Kan u zich beroepen op onrechtmatig verkregen bewijs tegenover uw werknemer?

Van 
79055

De privacy van werknemers wordt streng bewaakt in het Europese en Belgische recht. Dit heeft een impact op het vergaren van bewijs over het doen en laten van werknemers. De hamvraag is dikwijls of onrechtmatig (verkregen) bewijs waarde heeft. Hieronder lichten wij toe.

 

Onrechtmatig bewijs en onrechtmatig verkregen bewijs

Een onderscheid wordt gemaakt tussen onrechtmatig bewijs en onrechtmatig verkregen bewijs. Onrechtmatig bewijs kan nooit in aanmerking genomen worden. Voorbeelden zijn bewijsstukken gevormd met miskenning van het beroepsgeheim, ontstaan door valsheid in geschrifte of strijdig met de openbare orde en goede zeden.

Onrechtmatig verkregen bewijs is daarentegen bewijs dat op onrechtmatige wijze verkregen werd, namelijk in strijd met de geldende privacywetgeving. Denk onder andere aan de cao’s inzake camerabewaking op de werkplaats, controle op de elektronische onlinecommunicatiegegevens of uitgangscontroles van werknemers bij het verlaten van de werkplaats.

 

Onrechtmatig verkregen bewijs onder voorwaarden toegelaten in strafzaken

In strafrechtelijke zaken bestaat er geen discussie meer. De rechter kan onrechtmatig verkregen bewijs enkel weren uit de debatten wanneer:

  • er een op nietigheid voorgeschreven vormvereiste wordt geschonden; of,
  • wanneer de betrouwbaarheid van het bewijs is aangetast; of,
  • wanneer het recht op een eerlijk proces in het gedrang komt.

Dit wordt ook de Antigoonrechtspraak genoemd.

 

Toepassing in het arbeidsrecht: ontslag en ontslag om dringende reden

Als werkgever zal de vraag naar de bewijswaarde van onrechtmatig verkregen bewijs vooral spelen bij het opbouwen van een ontslagdossier of het doorvoeren van een ontslag om dringende reden.

De vraag naar de toepassing van de Antigoonrechtspraak in het arbeidsrecht rijst. Rechtspraak toont verschillende antwoorden.

In het verleden werd de Antigoonrechtspraak reeds meermaals toegepast. Bijgevolg werd reeds een onrechtmatig verkregen detectiveverslag in aanmerking genomen, evenals onrechtmatig verkregen e-mails en computergebruik.

In een recent arrest van het Arbeidshof te Luik werd de Antigoonrechtspraak daarentegen afgewezen en het onrechtmatig verkregen bewijs niet in aanmerking genomen. De zaak betrof een onrechtmatig verkregen detectiveverslag waarin de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van een werknemer naar aanleiding van een arbeidsongeval, werd betwist. Aangezien het ging om de verwerking van de persoonsgegevens van een persoon die hiervan niet tijdig op de hoogte werd gesteld (schending van artikel 9 § 2 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens) bestempelde de rechter dit bewijs als onrechtmatig.

In 2015 werd door het Arbeidshof te Brussel eveneens beslist dat bewijs verkregen met miskenning van het briefgeheim niet in aanmerking genomen wordt. Het Hof stelt dat onrechtmatig bewijs hoe dan ook niet in aanmerking genomen wordt. Wanneer dit onrechtmatig verkregen bewijs zou zijn, zo stelt het Hof, dan moet de Antigoonrechtspraak wel worden toegepast. De bewijsmiddelen kunnen dan evenmin in aanmerking genomen worden omdat het recht op een eerlijk proces niet gewaarborgd is.

 

Besluit

Zowel bij de toepassing als de niet-toepassing van de Antigoonrechtspraak merken wij op dat er een proportionaliteitstoets of nog, belangenafweging plaatsvindt.

Wanneer de Antigoonrechtspraak toepassing vindt, wordt deze belangenafweging geïncorporeerd in het al dan niet voorhanden zijn van een eerlijk proces (zie hoger).

Van belang is dan ook de toekomstige rechtspraak die dit begrip verder invult. Op heden moet de werkgever zich steeds bewust zijn van het risico dat hij neemt wanneer hij alsnog beroep doet op onrechtmatig verkregen bewijs, zeker wanneer hij zich baseert op een detectiveverslag.

Nuttig om weten in deze context is dat een detectiverapport door de rechtspraak steeds met een zekere terughoudendheid beoordeeld zal worden. Een beter alternatief bestaat erin om beroep te doen op een gerechtsdeurwaarder.