35 Nieuwe arbeidsregelingen

Paritair (sub-)Comité nr.:
140.05.00-00.00

Bijwerking: 17/06/2004
Geldig vanaf: 01/01/2004
Geldig tot: 12/06/2005

In het kader van en binnen de voorwaarden bepaald door de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen (verschenen in het Belgisch Staatsblad van 12 juni 1987) en door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 van 2 juni 1987 betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad (algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 18 juni 1987 en verschenen in het Belgisch Staatsblad van 26 juni 1987), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42bis van 10 november 1987 (algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 14 januari 1988 en verschenen in het Belgisch Staatsblad van 3 februari 1988) is het mogelijk af te wijken van de wettelijke bepalingen inzake zondagsarbeid, nachtarbeid, arbeidsduur en tewerkstelling tijdens feestdagen.

Deze nieuwe arbeidsregelingen dienen voorzien te worden in een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in een paritair orgaan (paritair comité of subcomité), of, bij ontstentenis van een dergelijke overeenkomst, in een overeenkomst gesloten in de onderneming. In artikel 7 van de voormelde CAO nr. 42 werd evenwel bepaald dat de onderhandeling op ondernemingsniveau maar kan geschieden bij ontstentenis van een collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in het paritair comité binnen zes maanden vanaf de aanhangigmaking bij de voorzitter van het paritair comité door de meest gerede partij.

In het Paritair Comité voor het vervoer werd op 26 november 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de invoering van nieuwe arbeidstijdstelsels in de subsector voor verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten.  Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 13 januari 2004 onder het nr. 69291/CO/14005.  Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 28 januari 2004.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.

 

HOOFDSTUK II - Juridisch kader

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel aan de onder artikel 1 bedoelde werkgevers de mogelijkheid te bieden nieuwe arbeidstijdstelsels in te voeren in het kader van de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van nieuwe arbeidstijdstelsels en van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 gesloten in de schoot van de Nationale Arbeidsraad.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is ook een aanvulling bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1995 die in de schoot van het Paritair Comité voor het vervoer in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 60 werd gesloten, houdende een sectoraal tewerkstellingsplan toepasselijk op de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten.

 

COMMENTAAR:     Voor de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1995, zie onze omzendbrief Hfdst. 43.2.

HOOFDSTUK IV - Toegelaten afwijkingen aan wettelijke en conventionele bepalingen

COMMENTAAR:     Voor de bepalingen inzake tewerkstelling op zondag, zie onze omzendbrief Hfdst. 8.

COMMENTAAR:            Voor de bepalingen inzake tewerkstelling op zondag, zie onze omzendbrief Hfdst. 8.

HOOFDSTUK VIII - Opdrachten van het Beperkt Comité

 

COMMENTAAR:     Zie ook onze omzendbrief Hfdst. 51.

HOOFDSTUK XII -   In het kader van het nieuw arbeidstijdstelsel tewerkgestelde werklieden

Artikel 32

De werkgever moet aan de in het kader van de nieuw arbeidstijdstelsel tewerkgestelde werklieden afleveren.

a)  de verhuizerskaart voorzien bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 1978, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 19 juli 1978 (Belgisch Staatsblad van 14 september 1978);

b)  het prestatieblad waarvan het model vastgelegd is in de bijlage A van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 1988 betreffende de arbeidsduur in de sector “Verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten”, bekrachtigd bij koninklijk besluit van 14 augustus 1989 (Belgisch Staatsblad van 13 september 1989);

 

                          COMMENTAAR:   Zie ook onze omzendbrief Hfdst. 7.3.

c)  de loonfiche waarvan het model vastgelegd is in de bijlage B van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 1988 betreffende de arbeidsduur in de sector “Verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten”, bekrachtigd bij koninklijk besluit van 14 augustus1989 (Belgisch Staatsblad van 13 september 1989);

           

                          COMMENTAAR:   Zie ook onze omzendbrief Hfdst. 7.3.

