15 Uitzendkrachten

Paritair (sub-)Comité nr.:
140.01.02-00.00

Bijwerking: 06/08/2004
Geldig vanaf: 01/01/1997

In het Paritair Comité voor het vervoer werd op 20 december 1996 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de te volgen procedure inzake aflevering van het individueel document aan de uitzendkrachten in de ondernemingen voor geregelde en speciale autobusdiensten en in de autocarondernemingen.

Zij werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 9 januari 2000 en gepubliceerd in het Belgisch staatsblad van 26 februari 2000.

 

Daarnaast werd er in het Paritair Comité voor het vervoer op 20 december 1996 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de tewerkstelling van sommige uitzendkrachten in de ondernemingen voor geregelde en speciale autobusdiensten en in autocarondernemingen.  Deze werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 25 maart 1999 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 8 december 1999.

 

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze twee CAO’s.

 

 

 

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen van het geregeld vervoer, van het bijzonder geregeld vervoer en van het ongeregeld vervoer die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en op hun werklieden.

Onder werklieden, wordt bedoeld :

1° de werklieden en werksters;

2° de personen verbonden door een arbeidsovereenkomst geregeld door de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten die hoofdzakelijk handenarbeid verrichten ongeacht de juridische kwalificatie die door de partijen aan de arbeidsovereenkomst werd gegeven;

3° de personen bedoeld in artikel 3, 5°bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 betreffende de sociale zekerheid van de loontrekkenden.

 

 

Artikel 2

Onder "individueel document" wordt bedoeld het document waarvan de aflevering geregeld is door de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 1996 betreffende het individueel document in de ondernemingen voor geregelde en speciale autobusdiensten en van de autocarondernemingen algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 18 november 1997 (Belgisch Staatsblad van 12 december 1997).

 

Artikel 3

Onder "sociaal fonds" wordt bedoeld het "Sociaal Fonds voor de werklieden van de Ondernemingen der Openbare en Speciale Autobusdiensten en Autocardiensten".

 

 

Artikel 4 

Indien een uitzendbureau een uitzendkracht ter beschikking stelt van een in artikel 1 bedoelde werkgever, is het er toe gehouden de procedures na te leven die door deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaald is.

 

Artikel 5

De door deze overeenkomst bepaalde procedure vervangt, ten aanzien van de uitzendkrachten, deze bepaald door voornoemde overeenkomst van 26 juni 1996.

 

Artikel 6

Ten laatste op het ogenblik dat de uitzendkracht tewerkgesteld wordt, deelt het uitzendbureau per fax aan het sociaal fonds de volgende inlichtingen mede, en dit voor iedere uitzendkracht :

1° Identificatiegegevens van het uitzendbureau :

 -maatschappelijke benaming;

 -adres;

 -inschrijvingsnummer bij de R.S.Z.

2° Identificatiegegevens betreffende de gebruiker :

-naam en voornaam of maatschappelijke benaming;

-adres;

-inschrijvingsnummer bij de R.S.Z.;

-het bevoegd paritair subcomité.

3° gegevens betreffende de uitzendkracht :

-naam en voornaam;

-geboorteplaats en geboortedatum;

-adres;

-rijksregisternummer;

-nationaliteit.

4° Gegevens betreffende het begin en het einde van de tewerkstelling :

-eerste dag van de tewerkstelling bij de gebruiker;

 -einddatum van de overeenkomst.

5° Gegevens betreffende de arbeidsvoorwaarden van de uitzendkracht :

 -dagelijkse arbeidsduur;

 -wekelijkse arbeidsduur;

 -functie gebruik makend van de volgende afkortingen :

·       B voor de buschauffeurs;

·       C voor de chauffeurs van autocars;

·       S voor de buschauffeurs van de speciale diensten;

·       M voor het personeel tewerkgesteld in de garage en onderhoudspersoneel;

-tewerkstellingsplaats;

   -voorziene tewerkstellingsduur.

 

 

Artikel 7

In het kader van deze overeenkomst vervult het sociaal fonds de opdrachten voorzien door de voornoemde overeenkomst van 26 juni 1996.

 

Artikel 8

Om de drie maanden levert het sociaal fonds een verslag af aan het beperkt comité.

 

 

Artikel 9

§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang op 1 januari 1997 en is voor onbepaalde duur gesloten.

