0501 Eindejaarspremie (118.03.00 en 118.09.00 uitgezonderd)

Paritair (sub-)Comité nr.:
118.00.00-00.00, 118.01.00-00.00, 118.02.00-00.00, 118.03.00-00.00, 118.04.00-00.00, 118.05.00-00.00, 118.06.00-00.00, 118.07.00-00.00, 118.08.00-00.00, 118.09.00-00.00, 118.10.00-00.00, 118.11.00-00.00, 118.12.00-00.00, 118.13.00-00.00, 118.14.00-00.00, 118.15.00-00.00, 118.16.00-00.00, 118.17.00-00.00, 118.18.00-00.00, 118.19.00-00.00, 118.20.00-00.00, 118.21.00-00.00, 118.22.00-00.00

Bijwerking: 10/11/2005
Geldig vanaf: 01/01/1995
Geldig tot: 31/12/2013

C.A.O. van 17 mei 1995 – K.B. du 3 juli 1996 – B.S. van 14 september 1996
Geldigheid: 1er januari 1995 – 31 december 1996 en vervolgens wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd 

Eindejaarspremie - PSC 118.03 et 118.09 uitgezonderd

Voorwaarden en bedrag

Voor de werklieden en werksters die sedert twaalf maanden tewerkgesteld zijn: minimumbedrag van 4 1/3 week brutoloon.

Betalingsdatum

Behoudens andere schikkingen overeengekomen op het vlak van de onderneming wordt de eindejaarspremie betaald:

  • vóór 25 december van het lopende kalenderjaar voor de werklieden en werksters in dienst op het ogenblik van de betaling;
  • voor de andere werklieden en werksters : op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten.

Prorata-betaling

Per maand effectief gepresteerde dienst gedurende het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft, wordt 1/12 van voornoemde premie verleend aan de werklieden en werksters,

Behalve voor de werklieden en werksters die minder dan één jaar anciënniteit hebben en die de onderneming uit vrije wil verlaten hebben, of de werklieden en werksters die worden ontslagen om dringende reden: geen premie

Handeling gelijkstaand met verbreking van de werkgever , of beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht in geval van ziekte of arbeidsongeval : prorata temporis recht op de eindejaarspremie.

De eindejaarspremie wordt uitgekeerd aan de werklieden en werksters tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst van bepaalde tijd, voor een duidelijk omschreven werk, voor vervanging en seizoenarbeid die, tijdens de twaalf maanden die de laatste tewerkstellingsdag voorafgaan, minimum drie maanden aanwezigheid hebben in de onderneming. Deze eindejaarspremie wordt berekend pro rata temporis op basis van de prestaties van het lopende kalenderjaar.

Enkele afwezigheden worden echter met effectieve gepresteerde dienst gelijkgesteld. 

Gelijkstellingen

Zie ACO art. 6

In het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid werd op 17 mei 1995 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten houdende toekenning van een eindejaarspremie. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 3 juli 1996 en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 14 september 1996.

Deze CAO had uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en  wordt op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor een periode van één jaar (...)

Wij geven u hierna de integrale tekst van de CAO; de tussentitels werden door ons aangebracht. Vervolgens geven wij U een bondige commentaar en enkele praktische schikkingen.

Tekst CAO

1. Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder de bevoegdheid ressorteren van het Paritair Comité voor de voedings-nijverheid, met uitzondering van de groenteconservennijverheid, de industriële en ambachtelijke bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de consumptiesalons bij een kleinbanketbakkerij, de ambachtelijke roomijsfabrikanten en suikerbakkers.

2. Bedrag

Artikel 2

De partijen komen overeen de werklieden en werksters een eindejaarspremie toe te kennen.

Voor de werklieden en werksters die sedert twaalf maanden tewerkgesteld zijn, stemt deze premie overeen met een minimumbedrag van 4 1/3 weken brutoloon.

Artikel 3

§1. Het brutoloon wordt berekend op basis van het normale uurloon op het ogenblik van de betaling van de eindejaarspremie en vermeerderd met de contractuele premies die rechtstreeks gebonden zijn aan de door de werknemers verrichte prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt.          
Het omvat ook de voordelen in natura die aan de inhoudingen voor sociale zekerheid onderworpen zijn.
Daarentegen worden premies of vergoedingen die als tegenwaarde van werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen.

§2. Het bedrag van de contractuele premies waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt wordt berekend op basis van het gemiddelde van de in §1 omschreven premies ontvangen tijdens het kalenderjaar waarop de eindejaarspremie betrekking heeft, met uitzondering van de maand waarin de eindejaarspremie wordt uitbetaald.

§3. In de sectoren of ondernemingen waar bijzondere overeenkomsten gunstiger of evenwaardige berekeningswijzen voorzien blijven deze van toepassing.

3. Pro rata-betaling

Artikel 4

Per maand gepresteerde dienst gedurende het kalenderjaar waarop de eindejaarspremie betrekking heeft wordt één twaalfde van voornoemde premie verleend aan de werklieden en werksters, behoudens de uitzonderingen voorzien in de artikelen 5 en 7 en de gelijkstellingen in artikel 6.

Onder gepresteerde maand wordt verstaan een periode van dertig kalenderdagen.

4. Vrijwillig vertrek, dringende reden, handeling gelijkstaand met verbreking

Artikel 5

De werklieden en werksters, die de onderneming vrijwillig verlaten hebben, genieten het voordeel van de eindejaarspremie niet, behalve indien zij op dat ogenblik een anciënniteit in het bedrijf hebben van één jaar.

