43 Gelegenheidswerknemers - extra’s

Paritair (sub-)Comité nr.:
302.00.00-00.00

Bijwerking: 01/08/2013
Geldig vanaf: 01/10/2013
Geldig tot: 30/06/2015

Ter informatie, een gelegenheidsarbeider in de horeca is de werknemer die met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of met een arbeidsovereenkomst voor een welbepaald werk wordt aangeworven door een werkgever van de horecasector of door een interimkantoor ten behoeve van een gebruiker van de horecasector, voor een maximumduur van twee opeenvolgende dagen.

1. Contingenten werknemer en werkgever vanaf 1 oktober 2013

Werknemerscontingent van 50 dagen

Vanaf het 4de kwartaal 2013 (1 oktober 2013) mogen de gelegenheidsarbeiders nog hoogstens 50 kalenderdagen per jaar tewerkgesteld worden in het zogenoemde ‘extrastatuut’, dit wil zeggen in een statuut waarin de socialezekerheidsbijdragen berekend worden op een forfaitair bedrag en dus interessant vanuit financieel oogpunt (zie hieronder).

Na de 50 dagen worden de socialezekerheidsbijdragen berekend op het werkelijke loon van de werknemer.

Met betrekking tot het tellen van de dagen van het contingent zal er 1 dag worden geteld ongeacht het aantal uren dat er op die dag werd gewerkt. Ingeval van ononderbroken prestaties over twee kalenderdagen, zal er toch maar 1 dag worden aangerekend (voorbeeld: beginnen werken op zaterdag om 22 uur en op zondag daarna eindigen om 5 uur = 1 gepresteerde dag). Wanneer er ten slotte verschillende prestaties op een zelfde dag worden geleverd dan zal er toch maar één enkele dag geteld worden aangerekend op het contingent.

De werknemer zal kunnen nagaan hoe de stand in zijn contingent is via een elektronische toepassing horeca@work (vanaf 2014), in navolging van student@work.

Hoewel deze regeling in werking treedt op 1 oktober 2013 zal het contingent van 50 dagen niet geproratiseerd worden in 2013.

Werkgeverscontingent van 100 dagen

Naast het werknemerscontingent wordt er een werkgeverscontingent van 100 kalenderdagen ingevoerd. Na die 100 kalenderdagen zal de werkgever geen beroep meer kunnen doen op het « extrasysteem » maar hij zal natuurlijk wel kunnen terugvallen op de gelegenheidsarbeid met berekening van de socialezekerheidsbijdragen op het reële loon.

Opgelet : als de werkgever uitzendwerknemers als extra’s aan het werk zet dan zullen die dagen ook worden aangerekend op de 100 dagen hierboven.

We leggen de nadruk erop dat dit contingent wordt berekend in dagen. Vandaar dat de tewerkstelling van verschillende extra’s op een zelfde dag het contingent toch maar met één eenheid zal doen slinken( voorbeeld: als er op een zelfde dag 10 werknemers worden tewerkgesteld, dan is het saldo 99 dagen).

Net zoals de werknemer zal de werkgever zijn contingent kunnen inkijken via de personeelslijsten (vanaf 2014).

Hoewel deze regeling in werking treedt op 1 oktober 2013 zal het contingent van 100 dagen niet geproratiseerd worden in 2013.

2. Dimona ingeval van tewerkstelling van een gelegenheidswerknemer

Sinds 1 juli 2007 is de Dimona aangifte verplicht:

  • bij tewerkstelling van gelegenheidswerknemers in de horeca;
  • bij tewerkstelling van uitzendgelegenheidswerknemers ter beschikking gesteld van een werkgever die ressorteert onder het Paritair Comité van de Hotelnijverheid.

Vanaf 1 oktober 2013, zal er voor de gelegenheidsarbeiders dagelijks een Dimona moeten gedaan worden. In de Dimona-aangifte zal de werkgever moeten kiezen tussen:

  • de aangifte van het begin- en einduur van de prestaties en kiezen voor een forfaitair uurbedrag (cf. bedrag hieronder);
  • of alleen het beginuur van de prestatie aangeven en kiezen voor een forfaitair dagbedrag (cf. bedragen hieronder).

In tegenstelling tot de het systeem van Dimona full en light, kan deze keuze variëren per dag en per werknemer.

