149.01 Eindejaarspremie - Samenvatting

12/12/2016

CAO van 26/10/2016 (nr.136295/CO/149.01)
01/07/2016 - onbepaalde duur

Bedrag

- 8,33 % op het brutoloon verdiend tijdens de referteperiode (1 juli van het vorig kalenderjaar tot 30 juni van het huidig kalenderjaar);

Uitbetalingsdatum

- vóór 31 december volgend op het einde van de referteperiode op basis van de op dat moment beschikbare loongegevens.

Betaling

Het bestuurscomité van het fonds voor bestaanszekerheid betaalt de eindejaarspremie uit.

Toekenningsvoorwaarden

- toegekend aan arbeiders die op 30 juni sedert tenminste 65 werkdagen of gelijkgestelde dagen ingeschreven zijn in één of meerdere firma’s uit de sector.

-Arbeiders tewerkgesteld in een deeltijds arbeidsregime, dienen een anciënniteit te hebben van 30 werkdagen of gelijkgestelde dagen in één of meerdere ondernemingen. De opbouw van bovenstaande anciënniteitvoorwaarde kan over 2 opeenvolgende refertejaren gespreid zijn, indien de 65 werkdagen of gelijkgestelde dagen aaneensluitend over deze 2 opeenvolgende refertejaren verdeeld zijn;

- werkdagen : alle dagen die door de DMFA met een code 1 tot en met code 5 worden weergegeven;

- gelijkgestelde dagen voor berekening van de anciënniteit :

  • ongeval en gewone ziekte (betaald door de werkgever ter gelegenheid van de 2de week gewaarborgd loon), weergegeven door DMFA met code 10;
  • uitoefening van een functie in de arbeidsgerechten of commissies en rechtscolleges met het oog op de toepassing van de sociale wetgeving, weergegeven door DMFA met code 10;
  • feestdagen en vervangingsdagen tijdens periode van tijdelijke werkloosheid, weergegeven door DMFA met code 10;
  • arbeidsongeschiktheid met aanvulling of voorschot overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst 12bis en 13bis, weergegeven door DMFA met code 11;
  • inhaalrustdagen in het kader van arbeidsduurvermindering, niet betaald op het moment dat deze dagen effectief genomen worden, weergegeven door DMFA met code 20;
  • carensdag, weergegeven door DMFA met code 23;
  • dagen begrepen in de 1ste 12 maanden van arbeidsonderbreking ingevolge ongeval en gewone ziekte en dagen van arbeidsonderbreking ingevolge profylactisch verlof, weergegeven door DMFA met code 50;
  • zwangerschaps- en bevallingsrust, weergegeven door DMFA met code 51 ;
  • vaderschaps- of adoptieverlof, weergegevendoor DMFA met code 52;
  • arbeidsongeval (de periode van gewaarborgd loon waarvoor geen RSZ-bijdragen worden geïnd), weergegeven door DMFA met code 60;
  • beroepsziekte (de periode van gewaarborgd loon waarvoor geen RSZ-bijdragen worden geïnd), weergegeven door DMFA met code 61 ;
  • dagen van arbeidsonderbreking te wijten aan staking voor werknemers die als werkloze werden erkend, weergegeven door DMFA onder code 70;
  • dagen van tijdelijke werkloosheid omwille van economische reden, weergegeven door DMFA onder code 71;
  • dagen van tijdelijke werkloosheid omwille van slecht weer, weergegeven door DMFA onder code 72;
  • dagen van jeugdvakantie en seniorvakantie, weergegeven door DMFA onder code 73.

- gelijkgestelde dagen die in aanmerking komen voor de berekening van de eindejaarspremie:

  • ongeval en gewone ziekte (betaald door de werkgever ter gelegenheid van de 2de week gewaarborgd bon), weergegeven door DMFA met code 10;
  • uitoefening van een functie in de arbeidsgerechten of commissies en rechtscolleges met het oog op de toepassing van de sociale wetgeving, weergegeven door DMFA met code 10;
  • feestdagen en vervangingsdagen tijdens periode van tijdelijke werkloosheid, weergegeven door DMFA met code 10;
  • arbeidsongeschiktheid met aanvulling of voorschot overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst 12bis en 13bis, weergegeven door DMFA met code 11;
  • inhaalrustdagen in het kader van arbeidsduurvermindering, niet betaald op het moment dat deze dagen effectief genomen worden, weergegeven door DMFA met code 20;
  • carensdag, weergegeven door DMFA met code 23;
  • dagen begrepen in de 1ste 12 maanden van arbeidsonderbreking ingevolge ongeval en gewone ziekte en dagen van arbeidsonderbreking ingevolge profylactisch verlof, weergegeven door DMFA met code 50;
  • zwangerschaps- en bevallingsrust, weergegeven door DMFA met code 51 ;
  • vaderschaps- of adoptieverlof, weergegeven door DMFA met code 52;
  • abeidsongeval (de periode van gewaarborgd loon waarvoor geen RSZ-bijdragen worden geind), weergegeven door DMFA met code 60;
  • beroepsziekte (de periode van gewaarborgd loon waarvoor geen RSZ-bijdragen worden gind), weergegeven door DMFA met code 61;
  • dagen van arbeidsonderbreking te wijten aan staking voor werknemers die als werkloze werden erkend, weergegeven door DMFA onder code 70;
  • dagen van tijdelijke werkloosheid omwille van economische reden, weergegeven door DMFA onder code 71;
  • dagen van tijdelijke werkloosheid omwille van slecht weer, weergegeven door DMFA onde code 72;
  • dagen van jeugdvakantie en seniorvakantie, weergegeven door DMFA onder code 73.

- het maximaal aantal dagen gelijkgestelde dagen = 1/3 van het aantal tijdens de referteperiode gepresteerde dagen (= de dagen betaald ingevolge de wetgeving en de toepasselijke CAO’s);

- recht op eindejaarspremie naar rata van de geleverde prestaties gedurende de referteperiode :

  • arbeiders met minder dan één jaar dienst, doch minstens 65 werkdagen of gelijkgestelde dagen;
  • arbeiders met verschillende contracten van bepaalde duur, waarvan de minimumperiodes minstens 65 werkdagen of gelijkgestelde dagen bedraagt. De minimumperiodes van 65 werkdagen of gelijkgestelde dagen worden bij elkaar gevoegd om op die manier tot de uitbetaling van één eindejaarspremie te komen;
  • arbeiders die de onderneming vrijwillig verlaten hebben;
  • arbeiders die ontslagen worden (behalve omwille van dringende reden);
  • arbeiders waarvan het contract beëindigd wordt wegens overmacht;
  • arbeiders waarvan het contract in gemeenschappelijk overleg beëindigd wordt.

- ontvangen een volledige eindejaarspremie :

  • arbeiders ontslagen omwille van brugpensioen/stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag;
  • arbeiders die met pensioen gaan.

- rechthebbenden van een tijdens de referteperiode overleden arbeider ontvangen een basiseindejaarspremie van 1.660 EUR.

Voor meer informatie, zie het hoofdstuk 0501 van de sectorale documentatie.