsgebied

Artikel 12

De regeling van de ingroeibanen bouw is een regeling van tijdelijke begeleiding van de bij artikel 13 bedoelde jonge arbeiders die een betere integratie van deze jongeren in de onderneming beoogt.

Deze regeling is van toepassing op de bij artikel 1 bedoelde werkgevers en op de jonge arbeiders die door deze werkgevers met een voltijdse arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur in dienst worden genomen. De regeling is van toepassing voor een periode van 18 maanden die aanvangt bij het begin van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst.

Artikel 13

De jonge arbeider

1°) is aan geen enkele leerplicht onderworpen,

2°) mag niet ouder zijn dan 26 jaar bij het sluiten van de arbeidsovereenkomst.

3°)mag niet als arbeider tewerkgesteld zijn geweest in een onderneming bedoeld in artikel 1 van deze overeenkomst gedurende een periode van meer dan 12 maanden.

Afdeling 2. De begeleider

Artikel 14

De verantwoordelijkheid voor de begeleiding van de jonge arbeider wordt toevertrouwd aan een geschoolde arbeider van de onderneming die als begeleider van de jonge arbeider optreedt.

De begeleider moet een door Constructiv erkende pedagogische opleiding van een minimale duur van 8 uur hebben gevolgd of een ervaringsbewijs of een pedagogisch diploma hebben.

Artikel 15

De bij artikel 1 van deze overeenkomst bedoelde werkgever, die voldoet aan de voorwaarden, bepaald in artikel 14, kan de functie van begeleider van de jonge arbeider op zich nemen in geval:

  • de onderneming geen geschoolde arbeider heeft die voldoet aan de voorwaarden van § 1 of die de functie van peter op zich wenst te nemen;

  • de jonge arbeider de eerste werknemer van de onderneming is.

Artikel 16

De begeleider is verplicht alle noodzakelijke initiatieven te nemen voor de praktische opleiding van de jonge arbeider waarvoor hij instaat. De initiatieven die de begeleider neemt, moeten de jonge arbeider in staat stellen na afloop van de periode van 18 maanden zijn beroep autonoom uit te oefenen met dezelfde bekwaamheid en hetzelfde rendement als een arbeider van categorie II.

Artikel 17

De werkgever ziet erop toe dat de begeleider op dezelfde arbeidsplaats wordt tewerkgesteld als de jonge arbeider waarvoor hij instaat. De werkgever moet de begeleider die gedurende een aaneengesloten periode van 6 weken afwezig is, vervangen en er Constructiv over inlichten.

Afdeling 3. Rechten en plichten van de partijen

Artikel 18

De regeling van de ingroeibanen bouw verplicht:

de werkgever erover te waken dat de jonge arbeider de nodige begeleiding en opleiding krijgt om de specifieke beroepstechnieken en ‑procédés aan te leren;

de jonge arbeider een aanvullende theoretische opleiding te volgen die verband houdt met de uitoefening van zijn beroep.

Artikel 19

§1. Het loon van de jonge arbeider wordt als volgt vastgesteld:

a) jongeren met een bouwopleiding: categorie IA conform artikel 5 van de cao van 12 juni 2014 – arbeiderscategorieën (registratienummer: 123570/CO/124),

b) jongeren zonder een bouwopleiding: categorie I conform artikel 4 van de cao van 12 juni 2014 – arbeiderscategorieën,

§2. Het Beheerscomité bedoeld in artikel 23 van de statuten van Constructiv bepaalt wat onder bouwopleiding wordt verstaan.

Afdeling 4. Organisatie van de aanvullende theoretische opleiding

Artikel 20

De bij artikel 18 bedoelde aanvullende theoretische opleiding houdt ten minste 8 uur basisopleiding veiligheid voor nieuwe intreders in.

De aanvullende theoretische opleiding wordt verstrekt in een opleidingscentrum dat is erkend door Constructiv.

Artikel 21

Uiterlijk op het einde van de 3de maand van de arbeidsovereenkomst stuurt de werkgever aan Constructiv een voorstel van opleidings­programma dat is opgesteld op basis van de theoretische kennis die de jonge arbeider moet verwerven of vergroten voor de uitoefening van zijn beroep in de onderneming.

Artikel 22

Constructiv spreekt zich uit over de voorstellen bedoeld in artikel 21, stelt het definitieve opleidingsprogramma vast en coördineert de activiteiten met betrekking tot de organisatie van de theoretische opleiding.

De theoretische opleiding wordt verstrekt uiterlijk in de 6de maand van de arbeidsovereenkomst.

Artikel 23

Constructiv is belast met de coördinatie van de initiatieven m.b.t. de organisatie van de aanvullende theoretische opleiding en met de controle op de naleving van de krachtens deze afdeling vastgestelde toepassingsvoorwaarden en –modaliteiten.

Artikel 24

Voor de uren aanvullende theoretische opleiding heeft de jonge arbeider recht op de betaling, door de werkgever, van zijn normaal loon.

Artikel 25

Deze opleiding geeft aanleiding tot de sectorale tussenkomsten in het kader van de bouwopleidingsplannen.

Artikel 26

Uiterlijk op het einde van de 6de maand, zal de werkgever een functionneringsgesprek met de jonge arbeider hebben op basis van een model dat door Constructiv werd opgesteld.

Artikel 27

Voor zover de overeenkomst bedoeld bij artikel 12 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten wordt tussen 1 januari 2019 en 31 december 2020, geniet de werkgever van een premie van € 1000,00 per jonge arbeider die de voorwaarden bepaald door artikel 13 van deze collectieve arbeidsovereenkomst vervult.

Deze premie wordt ten vroegste betaald in de loop van de 7de maand volgend op het afsluiten van de overeenkomst bedoeld bij artikel 12 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, binnen de grenzen van de beschikbare middelen van Constructiv.

