0503 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders die niet vallen onder de CAO van 21 november 1997

Paritair (sub-)Comité nr.:
327.01.00-00.00

Bijwerking: 01/12/2014
Geldig vanaf: 01/01/2011
Geldig tot: 31/12/2018

CAO 14/02/2012 (nog niet geregistreerd)

Van toepassing op de arbeiders die niet vallen onder de C.A.O. van 21 november 1997.

Bedrag

  • 2011: 123,50 X individueel bruto-uurloon;
  • 2012: 130,09 x individueel bruto-uurloon;
  • Vanaf 2013: 143,26 x individueel bruto-uurloon.

Pro rata (op basis van 38-urenweek) = sectoraal bedrag × (effectief gepresteerde en gelijkgestelde uren/1976).

Betaling

in de loop van de maand december, en ten laatste op 20 december.

Referteperiode

1 december voorgaand jaar tot en met 30 november lopend jaar. 

Toekenningsmodaliteiten

  • De eindejaarspremie wordt berekend naar rata van de effectief gepresteerde en gelijkgestelde uren tijdens de referteperiode
  • werknemers die in de referteperiode werkelijke of daarmee gelijkgestelde prestaties leverden;
  • werknemer moet effectief in dienst zijn op 30 november van het desbetreffende jaar;
  • werknemer moet een anciënniteit hebben van minimum 6 maanden in de referteperiode; 

Gelijkgestelde uren

  • uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur (38u) :        
  1. economische werkloosheid (max. 152u);
  2. ziekte (max. 76u);
  • volgens wettelijke en sectorale beschikkingen :  
  1. betaalde vakantie- en feestdagen;
  2. syndicaal verlof;
  3. familiaal verlof;
  4. kort verzuim;
  5. educatief verlof;
  6. dagen vrijstelling arbeidsprestatie oudere werknemers in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14/02/2012 (nr 108976)

Pro rata toekenning

werknemers die voor 30 november door de werkgever werden ontslagen (behalve om dringende reden);

Uitsluiting

werknemers ontslagen om dringende reden.

Gelijkstelling economische werkloosheid voor de eindejaarspremie (Zie Hfst 2002)

Voor de werknemers met een arbeidsovereenkomst voor arbeiders die niet gevat worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1997 betreffende de functieclassificatie voor sommige personeelsleden in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling, wordt voor de berekening van de eindejaarspremie het maximum aantal gelijkgestelde uren (uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur) in geval van economische werkloosheid opgetrokken van 114 uren naar 152 uren vanaf 2009.

Indien er arbeiders zijn die wel gevat worden door de CAO van 21 november 1997 betreffende de functieclassificatie voor sommige personeelsleden in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling, dan moet het aantal gelijkgestelde uren (uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur) in geval van werkloosheid om economische redenen voor de berekening van de eindejaarspremie, evenwaardig zijn als diegene voor de arbeiders die niet gevat zijn door die CAO van 21 november 1997.

In het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap werd op 14 februari 2012 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de verhoging van de eindejaarspremie in de beschutte werkplaatsen, in uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social profitsector van 2 december 2011. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd NOG NIET geregistreerd

De bepalingen hieronder worden meegedeeld onder voorbehoud.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze collectieve arbeidsovereenkomst en een korte samenvatting.

CAO van 14 februari 2012

Hoofdstuk I. Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de beschutte werkplaatsen, die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen, gesubsidieerd door de Vlaamse gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.

Onder “werknemers” wordt verstaan alle mannelijke en vrouwelijke werknemers, met een arbeidsovereenkomst voor arbeiders die niet worden gevat door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1997 betreffende de functieclassificatie voor sommige personeelsleden in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd afgesloten in toepassing van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de social profitsector van 2 december 2011.

Hoofdstuk II. Voorwerp

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst legt de regels vast, van toepassing op de in artikel 1 bedoelde werknemers, inzake betaling van een eindejaarspremie.

Hoofdstuk III. Bedrag van de eindejaarspremie

Artikel 3

§ 1 Het sectoraal bedrag voor de werkgever te voorzien, voor de eindejaarspremie, komt in de periode 2011-2015 overeen met:

2011 123,50 × individueel bruto uurloon
2012 130,09 × individueel bruto uurloon
2013 143,26 × individueel bruto uurloon
2014 143,26 × individueel bruto uurloon
2015 143,26 × individueel bruto uurloon

Deze bedragen worden geproratiseerd volgens volgende formule (38 u/week):

Sectoraal bedrag × effectief gepresteerde en gelijkgestelde uren

1976

Hoofdstuk IV. Modaliteiten

Artikel 4

De eindejaarspremie wordt berekend a rato van de effectief gepresteerde en gelijkgestelde uren tijdens de referteperiode.