§ 2. Zij kan door iedere ondertekenende partij opgezegd worden mits betekening per aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer, van een opzeggingstermijn van zes maanden.

Voor de betekening van de in het vorig lid bedoelde opzeggingstermijn, is de partij die overweegt deze overeenkomst op te zeggen ertoe gehouden aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en aan de andere partijen deze bedoeling alsook de beweegredenen ervan mede te delen.

Binnen de maand vanaf de ontvangst van de betekening van de bedoeling om over te gaan tot opzegging van deze overeenkomst, is de voorzitter er toe gehouden het verzoeningsbureau bevoegd voor de in artikel 1 bedoelde werkgevers bijeen te roepen.

 

 

 

 

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen voor geregelde en speciale autobusdiensten en van de autocarondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer alsook op hun werklieden, hierna " werknemers " genoemd.

Onder werklieden, wordt bedoeld :

1° de werklieden en werksters;

2° de personen verbonden door een arbeidsovereenkomst geregeld door de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten die hoofdzakelijk handenarbeid verrichten ongeacht de juridische kwalificatie die door de partijen aan de arbeidsovereenkomst werd gegeven;

3° de personen bedoeld in artikel 3, 5° bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 betreffende de sociale zekerheid van de loontrekkenden;

4° de uitzendkrachten die ter beschikking van een in dit artikel bedoelde werkgever worden gesteld;

5° de chauffeurs tewerkgesteld door of ter beschikking gesteld van de in het eerste lid van dit artikel bedoelde werkgevers.

 

 

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst beoogt de effectieve toepassing van het verbod van tewerkstelling van gepensioneerden en bruggepensioneerden zoals voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 1996, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 18 november 1997 (Belgisch Staatsblad van 12 december 1997).

 

 

Artikel 3

Onder " bruggepensioneerde " wordt bedoeld de persoon aan dewelke de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening het recht op het statuut van bruggepensioneerde erkend heeft zoals voorzien door de werkloosheidsreglementering.

De werkman aan dewelke het in het vorig lid bedoelde recht erkend werd wordt beschouwd als bruggepensioneerde, zelfs indien hij van dit statuut afziet.

 

Artikel 4

Onder " gepensioneerde ", wordt bedoeld iedere persoon ten aanzien van dewelke :

1° het recht op een ouderdomspensioen werd geopend, ongeacht de leeftijd van de betrokkene op het ogenblik van de opening van het recht;

2° het recht op een overlevingspensioen werd geopend, ongeacht de leeftijd van de betrokkene op het ogenblik van de opening van het recht;

3° het recht op een om het even welke sociale vergoeding, met uitzondering van de werkloosheidsuitkeringen, werd geopend voor zover het genot van deze sociale vergoeding onderworpen is aan de voorwaarde dat de betrokkene geen beroepsactiviteit meer uitoefent en/of dat de inkomsten voortspruitend uit deze activiteit beperkt zijn.

Voor de toepassing van dit artikel, wordt onder " opening van het recht " bedoeld het feit dat een beslissing het recht op een pensioen of op een sociale vergoeding toekent en het bedrag ervan bepaalt.

 

 

Artikel 5

De in artikel 1 bedoelde werkgevers mogen geen gepensioneerde of bruggepensioneerde uitzendkrachten tewerkstellen.

 

Artikel 6

De uitzendbureaus mogen geen gepensioneerde of bruggepensioneerde uitzendkrachten ter beschikking stellen van de in artikel 1 bedoelde werkgevers.

 

 

Artikel 7

§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1997 en is voor onbepaalde duur gesloten.

§ 2. Zij kan door iedere ondertekenende partij opgezegd worden mits betekening per aangetekende brief, aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer, van een opzeggingstermijn van zes maanden.

Voor de betekening van de in het vorig lid bedoelde opzeggingstermijn, is de partij die overweegt deze overeenkomst op te zeggen ertoe gehouden aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en aan de andere partijen deze bedoeling alsook de beweegredenen ervan mede te delen.

Binnen de maand vanaf de ontvangst van de betekening van de bedoeling om over te gaan tot opzegging van deze overeenkomst, is de voorzitter ertoe gehouden het verzoeningsbureau bevoegd voor de in artikel 1 bedoelde werkgevers bijeen te roepen.

 


Historiek
01/01/1997 31/12/2999 15 Uitzendkrachten