43 Gelegenheidsarbeid

Paritair (sub-)Comité nr.:
144.00.00-00.00

Bijwerking: 25/07/2022
Geldig vanaf: 01/07/2016
Geldig tot: 31/12/2021

In de landbouwsector geldt een specifiek systeem van gelegenheidsarbeid. Het is erop gebaseerd dat de bijdragen voor gelegenheidsarbeiders niet worden berekend op het werkelijke loon, maar op een forfaitair dagloon.

1. Toepassingsgebied

Een gelegenheidsarbeider in het paritair comité voor de landbouw betreft de arbeider tewerkgesteld bij een of meer werkgevers die ressorteren onder het paritair comité voor de landbouw en dit voor zover de werknemer uitsluitend wordt tewerkgesteld op de eigen gronden van de werkgever gedurende maximaal 30 dagen per kalenderjaar.

Een arbeider die ressorteert onder het paritair comité voor de uitzendarbeid kan ook als gelegenheidsarbeider worden beschouwd als hij wordt tewerkgesteld bij een gebruiker die ressorteert onder het paritair comité voor de landbouw cf. de hieronder vermelde voorwaarden.

2. Aantal dagen extra

  • maximum 30 dagen per kalenderjaar bij één of meerdere werkgevers
  • maximum 65 dagen per kalenderjaar ingeval van gelijktijdige tewerkstelling als gelegenheidsarbeider in de landbouw- en de tuinbouwsector. Hetzelfde geldt indien de gelegenheidsarbeider in de landbouw gelijktijdig ook een gelegenheidsactiviteit uitoefent in de horecasector
  • 65 dagen + 35 extra dagen per kalenderjaar als gelegenheidsarbeider in de witloofteelt.
  • 156 dagen tijdens een periode van intense activiteit + 35 extra dagen per kalenderjaar als gelegenheidsarbeider in de champignonteelt.

Voorwaarde voor tewerkstelling als gelegenheidsarbeider : in de loop van de 180 voorafgaande dagen niet in een andere hoedanigheid dan als gelegenheidsarbeider in de landbouw- of tuinbouwsector gewerkt hebben.

Ook in 2022 past men de 180 dagenregel toe op het niveau van de onderneming in plaats van de sector.

Als 'onderneming' beschouwt men het geheel van juridische entiteiten die worden bestuurd door dezelfde bestuurders en /of beheerders of die behoren tot dezelfde technische bedrijfseenheid.

Voor de 180 dagenregel houdt men geen rekening met een contract voor bepaalde duur of voor duidelijk omschreven werk van maximaal 6 opeenvolgende kalenderweken.

De 180 dagenregel geldt ook niet wanneer een vaste werknemer met wettelijk pensioen gaat en nadien in dezelfde onderneming aan de slag wil als gelegenheidsarbeider. Het koninklijk besluit dat deze bepaling bevat, werd voortaan gepubliceerd (1).

Omwille van de corona-epidemie worden voor het jaar 2022 de contingenten, zoals voor 2021, verhoogd als volgt:

  • 30 wordt 60
  • 65 wordt 100

Voor het jaar 2022, wordt voor de gelegenheidswerknemers die tewerkgesteld zijn in de fruitteelt, het contingent ook verhoogd naar 100 dagen met uitzondering van de werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, wat de laatste 35 dagen van de 100 dagen betreft.

(1) Koninklijk besluit van 17 juni 2022 tot wijziging van artikel 8bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. 

3. Dimona ingeval van tewerkstelling als gelegenheidswerknemer

De dimona moet dagelijks gedaan worden. Voor elke dag van tewerkstelling moet er een dimona worden gedaan met het beginuur en het verwachtte einduur en dit uiterlijk bij aanvang van de prestaties.

Om het voordeel van de berekening op het forfaitair dagloon te kunnen genieten, moet de Dimona-aangifte tijdig gedaan worden.

Als dat niet het geval is dan zal het forfaitaire voordeel gelegenheidswerk niet kunnen toegepast worden en er zullen bijdragen verschuldigd zijn zoals voor een gewone werknemer.