Onder “gelijkgestelde uren” wordt verstaan:

A. Uren geproratiseerd in functie van de werkelijke wekelijkse arbeidsduur (38 u):

– economische werkloosheid (met een maximum van 152 uren);

– ziekte (met een maximum van 76 uren).

B. Volgens wettelijke en sectorale beschikkingen:

– betaalde vakantie- en feestdagen;

– syndicaal verlof;

– familiaal verlof;

– kort verzuim;

– educatief verlof;

– dagen vrijstelling in het kader van de CAO van 14 februari 2012.

Artikel 5

De referteperiode zoals bedoeld in artikel 4 is de periode gaande van 1 december van het voorafgaande jaar, tot en met 30 november van het lopende jaar.

Artikel 6

§ 1 De eindejaarspremie wordt toegekend aan de werknemers die in de referteperiode werkelijke of daarmee gelijkgestelde prestaties leverden en die een anciënniteit hebben van minimum 6 maanden in de referteperiode.

§ 2 Aan werknemers wiens arbeidsovereenkomst vóór 1 december beëindigd wordt, behalve om dringende redenen, wordt pro rata temporis een eindejaarspremie uitbetaald.

Artikel 7

De eindejaarspremie wordt uitbetaald in de maand december en uiterlijk vóór 20 december, behalve voor de ondernemingen die voldoen aan de voorwaarden voorzien in artikel 8, § 2 van deze overeenkomst.

Artikel 8

§ 1 Beschutte werkplaatsen die vóór 28 maart 2006 reeds een systeem van eindejaarspremie op het ondernemingsniveau hebben, kunnen dit systeem mee gebruiken om te voldoen aan de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

§ 2 Beschutte werkplaatsen die naar aanleiding van de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003 een alternatief systeem voor de uitbetaling van de eindejaarspremie overeengekomen zijn kunnen dit systeem behouden, zonder dat dit alternatieve systeem kan uitgebreid worden. In dit kader zullen de door de overheid ter beschikking gestelde middelen in premievorm uitbetaald worden.

§ 3 De sociale partners doen een aanbeveling om bestaande alternatieve systemen om te zetten.

§ 4 Elk alternatief systeem moet netto evenveel bedragen als de netto-uitbetaling in premie.

Artikel 9

De sociale partners blijven streven naar een volwaardige eindejaarspremie, waarbij er een gelijkwaardige geldelijke inbreng is tussen de werkgevers en de overheid.

Deze volwaardige eindejaarspremie wordt geplafonneerd op een bedrag gelijkwaardig aan 164,67 u × het individueel bruto uurloon.

Indien de beschutte werkplaats door de som van eigen inbreng en overheidsinbreng meer zou uitbetalen dan deze volwaardige eindejaarspremie, wordt het plafond van toepassing.

In dat geval kan de beschutte werkplaats beschikken over het resterend bedrag en dient hij op ondernemingsniveau via het bevoegde overlegorgaan de besteding van de middelen te bespreken.

Hoofdstuk V. Geldigheid en slotbepalingen

Artikel 10

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 2006 betreffende de verhoging van de eindejaarspremie en heeft uitwerking met ingang vanaf 1 januari 2011 volgens de in artikel 3 afgesproken gefaseerde verhoging van de eindejaarspremie op voorwaarde dat de subsidiërende overheid de voorziene budgetten vrijmaakt.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzegperiode van 6 maanden.

De opzegging dient betekend te worden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.


Historiek
01/03/2022 31/12/2050 0503 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders die niet vallen onder de CAO van 21 november 1997
01/01/2019 28/02/2022 0503 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders die niet vallen onder de CAO van 21 november 1997
01/01/2011 31/12/2018 0503 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders die niet vallen onder de CAO van 21 november 1997
01/01/2006 31/12/2010 0503 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen - Arbeiders die niet vallen onder de CAO van 21 november 1997
01/12/2002 31/12/2005 0503 0502 Eindejaarspremie - Beschutte werkplaatsen