Vanaf 1 augustus 2019 is het mogelijk een bijkomende zelfstandige activiteit te cumuleren met onderbrekingsuitkeringen in geval van vermindering van de arbeidsprestaties.
De regels inzake de cumulatie van onderbrekingsuitkeringen (tijdskrediet en thematisch verlof) met een zelfstandige activiteit zijn vanaf 1 augustus 2019 gewijzigd.
Welke cumulatie was vóór 1 augustus 2019 toegestaan?
Tijdskrediet
De onderbrekingsuitkeringen kunnen enkel in geval van voltijds tijdskrediet worden gecumuleerd met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een zelfstandige activiteit en dit voor een duur van maximum een jaar. Dat mag enkel als de werknemer zijn zelfstandige activiteit al heeft uitgeoefend tijdens de 12 maanden vóór het begin van zijn tijdskrediet.
Thematisch verlof
De onderbrekingsuitkeringen kunnen enkel in geval van voltijds thematisch verlof worden gecumuleerd met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een zelfstandige activiteit en dit voor een duur van maximum een jaar Deze activiteit moet niet noodzakelijk worden uitgeoefend bij het begin van het thematisch verlof.
Wat zijn de wijzigingen op 1 augustus 2019?
Voortaan is cumulatie ook mogelijk in geval van vermindering van de arbeidsprestaties.
De onderbrekingsuitkeringen kunnen worden gecumuleerd met inkomsten uit de uitoefening van een bijkomende zelfstandige activiteit:
- voor zover deze zelfstandige activiteit al werd uitgeoefend gedurende ten minste de 12 maanden die het begin van het tijdskrediet of van het thematische verlof voorafgaan;
- en de cumulatie zal slechts toegestaan zijn voor een periode van maximum 24 maanden (in geval van halftijdse vermindering) of 60 maanden (in geval van 1/5 of 1/10 vermindering).
Nadat de werknemer de uitkeringen 12/24/60 maanden (afhankelijk van het geval) gecumuleerd heeft met een zelfstandige activiteit, verliest hij het recht op uitkeringen.
Bron: Koninklijk besluit van 18 juli 2019 betreffende de cumulatie van onderbrekingsuitkeringen en de uitoefening van een bijkomende zelfstandige activiteit in geval van vermindering van de arbeidsprestaties, BS 22 juli 2019.