4. Berekening van de RSZ-bijdragen

Het systeem van gelegenheidsarbeid is erop gebaseerd dat de bijdragen voor gelegenheidsarbeiders niet worden berekend op het werkelijke loon, maar op een forfaitair dagloon. Aangezien deze arbeiders niet onder de vakantieregeling vallen, wordt dit forfaitair dagloon niet verhoogd met 8%.

De dagen waarop de gelegenheidsarbeider effectief prestaties levert, ongeacht het aantal uren dat hij op een dag werkt, worden aangegeven met een forfaitair dagloon, zolang de grens van 30 dagen wordt gerespecteerd.

Het forfaitair dagloon in de landbouw bedraagt 23,92 EUR (vanaf 1 juli 2022).

Let op : wanneer de Dimona gelegenheidsarbeid niet is uitgevoerd of het gelegenheidsformulier niet werd ingevuld, mag men de bijdragen niet berekenen op het forfaitair dagloon. De werknemers worden dan beschouwd als gewone arbeiders voor wie ook de bijdragen jaarlijkse vakantie en de loonmatigingsbijdrage verschuldigd zijn. De bijdrageberekening gebeurt bijgevolg op basis van het werkelijke loon (i.e. het volledige loon aan 108%).

De gelegenheidswerknemers genieten een gedeeltelijke bijdrageplicht. De bijdragen worden beperkt tot de sectoren ziekte- en invaliditeitsverzekering, werkloosheid, pensioenen, kinderbijslag, arbeidsongevallen, beroepsziekten, kinderopvang en educatief verlof.

5. De situatie van de student-gelegenheidsarbeider

De student zal het RSZ-voordeel voor een tewerkstelling als student mogen combineren met het voordeel in geval van tewerkstelling als gelegenheidsarbeider. De student moet dus niet eerst het contigent van uren studentenarbeid met de solidariteitsbijdrage opgebruiken alvorens als gelegenheidsarbeider tewerkgesteld te mogen worden.

6. De situatie van de gelegenheidsarbeider in de land- en tuinbouw en in de horeca

In de land- en tuinbouw wordt het aantal dagen gepresteerd als gelegenheidsarbeider in de horeca afgetrokken van het maximum aantal dagen gepresteerd als gelegenheidswerknemer in land- of tuinbouw. Als er bijgevolg 50 dagen in de horeca werden gepresteerd als gelegenheidsarbeider, dan zullen er nog slechts 15 dagen mogen gepresteerd worden tegen een voordelig forfaitair dagloon in de sector landbouw-tuinbouw (want hoogstens 65 dagen gelegenheidswerk in deze sectoren).

De werkgevers en de uitzendkantoren kunnen via de Multi-Dimona nagaan of de gelegenheidswerknemer in de loop van het kalenderjaar al werd tewerkgesteld als gelegenheidswerknemer.

7. En fiscaal?

De inkomsten van werknemers die per stuk worden betaald, worden belast tegen 11,11% bedrijfsvoorheffing.

8. Gelegenheidsformulier

Voor de werknemers die nog niet in het bezit zijn van het gelegenheidsformulier, moet de werkgever, vóór de tewerkstelling van deze werknemers, het gelegenheidsformulier aanvragen bij het fonds voor bestaanszekerheid van zijn sector.

In geval van terbeschikkingstelling vraagt het uitzendkantoor het formulier aan bij het fonds van de gebruiker.

Gelegenheidswerknemers die gelegenheidsprestaties leveren bij meerdere werkgevers onder deze verschillende paritaire comités, moeten per paritair comité een gelegenheidsformulier bezitten.

Meer informatie over gelegenheidsarbeid in de landbouwsector kan u vinden op het portaalsite van de sociale zekerheid via deze link.

9. Historiek van de bedragen

  • 01/04/2020: 21,11 EUR
  • 01/10/2021: 21,53 EUR
  • 01/01/2022: 21,96 EUR
  • 01/04/2022: 23,45 EUR
  • 01/07/2022: 23,92 EUR

Historiek
01/07/2023 31/12/2050 43 Gelegenheidsarbeid
01/01/2023 30/06/2023 43 Gelegenheidsarbeid
01/01/2022 31/12/2022 43 Gelegenheidsarbeid
01/07/2016 31/12/2021 43 Gelegenheidsarbeid