1201 Werkgeversbijdrage in de vervoerskosten

Paritair (sub-)Comité nr.:
227.00.00-00.00

Bijwerking: 10/01/2024
Geldig vanaf: 01/01/2015

Openbaar vervoer:

  • Trein: 80% van de prijs van de treinkaart in 2de klas (derdebetalersovereenkomst wordt aangeraden)
  • Andere: 80% van de prijs van het gebruikte vervoerbewijs.

Privévervoer:

  • Loonplafond: neen.
  • Minimale afstand: 3 km.
  • Bedrag: 50% van de prijs van een maandelijkse treinkaart in 2de klas. (max. 25 EUR).

Fiets (bij gebrek aan een ondernemings-cao die voorziet in andere voorwaarden):

  • Maximale afstand: 20 kilometer per enkel traject
  • Bedrag: 0,28 EUR/km (vanaf 01/01/2024)

In het Paritair Comité voor de audiovisuele sector werd op 21 november 2014 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de financiële bijdrage in de vervoerskosten van de werknemers. (nr. 124789/CO/227).

Gemeenschappelijk openbaar vervoer

Onder gebruik van gemeenschappelijk openbaar vervoer, wordt verstaan:

  • De treinverplaatsingen op het net van de NMBS voor een traject in 2de klas;
  • De verplaatsingen met tram, bus of metro op het net van de MIVB;
  • De verplaatsingen met bus of tram op het net van de TEC;
  • De verplaatsingen met bus of tram op het net van DE LIJN;
  • De gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen die verschillende vervoersmiddelen combineren en/of op verschillende netten (NMBS/MIVB/TEC/DE LIJN)

§1. Voor wat betreft het door de NMBS georganiseerd treinvervoer, is de tussenkomst van de werkgever gelijk aan 80% van de prijs van de treinkaart in 2de klas voor een overeenstemmende afstand vanaf de eerste kilometer.

§2. Voor wat betreft het gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van het treinvervoer, dient de werkgever tussen te komen voor 80% van de prijs van het gebruikte vervoerbewijs of van de gebruikte vervoerbewijzen.

Er wordt de ondernemingen aanbevolen om, zonder bijkomende kosten, een derdebetalersovereenkomst voor het treinvervoer af te sluiten met de NMBS, waarbij de overige 20% door de overheid ten laste worden genomen, zodat de werknemer zou kunnen genieten van kosteloos woon-werkverkeer met de trein, op voorwaarde dat er geen bijkomende kosten zijn voor de werkgever als het derdebetalerssysteem zou wegvallen.

Verplaatsingen met een privé vervoermiddel

De bijdrage van de werkgever in de kosten voor het woon-werkverkeer van de werknemer die zijn eigen privé vervoermiddel (wagen of motorfiets) gebruikt, bedraagt 50% van de prijs van de treinkaart voor 1 maand in 2de klas voor hetzelfde aantal kilometers. De bij dit artikel ingevoerde tegemoetkoming wordt beperkt tot 25 euro per maand, in een werkregeling van 5 dagen per week.

Deze bijdrage is slechts verschuldigd wanneer de werknemer een afstand aflegt gelijk aan of groter dan 3 kilometer.

De bijdrage vindt slechts plaats voor de dagen van aanwezigheid op het werk.

De bijdrage wordt aan de werknemer maandelijks uitbetaald op dezelfde datum dan die die nageleefd moet worden voor de uitbetaling van de lonen binnen de onderneming.

Het aantal in aanmerking te nemen kilometers wordt in gemeenschappelijk akkoord op ondernemingsvlak vastgelegd.

Fiets

In deze sector is geen cao afgesloten die voorziet in een specifieke fietsvergoeding voor woon-werkverkeer.

Indien hierover op ondernemingsniveau geen cao is afgesloten, gelden vanaf 1 mei 2023 onderstaande regels.

Een vergoeding wordt toegekend aan de werknemer die de verplaatsingen tussen zijn woonplaats en zijn plaats van tewerkstelling regelmatig met de fiets verricht.

Onder "fiets wordt verstaan ": een rijwiel, een gemotoriseerd rijwiel of een speed pedelec, zoals gedefinieerd in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, in die zin dat de gemotoriseerde rijwielen en de speed pedelecs enkel in aanmerking komen wanneer ze elektrisch worden aangedreven.

Indien de werknemer voor die verplaatsingen gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen, waaronder de fiets, heeft hij de mogelijkheid om voor elk daarvan een vergoeding van zijn werkgever te ontvangen, op voorwaarde dat die verschillende vergoedingen betrekking hebben op:

  • hetzij verschillende gedeelten van het woon-werktraject;
  • hetzij hetzelfde traject (of hetzelfde gedeelte daarvan) dat in verschillende perioden van het jaar wordt afgelegd.

Eenzelfde afstand die op hetzelfde tijdstip is afgelegd, kan niet in aanmerking komen voor meerdere vergoedingen door de werkgever.

Het basisbedrag van de vergoeding is 0,145 EUR per met de fiets afgelegde kilometer. Dit bedrag zal jaarlijks geïndexeerd worden:

  • 2023 : 0,27 EUR/km
  • 2024 : 0,28 EUR/km

De toekenning van de vergoeding wordt geplafonneerd op een afstand van maximum 20 kilometer per enkel traject.

Om het bedrag van de tegemoetkoming van de werkgever te bepalen, dient de werknemer een verklaring op erewoord in te vullen en te ondertekenen waarin hij het aantal kilometers vermeldt dat hij met de fiets aflegt tussen zijn woonplaats en de plaats van tewerkstelling, evenals het betrokken aantal dagen in die maand.

De frequentie van de verklaring en de modaliteiten voor de controle van de in die verklaring vermelde gegevens moeten door de werkgever worden vastgesteld.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
21/11/2014
Registratienr
124789
Geldig van
01/01/2015
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
27/11/2014
Registratiedatum
24/12/2014
Onderwerp
financiële bijdrage in de vervoerskosten
BS Bericht van neerlegging
16/01/2015
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
23/08/2015
Gepubliceerd in het B.St. van
14/10/2015
Keywords
VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN

Historiek
01/01/2015 1201 Werkgeversbijdrage in de vervoerskosten