De werklieden en werksters die worden ontslagen om dringende reden kunnen geen aanspraak maken op een eindejaarspremie.

In geval van een handeling, gelijkstaand met verbreking die van de werkgever uitgaat, heeft de werknemer pro rata temporis recht op de eindejaarspremie.

Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht in geval van ziekte of arbeidsongeval wordt gelijkgesteld met een verbreking die van de werkgever uitgaat.

5. Gelijkgestelde dagen

Artikel 6

Het bedrag van de eindejaarspremie mag worden herleid naar rata van de afwezigheden in de loop van het kalenderjaar. Worden echter met werkelijk gepresteerde dienst gelijkgesteld de volgende afwezigheden:

  • de wettelijke en conventionele jaarlijkse vakantiedagen;
  • de wettelijke feestdagen;
  • het kort verzuim;
  • de beroepsziekte;
  • het arbeidsongeval;
  • de gewone wederoproeping onder de wapens;
  • de dagen gewijd aan de uitoefening van een openbaar mandaat en een mandaat in syndicaal verband bepaald bij artikel 16, 9° en 10° van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd door koninklijk besluit van 12 november 1970 (Belgisch Staatsblad van 18 november 1970);
  • de dagen van deelneming aan stages of studiedagen die aan de arbeidsopvoeding of aan de syndicale vorming gewijd zijn naar rata van maximum vijftien dagen per jaar;
  • de dagen van staking of lock-out volgens de voorwaarden bepaald in artikel 19 van het voormeld koninklijk besluit van 30 maart 1967 (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd door koninklijk besluit van 20 juli 1970 (Belgisch Staatsblad van 31 juli 1970);
  • de dagen van gedeeltelijke werkloosheid;
  • de dagen gewijd aan de vervulling van burgerplichten.

In geval van ziekte of ongeval, bedraagt de gelijkstellingsperiode twaalf maanden, de rustperiode vóór en na de bevalling beloopt vijftien weken met ingang van de eerste dag van arbeidsongeschiktheid of van de rustperiode.

Voor de gepensioneerden wordt de toekenning van de eindejaarspremie uitgekeerd naar verhouding van hun werkelijke en gelijkgestelde prestaties van het lopend kalenderjaar.

Voor de conventioneel bruggepensioneerden geeft elke gepresteerde maand recht op de betaling van één twaalfde van het bedrag van de eindejaarspremie.

De maanden van brugpensioen geven recht op de betaling van 20 pct. van de overblijvende eindejaarspremie en dit tot 31 december van het lopende kalenderjaar.

Bovendien mag per dag van ongewettigde afwezigheid een bepaald percentage worden afgetrokken van het bedrag van de eindejaarspremie die door de ondernemingsraad, de syndicale afvaardiging of het arbeids-reglement wordt vastgesteld.

6. Bepaalde tijd, duidelijk omschreven werk, vervanging, seizoenarbeid

Artikel 7

In afwijking van artikel 4, wordt de eindejaarspremie uitgekeerd aan de werklieden en werksters tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst van bepaalde tijd, voor een duidelijk omschreven werk, voor vervanging en seizoenarbeid die, tijdens de twaalf maanden die de laatste tewerkstellingsdag voorafgaan, minimum drie maanden aanwezigheid hebben in de onderneming. Deze eindejaarspremie wordt berekend pro rata temporis op basis van de prestaties van het lopende kalenderjaar.

7. Betalingsdatum

Artikel 8

Behoudens andere schikkingen overeengekomen op het vlak van de onderneming wordt de eindejaarspremie betaald :

  • vóór 25 december van het lopende kalenderjaar voor de werklieden en werksters in dienst op 1 december;
  • voor de andere werklieden en werksters op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten.

8. Slotbepalingen

Artikel 9

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1993 houdende toekenning van een eindejaarspremie aan de werklieden en werksters, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 januari 1994 (Belgisch Staatsblad van 21 april 1994).

Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1996.

Vervolgens wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor een periode van één jaar (...)

Commentaar

De huisarbeider(ster) valt niet onder het toepassingsgebied van de Arbeidsovereenkomstenwet valt, maar wordt wel begrepen in het toepassingsgebied van de CAO-wet.

De CAO voor de voedingsnijverheid, die op algemene wijze en zonder beperking op alle werklieden en werksters van toepassing is, is bijgevolg ook van toepassing op de huisarbeiders, die niet uitdrukkelijk werden uitgesloten en trouwens onder het gezag van anderen werken. Een huisarbeider(ster) heeft derhalve recht op de door die CAO ingestelde eindejaarspremie. (Arbh. Antwerpen, 3e k., 27 april 1990, SRK 1995, blz. 375)

Praktische schikkingen

Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij GROUP S - Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie, slechts de arbeiders vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dient u de arbeiders toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.


Historiek
01/01/2022 31/12/2050 05 Eindejaarspremie
01/01/2014 31/12/2021 05 Eindejaarspremie
01/01/1995 31/12/2013 05 Eindejaarspremie (118.09.00)
01/01/1996 31/12/2013 05 02 Eindejaarspremie (118.03.00)
01/01/1995 31/12/2013 05 01 Eindejaarspremie (118.03.00 en 118.09.00 uitgezonderd)