Doelgroepvermindering collectieve arbeidsduurvermindering: nieuwe voorwaarde voor de toekenning verwacht vanaf 1 januari 2024

Van 

Om misbruik van het systeem van doelgroepvermindering voor collectieve arbeidsduurvermindering tegen te gaan, wil de regering via het ontwerp van programmawet een extra voorwaarde opleggen voor deeltijdse werknemers. Voor de verminderingen die vanaf 1 november 2023 worden ingevoerd, wordt de vermindering voor deeltijdse werknemers beperkt tot werknemers die gemiddeld ten minste 28 uur per week werken.


1. Het principe

Door deze vermindering moedigt de wetgever de werkgevers aan om de voltijdse arbeidsduur in het bedrijf te verminderen. Op die manier kunnen de vrijgekomen werkuren worden gebruikt om eventueel een andere werknemer in dienst te nemen.

2. Betrokken werkgevers

Het gaat om de werkgevers waarvan de werknemers onder het toepassingsveld vallen van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités of de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven. Over het algemeen zijn dit werkgevers uit de privésector en autonome overheidsbedrijven.

De werkgever kan de arbeidsduurvermindering en/of de vierdaagse werkweek invoeren voor al zijn personeel of alleen voor een of meerdere categorieën werknemers (bv. alleen voor arbeiders, 45-plussers, enz.).

De vermindering betreffende de invoering van de vierdaagse werkweek geldt alleen voor voltijdse werknemers, niet voor deeltijdse werknemers.

3. Betrokken werknemers

3.1 Voltijdse werknemers

Voor voltijdse werknemers verandert er niets op 1 januari 2024.

Voltijdse werknemers die behoren tot een categorie werknemers die voor onbepaalde duur zijn overgeschakeld op een arbeidsduurvermindering van ten minste één vol uur onder de 38 uur per week, of op een vierdaagse werkweek of op een combinatie van beide, kunnen in aanmerking komen voor deze doelgroepvermindering.

Ter herinnering, de vermindering is alleen toepasbaar als de werkduurvermindering op vrijwillige basis wordt ingevoerd. Wanneer een werkgever van paritair comité verandert en toetreedt tot een paritair comité waar de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur minder bedraagt dan in zijn vorig paritair comité, dan wordt de overgang naar de nieuwe arbeidsduur niet beschouwd als een collectieve vermindering van de arbeidsduur die recht geeft op een vermindering van de bijdragen. 

3.2 Deeltijdse werknemers

Dit geldt voor deeltijdse werknemers van wie het loon moet worden aangepast ingevolge de invoering van de arbeidsduurvermindering.

Voor deeltijdse werknemers zal een bijkomende voorwaarde van kracht worden vanaf 1 januari 2024. Voor arbeidsduurverminderingen die vanaf 1 november 2023 worden ingevoerd, moet de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur ten minste 28 uur bedragen.

4. Het bedrag van de vermindering

Op voorwaarde dat de arbeidsduurvermindering of de invoering van de vierdaagse werkweek gedurende het volledige kwartaal wordt gehandhaafd, is de vermindering als volgt:

  • Vermindering van de arbeidsduur tot 37 uur: € 400 gedurende 8 kwartalen (vanaf het kwartaal volgend op dat waarin de arbeidsduurvermindering werd ingevoerd)
  • Vermindering van de arbeidsduur tot 36 uur: € 400 gedurende 12 kwartalen (vanaf het kwartaal volgend op dat waarin de arbeidsduurvermindering werd ingevoerd)
  • Vermindering van de arbeidsduur tot 35 uur of minder: € 400 gedurende 16 kwartalen (vanaf het kwartaal volgend op dat waarin de arbeidsduurvermindering werd ingevoerd)
  • Vierdaagse werkweek: € 400 gedurende 4 kwartalen (vanaf het kwartaal volgend op dat waarin de vierdaagse werkweek werd ingevoerd)
  • Vierdaagse werkweek en arbeidsduurvermindering: de doelgroepvermindering bedraagt € 1.000 voor het kwartaal waarin de werknemer tegelijkertijd in aanmerking komt voor de vermindering in verband met de invoering van de vierdaagse werkweek en voor de vermindering in verband met de invoering van de arbeidsduurvermindering.

Bron: Programmawet van 22 december 2023, B.S. van 29 december 2023.