Akkoord over de ontslagmotivering


65477

De toponderhandelaars van de werkgevers en vakbonden zijn gisteren tot een akkoord gekomen over de ontslagmotivering. Dit akkoord moet voor meer rechtszekerheid zorgen voor de bedrijven. Het akkoord moet wel nog worden omgezet in een CAO van de Nationale Arbeidsraad.

De onderhandelingen zijn niet van een leien dakje verlopen maar de Groep van Tien is er in geslaagd om alweer een stapje dichter te komen bij de eenmaking van arbeiders en bedienden.

Werkgevers zijn bereid om zowel het ontslag van een arbeider als het ontslag van een bediende schriftelijk te motiveren.

Het ontslag van een werknemer die geen 6 maanden in dienst is, moet niet gemotiveerd worden. De werknemer die 6 maanden anciënniteit heeft en ontslagen wordt, heeft het recht om naar de reden van het ontslag  te vragen. De werkgever die weigert om het ontslag te motiveren, zal een extra vergoeding van 2 weken loon moeten betalen.

Indien het ontslag “kennelijk onredelijk” is, kan de werknemer een procedure aanspannen voor de rechtbank. Het nieuwe akkoord regelt ook de bewijsverdeling tussen de werkgever en de werknemer tijdens de procedure. Als de werkgever zijn gelijk niet haalt, kan hij veroordeeld worden tot een extra vergoeding van minimaal 3 weken en maximaal 17 weken loon.

Deze principes zijn normaal van toepassing vanaf 1 april 2014.

In diezelfde onderhandeling is er ook een akkoord over de conversiecoëfficient voor de index en de sociale partners hebben ook afgesproken dat de harmonisering van de aanvullende pensioenen tegen 2025 afgerond moet zijn. Nieuwe pensioenplannen mogen geen onderscheid meer maken tussen arbeiders en bedienden.

De partners zijn bereid om verder te spreken over de andere onderwerpen van het eenheidsstatuut. Tegen 1 januari 2015 wensen zij de verschillen weg te werken van het vakantiegeld en de samenstelling van de paritaire comités.   

Van zodra de CAO en de adviezen van de NAR beschikbaar zijn, zullen wij u hierover verder inlichten.