0502 Eindejaarspremie (personeel in de vismijnen)

Paritair (sub-)Comité nr.:
143.00.00-00.00

Bijwerking: 09/10/2012
Geldig vanaf: 01/01/1994

Bedrag: 4,96 EUR per gewerkte of gelijkgestelde dag met een minimum van 100 en een maximum van 200 rechtgevende dagen.

Betaling: uitbetaald samen met de laatste loonuitkering van het betrokken jaar en uiterlijk tegen 31 januari van het volgend jaar.

Toekenningsmodaliteiten:

  • in de loop van de referteperiode gedurende minstens 6 maanden werkzaam geweest zijn in de bedrijfstak en deze niet vrijwillig verlaten hebben (de voorwaarde inzake vrijwillige verlating geldt niet voor de (brug)gepensioneerden);
  • de arbeiders die op 31 december volledig en onvrijwillig werkloos zijn hebben ook recht op de premie voor zover de voorgaande voorwaarde nageleefd werd.

In het Paritair Comité voor de zeevisserij werd er op 26 januari 1995 een CAO gesloten tot vaststelling van de toekenningsmodaliteiten voor de toekenning van een eindejaarspremie (KB 3 mei 1996, BS 5 juli 1996).

1. Toepassingsgebied

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op al het personeel ressorterend onder het Paritair Comité voor de zeevisserij in het bezit van een vislosserskaart afgeleverd door het Paritair Comité voor de zeevisserij en het personeel van de visveilingen tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst.

2. Toekenningsvoorwaarden

Met het oog op de correcte interpretatie van de toekenningsvoorwaarden zoals bepaald in bovenstaande collectieve arbeidsovereenkomst wordt overeengekomen dat de inactiviteitdagen wegens ziekte of arbeidsongeval worden gelijkgesteld op dezelfde wijze als bepaald voor de berekening van het wettelijk betaald verlof.

Personeelsleden die gedurende de referteperiode vrijwillig het bedrijf verlaten, het voorwerp uitmaken van ontslag wegens dringende reden, of tijdens de duur van de erkenning als vislosser gedurende het refertejaar werden gemonsterd aan boord van vissersvaartuigen verliezen het recht op de eindejaarspremie.

Ingeval van wedertewerkstelling als vislosser na de aanmonstering behouden zij hun recht als erkend vislosser. Pensioen en brugpensioen worden niet beschouwd als vrijwillig ontslag.

3. Berekeningsbasis

Het bedrag van de eindejaarspremie wordt bepaald op 200 fr. (4,96 EUR) per gewerkte of gelijkgestelde dag met een minimum van 100 en een maximum van 120 rechtgevende dagen.

4. Betaling

De betaling geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de bovenvermelde nationale collectieve arbeids-overeenkomst.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1994 en is gesloten voor onbepaalde duur.

5. Praktische schikkingen

Wij vestigen uw aandacht op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie, slechts de arbeiders vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dient U de arbeiders toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.


Historiek
01/01/1994 31/12/2999 0502 Eindejaarspremie (personeel in de vismijnen)