Vrijstelling van arbeidskaart voor bepaalde langdurig ingezeten derdelanders

Van 
73726

Sinds 1 juli 2015 zijn derdelanders die in een andere EU-lidstaat het statuut van langdurig ingezetene hebben verkregen vrijgesteld van het bekomen van een arbeidskaart voor elk beroep na een jaar te hebben gewerkt in België met een arbeidskaart B.

Naar aanleiding van het wegvallen van de overgangsmaatregelen die tot en met 30 juni golden voor Kroaten trad er vanaf 1 juli in principe een versoepeling in werking voor de derdelanders (niet EER-onderdanen) die in een andere EU-lidstaat het statuut van langdurig ingezetene hebben verkregen. Zo zouden deze migranten worden vrijgesteld van het voorafgaand arbeidsmarktonderzoek dat wordt gevoerd alvorens het afleveren van een arbeidskaart B. Die vrijstelling van arbeidsmarktonderzoek zou dan gelden voor alle beroepen en niet langer enkel voor knelpuntberoepen.

Omdat men vreesde dat zo’n versoepeling zou leiden tot grote verstoringen van de arbeidsmarkt en om dus toch enige controle te houden op de toegang tot onze arbeidsmarkt hebben de regionale overheden besloten om die vrijstelling van arbeidsmarktonderzoek enkel te laten gelden voor derdelanders met het statuut van langdurig ingezetene die zouden worden tewerkgesteld in een knelpuntberoep.

Van zodra die derdelanders die in een andere EU-lidstaat het statuut van langdurig ingezetene hebben verkregen echter gedurende een ononderbroken periode van 12 maanden in België werden tewerkgesteld met een arbeidskaart B zijn zij voortaan volledig vrijgesteld van de verplichting tot het bekomen van een arbeidskaart om in België te worden tewerkgesteld. In de besluiten van de Vlaamse en de Brussels Hoofdstedelijke Regering wordt daar wel uitdrukkelijk bij vermeld dat het moet gaan om 12 maanden ononderbroken tewerkstelling in een knelpuntberoep. Voor de berekening van die ononderbroken periode van 12 maanden worden met arbeidsperiodes worden gelijkgesteld: de periodes van volledige arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een beroepsziekte, een arbeidsongeval of een ongeval op de weg naar en van het werk die zich voordeden op een moment dat de betrokkene in België werd tewerkgesteld. De vrijstelling van arbeidskaart na die 12 maanden tewerkstelling geldt dan voor eender welk beroep en bij eender welke werkgever.

De besluiten van de Waalse en de Vlaamse Regering zijn in het Belgisch Staatsblad verschenen op resp. 15 en 23 juli en zijn met terugwerkende kracht in werking getreden op 1 juli 2015. Het besluit van de Brussels Hoofdstedelijke Regering moet eerstdaags verschijnen in het Belgisch Staatsblad en zal ook met terugwerkende kracht in werking treden vanaf 1 juli 2015.