6301 Welzijn op het werk (inrichtingen die aan de wet op de ziekenhuizen onderworpen zijn behalve categorale ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen)

Paritair (sub-)Comité nr.:
330.01.10-00.00

Bijwerking: 11/03/2019
Geldig vanaf: 10/12/2018

Doelstelling: alle instellingen werken een eigen beleid uit op 2 vlakken en dit uiterlijk tegen 30/06/2019:

  • het voorkomen en verminderen van psychosociale risico's op het werk, waaronder stress en agressie, zodat burn-out en langdurige afwezigheid zoveel mogelijk kunnen worden vermeden en werknemers langer in goede en gezonde omstandigheden kunnen werken;
  • het bevorderen van re-integratie en de mogelijkheden van progressieve werkhervatting na ziekte of ongeval, zodat werknemers die toch uitvallen, zo snel mogelijk terug aan de slag kunnen in werk op maat.

In het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten werd op 10 december 2018 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende een algemeen sectoraal kaderakkoord met het oog op een algemeen beleid inzake het verminderen en voorkomen van stress, burn-out, agressie en andere psychosociale risico's op het werk en het bevorderen van re-integratie en de mogelijkheden voor progressieve werkhervatting na ziekte of ongeval (nr. 150638/CO/330).

Voor de inrichtingen die de CAO van 10 december 2018 niet moeten toepassen verwijzen wij u naar onze sectorale documentatie Hfdst. 6302 en 6303.

1. Toepassingsgebied

inrichtingen die aan de wet op de ziekenhuizen onderworpen zijn, met uitzondering van de categorale ziekenhuizen, psychiatrische verzorgingstehuizen en initiatieven van beschut wonen;

- forensisch-psychiatrische centra;

- revalidatiecentra waarvoor het comité van de verzekering van het RIZIV een overeenkomst heeft gesloten en die niet vallen onder de toepassing van artikel 5, §1, I, 5° van de bijzondere wet van 8/08/1980 tot hervorming der instellingen;

- thuisverpleging;

- diensten voor het bloed van het Rode Kruis van België;

- medisch-pediatrische centra;

- wijkgezondheidscentra.

2. Doelstelling

Een algemene kader scheppen dat een aantal principes aanreikt voor het uitwerken van een beleid op 2 vlakken:

  • het voorkomen en verminderen van psychosociale risico's op het werk, waaronder stress en agressie, zodat burn-out en langdurige afwezigheid zoveel mogelijk kunnen worden vermeden en werknemers langer in goede en gezonde omstandigheden kunnen werken;
  • het bevorderen van re-integratie en de mogelijkheden van progressieve werkhervatting na ziekte of ongeval, zodat werknemers die toch uitvallen, zo snel mogelijk terug aan de slag kunnen in werk op maat.

Doel: is dat alle instellingen een eigen beleid op deze 2 vlakken uitwerken, en dit uiterlijk tegen 30/06/2019.

3. Principes voor het uitwerken van een instellingsbeleid

- Respecteren van het wettelijk kader: welzijnswet werknemers van 4/08/1996, Codex welzijn op het werk en in de CAO nr. 72 van 30/03/1999 van de NAR betreffende het beleid ter voorkoming van stress door het werk.

- Proactief beleid: proactief na te denken over een beleid, zowel op vlak van psychosociale risico's als inzake re-integratie.

- Sociaal overleg en dialoog: vanaf het begin voldoende overleg tusen werkgever en werknemers in een constructieve sfeer, via de bestaande organen zoals het comité voor preventie en bescherming op het werk of bij onstentenis de vakbondsafvaardiging.

- Evaluatie en aanpassing van het beleid: het beleid moet op geregelde tijdstippen worden geëvalueerd en als dat nodig is worden aangepast of aangevuld.  De evaluatie en aanpassing van het beleid moeten ook met de werknemers worden gesproken.

- Gelijke behandeling en voorkomen van willekeur: de werknemers moeten niet anders behandeld worden zonder dat daarvoor een duidelijke reden bestaat.  In alle openheid te spreken.  Uitzonderingen zijn mogelijk.

- Maatwerk: men moet in de mate van het mogelijke zoeken naar een oplossing op maat van de werknemer.  Het is niet altijd nodig of mogelijk om dezelfde regeling te geven aan iedereen of om verworven rechten te behouden maar men moet uiteraard wel willekeur vermijden.

- Vertrouwen en autonomie: een zorgende organisatiecultuur van vertrouwen en voldoende autonomie draagt bij tot werknemers die zich goed voelen op het werk en beter presteren.

- Vorming en opleiding: alle werknemers moeten voldoende mogelijkheden krijgen voor vorming en opleiding.

- Hulp van derden: telkens wanner dat nodig of nuttig is kan de hulp van een derde worden ingeroepen, zowel van binnen als van buiten de organisatie.

- Samenwerking en kennisdeling: er is meer expertise nodig om een aantal vlakken wanneer personeelsleden vanwege patiënten, cliënten of in de arbeidsomgeving geconfronteerd worden met fysieke, verbale, enz. agressie => nuttig om te kunnen beschikken over gedragscodes of goede praktijken.

- Beperking administratieve overlast: de bedoeling is niet bijkomende administratieve overlast te veroorzaken maar wel om een meerwaarde te creëren vanuit een gemeenschappelijk doelstelling.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
10/12/2018
Registratienr
150638
Geldig van
10/12/2018
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
14/02/2019
Registratiedatum
20/02/2019
Onderwerp
algemeen kaderakkoord met het oog op een algemeen beleid inzake het verminderen en voorkomen van stress, burn-out, agressie en andere psychosociale risico's op het werk en het bevorderen van re-integratie en de mogelijkheden voor progressieve werkhervatting na ziekte of ongeval
BS Bericht van neerlegging
07/03/2019
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
06/06/2019
Gepubliceerd in het B.St. van
24/06/2019
Keywords
OPLEIDING (EXCL. SYNDICALE VORMING), MAATREGEL VOOR ONDERNEMING IN MOEILIJKHEDEN/HERSTRUCTURERING-NIET SWT, WELZIJN OP HET WERK, ZIEKTE/ONGEVAL/OVERLIJDEN

Historiek
10/12/2018 31/12/2999 6301 Welzijn op het werk (inrichtingen die aan de wet op de ziekenhuizen onderworpen zijn behalve categorale ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen)