1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels

Paritair (sub-)Comité nr.:
306.00.00-00.00

Bijwerking: 10/01/2024
Geldig vanaf: 01/04/1977

Openbaar vervoer :

  • Trein : 80 % van de prijs van de treinkaart (in functie van de afgelegde afstand).
  • Andere : 80 % van de kostprijs van de treinkaart (voor de overeenstemmende afstand).

Privévervoer :

  • Loonplafond : nee
  • Minimale afstand : min. 2 km
  • Bedrag : 80% van de kostprijs van de treinkaart (volgens de afgelegde afstand).

Fiets (bij gebrek aan een ondernemings-cao die voorziet in andere voorwaarden):

  • Maximale afstand: 20 kilometer per enkel traject
  • Bedrag: 0,28 EUR/km (vanaf 01/01/2024)

In het Paritair Comité voor het verzekeringswezen werd op 14 november 1975 een collectieve arbeidsovereen­komst gesloten tot vaststelling van de bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de werknemers.

In hetzelfde paritair comité werden nog 3 andere CAO's gesloten, namelijk:

Een CAO van 31 mei 1989 tot uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 18 november 1988.

Een CAO van 25 april 1991 - protocol van sectorakkoord 1991-1992, op 23 mei 1991 (nr. 27688/CO/306). 

Een CAO van 13 november 2001 betreffende de mobiliteit (nr. 60358/CO/306).

Algemeen

De tegemoetkoming van de werkgever in de verplaatsingskosten van het personeel dekt een deel van de vervoerprijs, afhankelijk van de afgelegde kilometers en het gebruikte vervoerbewijs.

De bijdrage van de werkgevers voor het gebruik van de maatschappelijke of privé-vervoermiddelen is als volgt vastgesteld :

  • voor een traject tot zeven kilometers, terugbetaling op basis van de prijs van het sociaal abonnement van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen voor zeven kilometers;
  • voor een traject van meer dan zeven kilometers en voor zover de werknemer niet geniet van het stedelijk standaard tarief op het gemeenschappelijk vervoer (verklaring op erewoord), betaling op basis van het aantal afgelegde kilometers tegen een bedrag van de bijdrage van de werkgevers in de prijs van de sociale abonnementen van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen voor dezelfde afstand;
  • indien het traject bij de aankomst op de plaats van tewerkstelling of bij het vertrek ervan, geschiedt komende van of gaande naar een plaats van tewerkstelling bij een andere werkgever, heeft de "part-time" werknemer recht op een bijdrage gelijk aan de helft van deze welke wordt berekend zoals onder a) of b) hierboven is gezegd.

Het bewijs van de afgelegde afstand wordt als volgt geleverd :

  • voor de houders van een abonnement met vermelding van afstand door het overleggen van dit abon­nement;
  • voor de houders van een transporttitel zonder vermelding van de afstand en voor de gebruikers van een privé-vervoermiddel betreffende de trajecten van meer dan zeven kilometers, hierboven, de opgave van de afstand, hetzij, voor de eersten tussen de stations of de halten welke worden gebruikt, hetzij, voor de tweeden tussen de verblijfplaats en de plaats van het werk waarbij de werkgever zich het recht voorbehoudt de verificaties uit te voeren welke hij wenselijk acht;
  • in geval van gebruik van meerdere vervoermiddelen wordt de berekening van de totale afstand gedaan zoals hierboven vermeld, met uitzondering van het traject tot zeven kilometers, dat wordt gedekt door een vast bedrag dat bij de andere bedragen wordt gevoegd.

1. Gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen

1.1. Spoorwegen (NMBS)

In dit paritair comité wordt de tegemoetkoming van de werkgever in het openbaar vervoer bepaald door verwijzing naar de bedragen van de treinkaart NMBS.

De tegemoetkoming stemt overeen met 80 % van de prijs van de treinkaart, in functie van de afgelegde afstand.

Geen minimumafstand woonplaats- arbeidsplaats.

1. 2. Ander middel van openbaar vervoer (bus, tram, metro)

De tegemoetkoming stemt overeen met 80 % van de kostprijs van de treinkaart voor de overeenstemmende afstand.

Geen minimum afstand woon-werkverkeer.

2. Privé-vervoermiddel

In dit paritair comité wordt de tegemoetkoming van de werkgever voor het privé vervoermiddel bepaald door verwijzing naar de bedragen van de treinkaart NMBS.

Wanneer de werknemer een privé-vervoermiddel gebruikt gebeurt de tussenkomst van de werkgever tussen de woon- en werkplaats ten belope van 80% van de kostprijs van de treinkaart volgens de afgelegde afstand.

Afstand : minimum 2 km.

Fiets

In deze sector is geen cao afgesloten die voorziet in een specifieke fietsvergoeding voor woon-werkverkeer.

Indien hierover op ondernemingsniveau geen cao is afgesloten, gelden vanaf 1 mei 2023 onderstaande regels.

Een vergoeding wordt toegekend aan de werknemer die de verplaatsingen tussen zijn woonplaats en zijn plaats van tewerkstelling regelmatig met de fiets verricht.

Onder "fiets wordt verstaan ": een rijwiel, een gemotoriseerd rijwiel of een speed pedelec, zoals gedefinieerd in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, in die zin dat de gemotoriseerde rijwielen en de speed pedelecs enkel in aanmerking komen wanneer ze elektrisch worden aangedreven.

Indien de werknemer voor die verplaatsingen gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen, waaronder de fiets, heeft hij de mogelijkheid om voor elk daarvan een vergoeding van zijn werkgever te ontvangen, op voorwaarde dat die verschillende vergoedingen betrekking hebben op:

  • hetzij verschillende gedeelten van het woon-werktraject;
  • hetzij hetzelfde traject (of hetzelfde gedeelte daarvan) dat in verschillende perioden van het jaar wordt afgelegd.

Eenzelfde afstand die op hetzelfde tijdstip is afgelegd, kan niet in aanmerking komen voor meerdere vergoedingen door de werkgever.

Het basisbedrag van de vergoeding is 0,145 EUR per met de fiets afgelegde kilometer. Dit bedrag zal jaarlijks geïndexeerd worden:

  • 2023 : 0,27 EUR/km
  • 2024 : 0,28 EUR/km

De toekenning van de vergoeding wordt geplafonneerd op een afstand van maximum 20 kilometer per enkel traject.

Om het bedrag van de tegemoetkoming van de werkgever te bepalen, dient de werknemer een verklaring op erewoord in te vullen en te ondertekenen waarin hij het aantal kilometers vermeldt dat hij met de fiets aflegt tussen zijn woonplaats en de plaats van tewerkstelling, evenals het betrokken aantal dagen in die maand.

De frequentie van de verklaring en de modaliteiten voor de controle van de in die verklaring vermelde gegevens moeten door de werkgever worden vastgesteld.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
13/11/2001
Registratienr
60358
Geldig van
-
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
22/11/2001
Registratiedatum
19/12/2001
Onderwerp
financïele bijdrage in de vervoerkosten
BS Bericht van neerlegging
16/01/2002
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
10/07/2003
Gepubliceerd in het B.St. van
15/09/2003
Keywords
VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN

Historiek
01/04/1977 31/12/2999 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels