Auteursrechten: onderworpen aan sociale bijdragen?

Van 
70346

Een uitvoerend kunstenaar neemt in het kader van zijn dienstverband deel aan een voorstelling. Hierdoor is hij houder van 'naburige rechten' (// auteursrechten).

Het is niet uitzonderlijk dat de werknemer van zijn werkgever een bedrag ontvangt als tegenprestatie voor de overdracht van zijn naburige rechten.

Moet deze vergoeding als loon worden gekwalificeerd?

Op deze vraag, die lang beschouwd werd als controversieel, werd door het Hof van Cassatie een duidelijk antwoord geformuleerd: de ontvangen bedragen voor de overdracht van de naburige rechten, worden beschouwd als loon. Bijgevolg zijn er socialezekerheidsbijdragen op dit bedrag verschuldigd.

De feiten

Een artieste die met een arbeidsovereenkomst in dienst werd genomen, neemt deel aan de opvoering van een musical waarvan de opnames worden gecommercialiseerd. Zij draagt haar naburige rechten over aan haar werkgever en ontvangt hiervoor een forfaitair bedrag van 400€ per maand.

De RSZ is van oordeel dat deze vergoeding loon is en dat er bijgevolg op dit bedrag socialezekerheidsbijdragen moeten worden berekend.

Het Hof van Beroep van Gent volgt de RSZ niet en geeft de werkgever gelijk door te stellen dat " de afstand van naburige vermogensrechten losstaat van de geleverde prestaties (...) als werknemer."

Het Hof van Cassatie vernietigde dit arrest en deelt het standpunt van de RSZ.

De redenering van het Hof van Cassatie

Het loonbegrip wordt in de zin van de socialezekerheidswet omschreven als elk voordeel in geld of in geld waardeerbaar:

  • dat de werkgever aan de werknemer toekent als tegenprestatie van arbeid verricht krachtens de arbeidsovereenkomst of,
  • waarop de werknemer ingevolge zijn dienstbetrekking recht heeft ten laste van zijn werkgever, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks.

Het Hof van Cassatie is van oordeel dat de vergoeding die de werknemer van zijn werkgever ontvangen heeft als tegenprestatie voor de overdracht van de naburige rechten aan deze bepaling beantwoordt. De vergoeding voor de overdracht van de rechten vloeit voort uit de prestaties die moeten worden geleverd in het kader van de arbeidsrelatie.

Sociale gevolgen van dit arrest

Wanneer een werkgever in de arbeidsovereenkomst aan zijn werknemer-uitvoerend kunstenaar een vergoeding toekent als tegenprestatie voor de overdracht van zijn naburige rechten, dan wordt dit bedrag als loon gekwalificeerd. De RSZ zal dus sociale bijdragen op dit bedrag innen.

Hoe zit het op fiscaal vlak?

Inkomsten uit auteursrechten worden tot 57.080 EUR per jaar (bedrag van toepassing voor het inkomstenjaar 2014 - aanslagjaar 2015) belast als een roerend inkomen. Het deel erboven wordt beschouwd als bedrijfsinkomsten waarop bedrijfsvoorheffing moet worden ingehouden volgens de normale regels die van toepassing zijn op de bezoldigingen van werknemers.

Op dit roerend inkomen moet, na aftrek van de reële of forfaitaire kosten (zie tabel hieronder) een roerende voorheffing van 15% worden ingehouden en doorgestort aan de belastingen. Daartoe moet een aangifte worden gedaan met een formulier 273S. De termijn voor de aangifte en de betaling bedraagt 15 dagen volgend op de betaling of toekenning van de inkomsten.

Tabel (bedragen van toepassing voor het inkomstenjaar 2014 - aanslagjaar 2015):

op de schijf van 0 tot 15.220 EUR   50 % 
op de schijf van 15.220 EUR tot 30.440 EUR  25 %
op de schijf boven 30.440 EUR   -

Op het einde van het beschouwde jaar moeten een fiscale fiche 281.45 en een samenvattende opgave 325.45 worden opgemaakt en overgemaakt aan het bevoegde Documentatiecentrum Bedrijfsvoorheffing.