220101 210101 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar

Paritair (sub-)Comité nr.:
116.00.00-00.00

Bijwerking: 11/03/2009
Geldig vanaf: 01/01/2009
Geldig tot: 31/03/2009

In het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid werd op 11 februari 2009 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten, tot verlenging van het stelsel van conventioneel brugpensioen vanaf 58 jaar van 1 januari 2009 tot en met 31 maart 2009. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 24 februari 2009 onder het nr. 91009/CO/116. 

Voor de toepassing van het conventioneel brugpensioen dient men bovendien rekening te houden met het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 11 december 1992. Wij verwijzen hiervoor naar onze brochure brugpensioen.

Wij geven U hierna de integrale tekst van de C.A.O. van 11 februari 2009, en vervolgens een uitgebreide commentaar. De tussentitels werden door ons aangebracht.

A. Tekst C.A.O. 11 februari 2009

I. Voorwerp

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel, de regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen voor een bepaalde duur te verlengen van 1 januari 2009 tot en met31 maart 2009 en dit overeenkomstig de modaliteiten voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, ingevoerd door de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het Paritair Comitévoor de scheikundige nijverheid van 14 juni 1989 (K.B. 23 januari 1990; B.S. 7 februari 1990) en verlengd door de collectieve arbeidsovereenkomsten van 14 maart 1991 (K.B. 13 september 1991; B.S. 3 december 1991), 26 mei 1993 (K.B. 31 januari 1994; B.S. 21 april 1994), 29 maart 1995 (K.B. 27 september 1995; B.S. 11 november 1995), 21 mei 1997 (K.B. 8 oktober 1998, B.S. 28 november 1998), 3 maart 1999 (K.B. 31 mei 2001; B.S. 25 juli 2001), 2 mei 2001 (K.B. 6 december 2002, B.S. 20 december 2002), 7 mei 2003 (K.B. 9 oktober 2003, B.S. 19 november 2003), 24 mei 2005 (K.B. 28 september 2005, B.S. 26 oktober 2006) en 27 juni 2007 (K.B. 19 februari 2008, B.S. 8 april 2008).

II. Toepassingsgebied

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid.

Met “arbeiders” wordt verstaan : de arbeiders en arbeidsters.

III. Modaliteiten

Artikel 3

De modaliteiten die vervat zijn in de collectieve arbeidsovereenkomst met betrekking tot het conventioneel brugpensioen vanaf de leeftijd van 58 jaar, gesloten op 27 juni 2007 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, algemeen verbindend verklaard bij K.B. van 19 februari 2008 gepubliceerd in het B.S. van 8 april 2008, worden verlengd voor een duur van drie maanden die ingaat op 1 januari 2009 en eindigt op 31 maart 2009.

IV. Duur

Artikel 4

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Zij treedt in werking op 1 januari 2009 en eindigt op 31 maart 2009.

 

B. COMMENTAAR

1. Leeftijdsvoorwaarde

Wanneer een arbeider ontslagen wordt door zijn werkgever kan hij het brugpensioen genieten op voorwaarde dat hij de leeftijd van minstens 58 jaar bereikt op het ogenblik dat de arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd. Bovendien moet hij deze leeftijd bereiken uiterlijk op 31 maart 2009. Voor zover deze dubbele voorwaarde vervuld is, mag de opzeggingstermijn een einde nemen na 31 maart 2009.

2. Anciënniteitsvoorwaarden

oud stelsel

Dit stelsel is van toepassing op de werknemers die werden ontslagen vóór 31 maart 2007 of waarvan het brugpensioen is ingegaan vóór 1 januari 2008.

Dit stelsel is ook van toepassing indien het ontslag werd betekend na 31 maart 2007 maar vóór 1 januari 2008 enerzijds, en en indien de leeftijd en de anciënniteit die vereist zijn door het betrokken stelsel, bereikt zijn op uiterlijk 31 december 2007 anderzijds.

De vereiste anciënniteit is 25 jaar en moet bereikt worden op het ogenblik van de aanvang van het brugpensioen.

nieuw stelsel

Dit stelsel is van toepassing op de werknemers die na 31 maart 2007 werden ontslagen en waarvan het brugpensioen ingaat na 31 december 2007.

De vereiste anciënniteit is :

- Voor de mannen : 35 jaar (2008) (37 jaar vanaf 2010 en 38 jaar vanaf 2012) ;

- Voor de vrouwen : 30 jaar (2008) (33 jaar vanaf 2010, 35 jaar vanaf 2012 en 38 jaar vanaf 2014).

De vereiste anciënniteit moet bereikt worden op het ogenblik van de aanvang van het brugpensioen.

3. Vervanging van de bruggepensioneerde

In toepassing van het K.B. van 7 december 1992 moet de bruggepensioneerde werknemer verplicht vervangen worden door één of twee uitkeringsgerechtigde volledi­ge werkloze(n) of hiermee gelijkgestelde werknemers. De vervanging moet plaats vinden in de periode die zich uitstrekt vanaf de eerste dag van de vierde maand die de maand voorafgaat waarin het brugpensioen van de vervangen werknemer een aanvang neemt, tot de eerste dag van de derde maand die volgt op de maand gedu­rende welke het brugpensioen een aanvang neemt. De vervanger moet in dienst worden gehouden gedurende de eerste 36 maanden die volgen op zijn indienstneming. Slechts in bepaalde gevallen kan een afwijking van de vervangingsplicht worden toegestaan.

Voor de hoedanigheid van de vervanger, de modaliteiten inzake de vervangingsplicht en de mogelijke afwijkingen, zie onze interprofessionele documentatie nr. 355.

4. Aanvullende vergoeding

Naast de werkloosheidsuitkeringen geniet de bruggepensioneerde een aanvullende vergoeding. Deze aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen de netto-refertebezoldiging en de werkloosheidsuitkering en is ten laste van de werkgever.

Voor de berekening van de aanvullende vergoeding verwijzen wij U naar onze brochure brugpensioen.


Historiek
01/04/2013 31/12/2014 220101 Historiek SWT 58 jaar – Kliksysteem
01/04/2011 31/03/2013 220101 210101 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar
01/01/2009 31/03/2009 220101 210101 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar
01/01/2007 31/12/2008 220101 210101 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar
01/01/2005 31/12/2006 220101 210101 Prépension conventionnelle à 58 ans
01/01/2003 31/12/2004 220101 210101 Conventioneel brugpensioen op 58 jaar
01/01/2001 31/12/2002 220101 210101 Brugpensioen
01/01/1999 31/12/2000 220101 210101 Brugpensioen