05 Eindejaarspremie

Paritair (sub-)Comité nr.:
140.05.00-00.00

Bijwerking: 05/06/2002
Geldig vanaf: 01/01/1999
Geldig tot: 31/12/2002

In het Paritair Comité voor het vervoer werd op 15 december 1999 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten houdende de betaling van het begin van een dertiende maand aan de werklieden en werksters tewerkgesteld in de subsector voor verhuisondernemingen, de meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten. Zij werd algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 10 november 2001 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 11 december 2001.

Wij geven U hierna de tekst van de CAO, gevolgd door enkele praktische schikkingen.

A. Tekst van de CAO

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

§1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en behoren tot de subsector voor de verhuisondernemingen, de meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten, alsook op hun werklieden.

§2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder:

“verhuizing”: elke overbrenging van installaties van de ene plaats naar de andere, onder meer: privé, kantoren, magazijnen, werkplaatsen, beurzen, fabrieken, tentoonstellingen, enz. met inbegrip van alle begeleidende werkzaamheden, zoals inpak, uitpak, monteren, demonteren zonder dat deze opsomming limitatief is;

“meubelbewaring”: de opslagplaatsen voor meubelen en andere voorwerpen die dezelfde of gelijkaardige speciale bewaringsinstallaties vergen.

“aanverwante activiteiten”: elk goederenvervoer dat het gebruik vereist van voertuigen die speciaal uitgerust zijn zoals voor het vervoer van meubelen en om de beschadiging tijdens het vervoer te voorkomen van diverse goederen zoals nieuwe meubelen, kunstvoorwerpen, elektrische huishoudapparaten, archieven, enz.

“voertuigen speciaal uitgerust voor het vervoer van meubelen”: elk voertuig met vast of beweegbaar koetswerk, niet buigzaam, waterdicht, binnen in voorzien van vastsnoeringsmateriaal, van een stuwinrichting, behoorlijk gebouwd voor het vervoer van verhuizen en uitgerust met klein stuw- en beschermingsmaterieel, zoals dekens, kisten, elk ander soortgelijk materieel, enz.

§3. Onder “werklieden” wordt bedoeld de werklieden en werksters die recht hebben op een P-kaart.

HOOFDSTUK II - Modaliteiten

Artikel 2

De betaling van het begin van een dertiende maand wordt toegekend aan de werklieden en werksters bedoeld in artikel 1, §3.

Het bedrag van deze betaling wordt vastgesteld op 145 maal het werkelijk betaalde uurloon van de maand december van het betrokken kalenderjaar, gedeeld door twaalf en vermenigvuldigd met het aantal maanden arbeidsprestatie tijdens het betrokken kalenderjaar.

Dit werkelijk betaalde uurloon moet ten minste gelijk zijn aan het conventioneel basisuurloon.

Elke maand in de loop waarvan 14 kalenderdagen arbeidsprestatie worden geleverd, wordt als een volledige maand beschouwd.

Het totaal bedrag wordt met 50 BEF worden verminderd per dag ongerechtvaardigde afwezigheid.

De dagen verlof, de dagen gedeeltelijke werkloosheid en de dagen afwezigheid wegens een arbeidsongeval worden met dagen arbeidsprestatie gelijkgesteld.

De betaling wordt uiterlijk verricht op de laatste werkdag van de maand december van het betrokken kalenderjaar.

Artikel 3

De werkgever is deze betaling van het begin van een dertiende maand verschuldigd aan de werklieden en werksters, die aan volgende voorwaarden voldoen :

1°    op de datum van de betaling, werkelijk tewerkgesteld zijn in de onderneming ;

2°    op het ogenblik van de betaling, minstens zes maanden anciënniteit hebben in de onderneming.

Artikel 4

Hebben eveneens recht op dit voordeel ten laste van de werkgever en binnen de perken vastgesteld in de artikelen 2 en 3 :

1°    de werklieden en werksters die tijdens het betrokken kalenderjaar het brugpensioen hebben bekomen of werden gepensioneerd ;

2°    de rechthebbenden van de werklieden en werksters overleden in het betrokken kalenderjaar;

3°    de werklieden en werksters die werden ontslagen om elke andere reden dan deze welke zijn vermeld in 2° van artikel 5 ;

Artikel 5

Hebben geen recht op dit voordeel de werklieden en werksters :

1°    die vrijwillig de onderneming hebben verlaten ;

2°    die in het betrokken kalenderjaar werden ontslagen zonder opzegging en dit om dringende reden ;

3°    die, ziek zijnde gedurende meer dan zes maanden, de totaliteit hebben genoten van de vergoedingen welke het "Sociaal fonds voor de ondernemingen van verhuizingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten" voor eenzelfde ziekte heeft voorzien.

Artikel 6

De toekenning van een dertiende maand of begin van een dertiende maand, voordeliger dan deze vastgesteld door deze collectieve arbeidsovereenkomst blijft behouden, maar kan niet samen met de verschuldigde bedragen in toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden genoten.

HOOFDSTUK III - Geldigheidsduur

Artikel 7

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999. Zij is gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

B. Praktische schikkingen

Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij Groep S - Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie, slechts de arbeiders vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dienen zij de arbeiders toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.

 


Historiek
01/01/2014 31/12/2999 05 Eindejaarspremie
01/01/2010 31/12/2013 05 Eindejaarspremie
01/01/2006 31/12/2009 05 Eindejaarspremie
01/01/2003 31/12/2005 05 Eindejaarspremie
01/01/1999 31/12/2002 05 Eindejaarspremie