Leercontract - Maandelijkse minimumvergoeding vanaf 01/01/2012 (Duitstalige Gemeenschap)


38811

1. Leerovereenkomst

De bedragen van de maandelijkse minimumvergoedingen die verschuldigd zijn aan de leerlingen onder leerovereenkomst gesloten in de Duitstalige Gemeenschap om andere beroepen te leren dan het beroep van bankbediende worden vanaf 1 januari 2012 als volgt bepaald : 

1ste jaar van de leertijd

218,16 EUR

2de jaar van de leertijd, tussen 1 juli en 31 december

266,65 EUR

2de jaar van de leertijd, tussen 1 januari en 30 juni

387,86 EUR

3de jaar van de leertijd, tussen 1 juli en 31 december

454,52 EUR

3de jaar van de leertijd, tussen 1 januari en 30 juni

495,73 EUR

4de jaar van de leertijd

495,73 EUR

De leerlingen onder leerovereenkomst gesloten in de Duitstalige Gemeenschap om het beroep van bankbediende te leren, ontvangen de vergoeding die toegekend wordt aan de jongeren in "meesterschapsstage".  

2. Meesterschapsstage

De maandelijkse minimale toelage die in de Duitstalige Gemeenschap aan de stagiairs toegekend moet worden in het kader van een meesterschapsstage dat het bedrijfskundige gedeelte van een opleiding tot ondernemingshoofd omvat, bedraagt :

1ste jaar van de opleiding

495,73 EUR
2de jaar van de opleiding 705,89 EUR
3de jaar van de opleiding 833,86 EUR

 

Opmerking:
Deze bedragen zijn minimumbedragen ; de ondernemingshoofden mogen aan hun leerlingen hogere bedragen betalen, wetende dat boven 499,86 EURO de kinderbijslagen niet meer toegekend worden.