Alternerende opleidingen Vlaams secundair onderwijs: wijzigingen aan het wettelijk kader

Van 
91521

Wat u in dit bericht terugvindt: een decreet en een besluit van de Vlaamse Regering wijzigt het bestaande regelgevend kader inzake alternerende opleidingen. De voor ondernemingen belangrijkste aanpassing zijn wijzigingen in de verplichte modellen van (stage)overeenkomst altererende opleiding en het openstellen van werkplekleren buiten het Vlaams en Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

In dit artikel gaan we dieper in op alle wijzigingen met een noemenswaardige weerslag op ondernemingen.
Voor de goede orde: dit artikel heeft enkel betrekking op het stelsel van werkplekleren i.k.v. alternerende opleidingen georganiseerd binnen het Vlaams secundair onderwijs.

  1. De (stage)overeenkomst alternerende opleiding: aangepaste modelovereenkomsten vanaf 1 juli 2018

Vanaf 1 juli 2018 geldt een ander verplicht te hanteren model van stageovereenkomst alternerende opleiding en een ander verplicht te hanteren model van overeenkomst altererende opleiding.
De voornaamste nieuwigheden zijn,
- voor de stageovereenkomst alternerende opleiding:

  • de verplichting om het uurrooster te bepalen middels een bijlage, met een aantal verplichte elementen. Het uurrooster wordt bijgevolg niet meer gedefinieerd in de corpus van de overeenkomst;
  • de vermelding van de registratieplicht van de overeenkomst bij Syntra Vlaanderen, alsook de vermelding van een inzagerecht van de leerling in de door Syntra Vlaanderen verwerkte persoonsgegevens.

- voor de overeenkomst altererende opleiding:

  • de verplichting om het uurrooster te bepalen middels een bijlage, met een aantal verplichte elementen. Het uurrooster wordt bijgevolg niet meer gedefinieerd in de corpus van de overeenkomst;
  • de vermelding van de registratieplicht van de overeenkomst bij Syntra Vlaanderen, alsook de vermelding van een inzagerecht van de leerling in de door Syntra Vlaanderen verwerkte persoonsgegevens;
  • de verplichting tot eenzelfde tussenkomst in het woon-werkverkeer als voor de werknemers van de betrokken onderneming.

U vindt de nieuwe modellen hier, in Word-formaat.

 

  1. Verplicht gebruik van de (stage)overeenkomst alternerende opleiding: nieuwe en geschrapte uitzonderingen.

Voor de sociale maribel-sectoren – dat het overgrote deel van de social profit omvat – en voor welbepaalde trajecten in het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO) voorzag de wetgeving reeds uitzonderingen op het verplicht aanwenden van een (stage)overeenkomst altererende opleiding.
Vanaf 1 september 2018 geniet ook de zeevisserij een uitzondering, meer specifiek de ondernemingen die ressorteren onder het paritaire comité n° 153. I.p.v. een (stage)overeenkomst altererende opleiding kunnen deze ondernemingen een reguliere arbeidsovereenkomst sluiten. Deze arbeidsovereenkomst moet wel beantwoorden aan de bepalingen van de wet van 3 mei 2003 tot regeling van de arbeidsovereenkomst wegens scheepdienst voor de zeevisserij en tot verbetering van het sociaal statuut van de zeevisser.

En voor het buitengewoon secundair onderwijs, meer specifiek tijdens de integratiefase van opleidingsvorm 3 (ABO BuSo OV3), vervalt per 1 maart 2019 de verplichting om een werkervaringsovereenkomst te hanteren. Behoudens toekomstige wijzigingen in de regelgeving geldt vanaf dus de verplichting van een (stage)overeenkomst altererende opleiding.
We plaatsen nog enig voorbehoud bij deze laatste wijziging wijziging. Het vereiste decreet was nog niet goedgekeurd op het ogenblik van de totstandkoming van dit actua-bericht.

 

  1. Werkplekleren buiten het Vlaamse en Brusselse Gewest wordt mogelijk vanaf 1 september 2018

De gewijzigde regelgeving voorziet, vanaf 1 september 2018, de mogelijkheid voor de leerling om zijn werkplek-component buiten het Vlaamse of Brusselse Gewest te volgen.

Vanaf 1 september 2018 kan de leerling secundair onderwijs, die een alternerende opleiding volgt bij een Vlaamse onderwijs- of opleidingsvoorziening, zijn werkplekcomponent dus ook invullen bij een onderneming met vestiging in het Waalse Gewest of in het buitenland.
Indien deze mogelijkheid wordt benut, geldt de aldaar van toepassing zijnde regelgeving voor een gelijkaardig opleidingssysteem van altererend werken en leren, en dus niet meer het Vlaamse kader van (stage)overeenkomsten altererende opleiding.

 

  1. Samenwerkingsverbanden tussen ondernemingen worden mogelijk vanaf 1 september 2018

Vanaf 1 september 2018 kan de onderneming zijn opleidingsplan deels laten plaatsvinden bij een andere onderneming i.k.v. een samenwerkingsverband. De voorwaarden:
- de andere onderneming is eveneens erkend;
- een samenwerkingsovereenkomst werd gesloten met alle betrokken partijen, inclusief de opleidingsvertrekker;
- de regeling kan enkel gedurende de termijn en voor de onderdelen die door het sectoraal partnerschap werden bepaald, of bij afwezigheid van een sectoraal partnerschap in de betrokken sector door het Vlaams Partnerschap Duaal Leren;
- het Vlaams Partnerschap Duaal leren of het sectorale partnerschap wordt steeds op de hoogte gesteld van het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst.

  1. Vanaf 1 september 2019 wordt het duaal leren een structureel onderdeel van het Vlaamse onderwijslandschap.

Alternerende opleidingen worden o.m. georganiseerd i.k.v. opleidingen secundair onderwijs die de Vlaamse regering als duaal aanduidt. Vandaag zijn dit de opleidingen i.k.v. het proefproject ‘Schoolbank op de werkplek’.
Vanaf 1 september 2019 maakt dit project plaats voor een structurele inbedding van het duaal leren in het Vlaams onderwijs. In beginsel wordt duaal leren vanaf dan mogelijk in alle scholen voor voltijds secundair onderwijs, centra voor deeltijds onderwijs en Syntra Vlaanderen.
De verwachting is dat het opleidingsaanbod van duaal leren vanaf dan nog sterker zal toenemen.

 

  1. ‘Brugproject’ wordt tegen 1 september 2019 vervangen door de ‘aanloopcomponent

De werkplek-component kan in bepaalde omstandigheden ingevuld worden door een brugproject. Dit systeem van brugprojecten vervalt per 1 september 2019 en maakt plaats voor de ‘aanloopcomponent’. De ‘voortrajecten’ worden overigens ook geïntegreerd in de aanloopcomponent.

Bronnen:

  • Besluit dd. 22 juni 2018 van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2016 houdende uitvoering van het decreet van 10 juni 2016 tot regeling van bepaalde aspecten van alternerende opleidingen, wat betreft de voorwaarden van de onderneming, de beroepsmogelijk heden en de modelovereenkomsten, B.S. 22 augustus 2018.
  • Decreet dd. 30 mart 2018 Decreet betreffende duaal leren en de aanloopfase (1), B.S. 23 mei 2018.