Het Beheerscomité bedoeld in artikel 23 van de statuten van Constructiv bepaalt de betalingsmodaliteiten van deze premie.

Artikel 28

Na een jaar tewerkstelling in de regeling van de bouwingroeibaan (BIB), kent Constructiv een premie van € 500 toe aan de jongere die een door de gemeenschappen en gewesten georganiseerde alternerende opleiding heeft gevolgd en met succes heeft voltooid, die door het in artikel 23 van de statuten van Constructiv bedoelde Beheerscomité is erkend en die daarna werd aangeworven door een onderneming bedoeld bij artikel 1 van deze overeenkomst in het kader van een bouwingroeibaanovereenkomst (BIB).

Op 1 september 2019 wordt het bedrag van deze premie tot € 700 gebracht.

Het Beheerscomité bedoeld in artikel 23 van de statuten van Constructiv bepaalt, zo nodig, de aanvullende praktische modaliteiten voor de betaling van deze premie.

Artikel 29

De door artikelen 27 en 27bis bepaalde premies worden binnen de grenzen van de beschikbare middelen van Constructiv uitbetaald.

HOOFDSTUK 6 – Algemene steunmaatregel voor alle acties ten bate van de doelgroepen bedoeld in de hoofdstukken 2 tot 5 van deze overeenkomst

Artikel 30

Voor de verwezenlijking van de in deze overeenkomst beoogde doelstellingen kan Constructiv bijdragen:

1° tot de financiering van een specifiek collectief steunprogramma ten bate van de opleidingscentra;

2° tot het medebeheer en de cofinanciering van de opleidingsacties verduidelijkt in de samenwerkingsovereenkomsten met de VDAB, de FOREm, Bruxelles-Formation en het Arbeitsamt;

3° tot de oprichting van een netwerk van punten waar de vraag en het aanbod van arbeidskrachten elkaar kunnen vinden.

Constructiv kan bijdragen tot de financiering:

1° van een specifiek steunprogramma;

2° van didactisch materiaal;

3° van bouwmaterialen;

4° van premies voor tewerkstelling en opleiding, omschreven, krachtens artikel 55 van de kader-cao, door de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 september 2019 betreffende de toekenning van een opleidingspremie.

HOOFDSTUK 7 – Berekening van de theoretische stageverplichting voor de sector

Artikel 31

Volgens de statistische gegevens van de RSZ beschikbaar op 30 juin 2018, zijn er 535 bouwondernemingen die 50 of meer werknemers tewerkstellen en hebben zij in totaal 74.030 werknemers.

Op basis van de gegevens bedoeld in het 1ste lid, is de sector, ter uitvoering van artikel 42 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid, theoretisch verplicht om voor 2.221 personen startbaanovereenkomsten te sluiten.

HOOFDSTUK 8 – Slotbepalingen

Artikel 32

Constructiv is belast met de uitvoering, opvolging en coördinatie van alle acties en tegemoetkomingen die worden vastgesteld in deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 33

§1. Voor de in deze overeenkomst vastgestelde opleidingsacties voor risicogroepen wordt een inspanning van ten minste 0,15 % van de jaarlijkse loonmassa van de sector gedaan tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst.

§2. Overeenkomstig artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) bedragen de inspanningen voor de risicogroepen bedoeld in hoofdstuk 2 en 3 van deze overeenkomst minstens 0,05% van de jaarlijkse loonmassa van de sector tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst.

§3. Overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) bedragen de inspanningen voor risicogroepen bedoeld in hoofdstuk 2 en 3 van deze overeenkomst minstens 0,05% van de jaarlijkse loonmassa van de sector tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst en zijn bestemd voor jongeren die nog geen 26 zijn en die een opleiding volgen, hetzij in een systeem van alternerend leren, hetzij in het kader van een individuele beroepsopleiding.

§4. Met naleving van de percentages die zijn vastgesteld in de paragrafen 2 en 3 kan het Beheerscomité bedoeld in artikel 23 van de statuten van Constructiv bepalen welke doelgroepen bedoeld bij de artikelen 1 en 2 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) voorrang moeten krijgen.

Artikel 34

Deze overeenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Zij treedt in werking op 1 januari 2019 en verstrijkt op 31 december 2020.

Ze behoudt echter haar uitwerking tijdens de looptijd van de overeenkomsten die tijdens de in lid 1 vastgestelde geldigheidsperiode werden gesloten overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk 5.

 

 

 

 

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
23/09/2019
Registratienr
154771
Geldig van
01/01/2019
Geldig tot
31/12/2020
Neerleggingsdatum
30/09/2019
Registratiedatum
24/10/2019
Onderwerp
duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
BS Bericht van neerlegging
04/11/2019
Algemeen verbindend verklaring
Gevraagd
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
31/07/2020
Gepubliceerd in het B.St. van
25/08/2020
Keywords
-

Historiek
01/01/2023 31/12/2024 1903 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
01/01/2021 31/12/2022 1903 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
01/01/2019 31/12/2020 1903 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
01/09/2017 31/12/2018 1903 4802 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
01/01/2017 31/08/2017 1903 4802 Duurzame beroepsintegratie, herintegratie en opleiding van risicogroepen
01/01/2016 31/12/2016 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2015 31/12/2015 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2013 31/12/2014 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2011 31/12/2012 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2009 31/12/2010 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2007 31/12/2008 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2005 31/12/2006 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/09/2003 31/12/2004 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2003 31/08/2003 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/01/2001 31/12/2002 1903 4802 Maatregelen voor de inschakeling van de specifieke risicogroepen
01/06/1999 30/06/2001 1903 4802 Het peterschap voor restauratieberoepen in de bouw