De door de werkgever gemaakte keuze verbindt hem niet voor het kalenderjaar of nog tegenover al zijn gelegenheidswerknemers. Anders gezegd, de werkgever kan altijd zijn DIMONA-aangiftesysteem veranderen.

Als de werkgever voor de tweede mogelijkheid kiest dan zal hij dagelijks een register voor de meting van de arbeidstijd moeten bijhouden. Dit document is een sociaal document en moet ingevuld en bijgehouden worden zoals het personeelsregister en de individuele rekening.

Dit register dat beschikbaar wordt gesteld door het sociaal fonds van de HORECA, bestaat uit twee delen :

  • Identificatiegegevens van de gelegenheidswerknemers;
  • Formulieren voor werktijdregeling (begin- en einduur van de werkdag).

Meer informatie over het bijhouden en het bewaren van dit register vindt u op www.horecanet.be

Bron: Koninklijk besluit van 13 november 1997 betreffende het bijhouden van een aanwezigheidsregister in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf ressorteren en tot bepaling van de voorwaarden en de nadere regelen volgens welke het aanwezigheidsregister moet gewaarmerkt worden (B.S. 20/12/1997).

Opgelet voor de late dimona’s

Om het forfaitair voordeel te kunnen genieten voor het horeca-gelegenheidswerk moet de Dimona-aangifte tijdig gedaan worden.

Als dat niet het geval is dan zal het forfaitaire voordeel gelegenheidswerk niet kunnen toegepast worden en er zullen bijdragen verschuldigd zijn zoals voor een gewone werknemer:

  • "te laat" zal door de RSZ strikt geïnterpreteerd worden (vb: een dimona gedaan 1 minuut na het begin van de prestaties zal als te laat worden beschouwd);
  • als een aangifte wordt gedaan op basis van een vast uurbedrag en als prestaties worden geleverd na het vermelde aanvankelijk einduur, dan moet er een verbeterde aangifte worden gedaan en niet een annulering van de aangifte (anders kan deze beschouwd worden als zijnde te laat met alle gevolgen van dien op het gebied van bijdragen).

3. Berekening van de RSZ-bijdragen

De voordelige forfaitaire bedragen waarop de socialezekerheidsbijdragen zullen worden berekend, zijn de volgende:

  • 7,5 EUR/uur met een begrenzing op 45 EUR (ingeval er gekozen wordt voor de aangifte van het begin- en einduur van de prestaties);
  • of 45 EUR/dag (ingeval alleen het beginuur van de prestaties wordt aangegeven).

Bij overschrijding van de contingenten waarvan sprake hierboven, zal de werkgever geen beroep meer kunnen doen op de voordelige forfaitaire bedragen maar hij zal terugvallen op de gelegenheidsarbeid met berekening van de socialezekerheidsbijdragen op het reële loon.

4. De situatie van de student-gelegenheidsarbeider

De student zal het RSZ-voordeel voor een tewerkstelling als student mogen combineren met het voordeel in geval van tewerkstelling als extra. Een onderscheid zal gemaakt worden tussen het studentencontingent (50 dagen) en het extracontingent (50 dagen).

Concreet betekent dit dat wanneer de dagen van het studentencontingent opgebruikt zijn, de studenten nog gedurende 50 dagen in het extrastatuut zullen kunnen aangegeven worden.

Dit systeem is ook van toepassing voor de student-gelegenheidsarbeider van de land- en tuinbouw.

5. De situatie van de gelegenheidsarbeider in de horeca en in de land-en tuinbouw

In de land- en tuinbouw wordt het aantal dagen gepresteerd als gelegenheidsarbeider in de horeca afgetrokken van het maximum aantal dagen gepresteerd als gelegenheidswerknemer in land- of tuinbouw. Bijgevolg, met betrekking tot het contingent gelegenheidswerknemer in de land- en tuinbouw, als er 50 dagen in de horeca werden gepresteerd als gelegenheidsarbeider, dan zullen er nog slechts 15 dagen mogen gepresteerd worden tegen een voordelig forfaitair bedrag in de sector landbouw-tuinbouw (want hoogstens 65 dagen gelegenheidswerk in die sectoren).

6. En fiscaal?

Een veralgemeende heffing van 33,31% moet worden toegepast voor de gelegenheidsarbeider "forfait".

7. Nieuwe RSZ-vermindering voor de horecasector

Voor wie?

