Vrijstelling wetenschappelijk onderzoek : de fiscus verduidelijkt

Van 
72330

In een FAQ geeft de FOD Financiën uitsluitsel over een aantal punten m.b.t. de vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijk onderzoek. Zo wordt nu bijvoorbeeld bevestigd dat ook bachelordiploma’s in aanmerking kunnen komen.

Naar aanleiding van de controles die in 2014 plaatsvonden op de verschillende stelsels van vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing zijn er in een aantal dossiers problemen naar boven gekomen met betrekking tot de toepassingsvoorwaarden van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijk onderzoek. Zo bleek dat de inspecteurs, Belspo en de FOD Financiën er over een aantal punten een verschillende mening op nahielden. Door de publicatie van een FAQ op de website van de FOD Financiën kunnen een aantal van die discussies o.i. nu worden gesloten.

Hieronder geven we u een kleine greep uit hetgeen er nu verduidelijkt werd.

Diplomavereisten

De toepassing van deze maatregel legt een aantal diplomavereisten op. Die kunnen verschillen afhankelijk van de werkgever die de vrijstelling van doorstorting geniet. Een aantal onduidelijkheden m.b.t. deze diploma’s werden nu uitgeklaard.

Bachelordiploma’s

Assistent-onderzoekers in erkende wetenschappelijke instellingen die houder zijn van een professioneel bachelordiploma komen ook in aanmerking voor de toepassing van de vrijstelling van doorstorting.

Buitenlandse diploma’s

Een gelijkwaardigheidserkenning is geen absolute vereiste opdat een buitenlands diploma in aanmerking zou worden genomen voor de toepassing van de vrijstelling. Zo’n erkenning is wel een afdoend bewijs dat het diploma effectief gelijkwaardig is aan een Belgisch diploma. Bij gebrek daaraan mag de werkgever met alle middelen (behalve de eed) bewijzen dat het buitenlands diploma van zijn werknemer gelijkwaardig is aan het wettelijk vereiste diploma.

Voorwaarden met betrekking tot onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten

Een aantal voorwaarden met betrekking tot de onderzoeks-en ontwikkelingsactiviteiten worden ook nog verduidelijkt. Het betreft o.a.:

  • de vraag of het verbeteren of vernieuwen van een bestaand product of proces als onderzoek en/of ontwikkeling bestempeld kan worden;
  • de vraag of onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten verricht door de bank- en financiële sector binnen het toepassingsgebied vallen;
  • de vraag of deze activiteiten ook voor een klant mogen worden verricht en of ze steeds in de onderneming van de werkgever moeten worden verricht.

Bewijs

Het bewijs dat een werknemer effectief tewerkgesteld is als onderzoeker of wetenschappelijk personeel kan met alle middelen van recht worden geleverd. Zo kunnen bijvoorbeeld timesheets opgemaakt door de onderzoekers of het wetenschappelijk personeel in aanmerking worden genomen als bewijs.

Wil u meer weten?

Voor meer informatie kan u hier nog de volledige FAQ raadplegen