Werkloosheid: Einde cumul uitkeringen met ontslagvergoedingen door vermelding ervan op C4-formulier


64142

Door een aanpassing van de RSZ-wetgeving moeten er vanaf 1 oktober 2013, op een aantal uitzonderingen na, op elke vergoeding die wordt betaald naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, socialezekerheidsbijdragen worden betaald. Lees hierover meer in ons artikel van 27 september 2013.

Die aanpassing van de RSZ-wetgeving leidt nu ook tot een aanpassing van de werkloosheidsreglementering. Elke vergoeding die wordt betaald naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, en die geen opzeggingsvergoeding is, maar waarop socialezekerheidsbijdragen verschuldigd zijn, kan niet (meer) gecumuleerd worden met de werkloosheidsuitkeringen. De werkgever moet die vergoedingen nu ook aangeven op de werkloosheidsformulieren die moeten worden afgeleverd bij het einde van de arbeidsovereenkomst.

Deze aanpassing gaat in vanaf 1 november 2013 en is van toepassing op alle arbeidsovereenkomsten die worden beëindigd na 31 oktober 2013. De datum van beëindiging is de datum van de opzegbrief ingeval van een te presteren opzeggingstermijn (dus niet de datum van het einde van de opzeg) of de datum van verbreking bij onmiddellijke verbreking van de arbeidsovereenkomst.

Om die reden werden sommige formulieren C4 herwerkt. Het betreft de formulieren C4 WERKLOOSHEIDSBEWIJS, C4 ASR, C4 SWT en C4 ASR-SWT. Voor meer informatie hieromtrent kan u steeds terecht op de website van de RVA - infobladen werkgevers - E14: Formulieren C4