De korting zou van toepassing zijn op gewone voltijdse werknemers (niet op gelegenheidswerknemers) van de horecasector. De werkgever zou die vermindering voor hoogstens 5 werknemers kunnen genieten op voorwaarde dat de onderneming maximum 49 werknemers heeft (volgens belangrijkheidscode RSZ).

Alleen de werkgevers die een kassa implementeren (zwarte doos) zouden van die RSZ-vermindering kunnen genieten.

Bedrag van de forfaitaire vermindering?

De korting zou 500 EUR per kwartaal bedragen zonder tijdsbeperking. Het forfaitair bedrag zou kunnen opgetrokken worden tot 800 EUR als de werknemer jonger is dan 26 jaar.

Vankrachtwording?

Deze nieuwe vermindering zou samen met de kasregisters worden ingevoerd. Volgens onze jongste informatie, op 1 januari 2014.

8. Afschaffing van het systeem van de superextra's

Sinds 1 juli 2007 kan er geen beroep meer gedaan worden op het systeem van de « SUPEREXTRA'S ».

Deze voordelige regeling op gebied van de aangifte aan de lonen aan de RSZ de inning van de RSZ-bijdragen werd dus afgeschaft. Vanaf die datum is elke gelegenheidswerknemer onderworpen aan de normale RSZ-bijdragen (met inbegrip van de jaarlijkse vakantie).

De aangifte aan de RSZ gebeurt op basis van het reële loon (cf. « full »DIMONA) of op basis van forfaitaire bedragen (cf.«light» DIMONA). De codes voor de aangifte aan de RSZ zijn sinds 1 april 2007 gewijzigd.

9. Structurele vermindering

Een koninklijk besluit kan bepalen dat de minimumprestatiedrempel van 27,5% die moet bereikt worden om de RSZ-verminderingen te genieten, niet moet worden bereikt ingeval van tewerkstelling van personeel in de horecasector dat onderworpen is aan alle takken van de sociale zekerheid.

Een koninklijk besluit van 30 april 2007 (B.S. van 8 juni 2007) zegt dat vanaf 1 april 2007, de minimumprestatiesdrempel van 27,5% die moet worden bereikt om de structurele RSZ-vermindering te genieten, niet van toepassing is op de tewerkstelling van een werknemer bij een werkgever die ressorteert onder het Paritair Comité van de horeca (PC 302).

10. Betaling van de administratiekosten verschuldigd aan een erkend sociaal secretariaat

Een koninklijk besluit kan bepalen dat de administratiekosten die de werkgever verschuldigd is aan een erkend sociaal secretariaat voor werkgevers, worden overgenomen door de RSZ.

Een koninklijk besluit van 30 april 2007 (B.S. van 5 juni 2007) bepaalt dat voor de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité van de Hotelnijverheid (PC 302) en die aangesloten zijn bij een erkend sociaal secretariaat voor werkgevers, de bijdragen in de administratiekosten die verschuldigd zijn aan een erkend sociaal secretariaat, ten laste wordt genomen door de RSZ ten belope van 10 euro per kwartaal en per werknemer voltijds equivalent aangegeven voor het betreffende kwartaal. Dat koninklijk besluit treedt in werking op 1 april 2007.


Historiek
01/04/2024 31/12/2050 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/01/2024 31/03/2024 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/01/2023 31/12/2023 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/10/2022 31/12/2022 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/04/2022 30/09/2022 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/01/2022 31/03/2022 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/10/2021 31/12/2021 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/04/2020 30/09/2021 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/10/2018 31/03/2020 43 Gelegenheidsarbeid (extra’s)
01/07/2017 30/09/2018 43 Gelegenheidswerknemers - extra’s
01/01/2017 30/06/2017 43 Gelegenheidswerknemers - extra’s
01/07/2016 31/12/2016 43 Gelegenheidswerknemers - extra’s
01/07/2015 30/06/2016 43 Gelegenheidswerknemers - extra’s
01/10/2013 30/06/2015 43 Gelegenheidswerknemers - extra’s
01/01/2010 30/09/2013 43 Dimona light vs. full Dimona
01/01/2005 31/12/2009 43 Dimona light vs. full Dimona
01/03/1994 01/03/1995 43 Herverdeling van de arbeid
01/01/1991 01/01/1991 43 Tijdelijke arbeid (extra's)