Artikel 37

Worden als overuren beschouwd die aanleiding geven tot de betaling van het overloon bepaald bij artikel 29, §1 van de arbeidswet van 16 maart 1971:

a)   de dagelijkse diensttijd die de in de ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde dagelijkse diensttijd overschrijdt;

b)   de wekelijkse diensttijd die deze vastgesteld bij de ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst overschrijdt;

c)    de arbeidsuren die de duur vastgesteld bij toepassing van artikel 35 van deze collectieve arbeidsovereenkomst overschrijden;

d)   de arbeidsuren boven de maximum dagelijkse en/of wekelijkse arbeidsduur vastgesteld bij de ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomst;

e)    de uren van diensttijd die de duur vastgesteld bij toepassing van artikel 36 van deze collectieve arbeidsovereenkomst overschrijden;

f)     de overschrijding van de grens die bij artikel 5, a van deze collectieve arbeidsovereenkomst is vastgesteld.

COMMENTAAR:                 Voor de bepalingen inzake vergoeding voor het avondmaal, zie ook onze omzendbrief Hfdst. 4.1.1.1.

 

Artikel 38

De aanvullende vergoeding gelijk aan de vergoeding voor het avondmaal wordt toegekend indien de diensttijd van de dag 12 uren overschrijdt.

Artikel 39

§1            De in het kader van het nieuw arbeidstijdstelsel tewerkgestelde werklieden genieten van een flexibiliteitspremie onder de voorwaarden vastgesteld door deze bepaling.

§2            De flexibiliteitspremie is verschuldigd voor alle diensturen die geen aanleiding geven tot uitbetaling van een overloon en die de volgende grenzen overschrijden:

a)           in geval van verdeling van de prestaties over 5 dagen:

*   tijdens de drie eerste dagen van de periode van zeven dagen die een aanvang op maandag neemt: 8 uur;

*   tijdens de andere dagen van de periode van zeven dagen die op maandag een aanvang neemt: 7 uur;

b)           in geval van verdeling van de prestaties over zes dagen:

*        de vijf eerste dagen van een periode van zeven dagen die een aanvang op maandag neemt: 7 uur;

*        de twee andere dagen van de periode van zeven dagen die een aanvang op maandag neemt: 3 uur.

§3                    De flexibiliteitspremie bedraagt 88 F (waarde 1 juli 1995) per uur.

De flexibiliteitspremie evolueert op dezelfde wijze en op hetzelfde tijdstip als de verwijderingsvergoeding voorzien in artikel 14 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 1988 betreffende de arbeidsduur in de sector van de verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 14 augustus 1989 (Belgisch Staatsblad van 13 september 1989).

 

COMMENTAAR:     Voor de bepalingen van de CAO van 9 december 1988, zie ook onze omzendbrief Hfdst. 4.1.1.2.

a)         de modaliteiten van de periodieke evaluatie van het nieuwe arbeidstijdstelsel;

            Deze moet minstens éénmaal per jaar gebeuren.

b)         de elementen waarop deze evaluatie betrekking zal hebben.

Artikel 44

De uitslagen van deze evaluatie maken het voorwerp uit van een schriftelijk verslag dat door de werkgever en de gewestelijke secretarissen van de representatieve werknemersorganisaties getekend wordt.

De werkgever maakt het verslag over aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer binnen de veertien dagen te rekenen vanaf de ondertekening door de partijen.

De Voorzitter deelt afschrift van het verslag mede aan de leden van het Beperkt Comité.

HOOFDSTUK XVII - Slotbepalingen

Artikel 45

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 februari 1996 en is gesloten voor onbepaalde duur.

Ze mag opgezegd worden door iedere ondertekenende partij mits betekening van een opzeggingstermijn van zes maanden.

De opzegging wordt aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer per aangetekende brief verstuurd.

Deze opzeggingstermijn mag niet vóór 15 december 1996 betekend worden.

 

 

 

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
13/06/2005
Registratienr
75751
Geldig van
13/06/2005
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
24/06/2005
Registratiedatum
27/07/2005
Onderwerp
nieuwe arbeidsregelingen
BS Bericht van neerlegging
18/08/2005
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
02/05/2006
Gepubliceerd in het B.St. van
10/08/2006
Keywords
ARBEIDSDUUR IN UREN, ARBEIDSDUURFLEXIBILITEIT

Historiek
13/06/2005 31/12/2999 35 Nieuwe arbeidsregelingen
01/01/2004 12/06/2005 35 Nieuwe arbeidsregelingen
01/01/2004 12/06/2005 35 Nieuwe arbeidsregelingen
01/02/1996 31/12/2003 35 Nieuwe arbeidsregelingen