1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen

Paritair (sub-)Comité nr.:
149.01.00-00.00

Bijwerking: 24/07/2009
Geldig vanaf: 01/07/2009
Geldig tot: 31/12/2011

CAO van 23/06/2009
Geldigheid: 1 juli 2009 - onbepaalde duur

1) De werkgeversbijdrage in de vervoerskosten voor de verplaatsingen van de woonplaats naar de zetel van de onderneming, de aanwervingsplaats of de ophaalplaats

Rechthebbenden

De werklieden en de werksters.

Vervoermiddelen

Alle openbare- en privé-vervoermiddelen.

Bedragen

  • Trein en andere openbare vervoermiddelen: 80% van de prijs van de treinkaart
  • Privé vervoermiddel: barema eigen aan de sector.
  • Fiets: barema eigen aan de sector.

Afstand

  • Trein: geen minimum afstand.
  • Andere vervoermiddelen: vanaf 1 km.

a) RSZ - bijdragen

Op deze vergoedingen zijn geen sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd;

b) Bedrijfsvoorheffing

  • Ingeval van gebruik van een openbaar vervoermiddel zijn deze vergoedingen volledig vrijgesteld van belastingen.
  • Ingeval van gebruik van een privé-vervoermiddel zijn deze vergoedingen onderworpen aan de bedrijfsvoorheffing.

2) De werkgeversbijdrage in de vervoerskosten voor de verplaatsingen van de woonplaats, de zetel van de onderneming of de ophaalplaats naar een werf die niet de aanwervingsplaats is

a) RSZ-bijdragen

1. de vergoeding van 0,2508 EUR per kilometer (privé-vervoermiddel)

is een kost eigen aan de werkgever en dus niet onderworpen aan RSZ-bijdragen.

2. de vergoeding die wordt toegekend aan werknemers die zich verplaatsen met het openbaar vervoer

is een kost eigen aan de werkgever en dus niet onderworpen aan RSZ-bijdragen.

3. De vergoedingen van 0,1086 EUR/kilometer (voertuig van de werkgever) en 0,1223 EUR/kilometer (vergoeding voor de chauffeur)

zijn mobiliteitsvergoedingen die niet onderworpen zijn aan RSZ-bijdragen. Deze bedragen zijn vrijgesteld van RSZ ingevolge het Koninklijk Besluit van 27 september 2006 (B.S. 10 oktober 2006) van toepassing vanaf 1 januari 2004.

4. Indexering van de bedragen

De betrokken vergoedingen worden vanaf 1 februari 2007 jaarlijks geïndexeerd.

b) Bedrijfsvoorheffing

1. de vergoeding van 0,2508 EUR per kilometer (privé-vervoermiddel)

is een kost eigen aan de werkgever en dus niet belastbaar en niet onderworpen aan bedrijfsvoorheffing.

2. de vergoeding die wordt toegekend aan werknemers die zich verplaatsen met het openbaar vervoer

is een kost eigen aan de werkgever en dus niet belastbaar en niet onderworpen aan bedrijfsvoorheffing.

3. De vergoedingen van 0,1086 EUR/kilometer (voertuig van de werkgever) en 0,1223 EUR/kilometer (vergoeding voor de chauffeur)

Deze vergoedingen zijn mobiliteitsvergoedingen.

De fiscus behandelt mobiliteitsvergoedingen op een gunstige wijze in zoverre de volgende voorwaarden zijn vervuld :

  • de forfaitaire regeling van terugbetaling en de vergoedingen die zij vaststelt, moeten worden omschreven bij collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in een paritair orgaan en algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit ;
  • het bedrag van de vergoeding mag de som van € 0,1316 per kilometer afstand tussen de woonplaats en de werkplaats, te berekenen op de afstand heen en terug, niet overschrijden.

De mobiliteitsvergoeding toegekend aan de werknemers wier plaats van tewerkstelling zich op ten minste 5 km van de woonplaats bevindt moet in de mate dat zij niet hoger is dan het bedrag, verschuldigd ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst, in principe slechts voor 50% van het bedrag als een belastbare bezoldiging aangemerkt worden. Het vrijgestelde gedeelte dat wordt geacht overeen te stemmen met eigen kosten van de werkgever mag evenwel niet lager zijn dan € 12,39 per effectief gepresteerde maand.

Vanaf het inkomstenjaar 2005 is het fiscaal gunstregime ook van toepassing op het paritair comité 149.01.

De betaalde mobiliteitsvergoedingen zijn dus belastbaar à rato van 50% en bedrijfsvoorheffing is verschuldigd op het belastbare bedrag.

3) De werkgeversbijdrage in de vervoerskosten voor de verplaatsingen van de ene naar de andere werf

Het zijn kostenvergoedingen die niet onderworpen zijn aan sociale zekerheidsbijdragen noch belastbaar zijn.

In het Paritair Subcomité voor de elektriciens: installatie en distributie werd op 29 mei 2009 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de vervoerkosten. Deze CAO werd geregistreerd onder het nr. 93406/CO/149.01.

Deze CAO werd gewijzigd door een CAO van 23 juni 2009, geregistreerd onder het nummer 94330/CO/149.01. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 19 april 2010 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 juni 2010.

Wij geven u hierna de tekst van de CAO.

Tekst CAO 

In uitvoering van artikel 8 van het nationaal akkoord 2009-2010 van 29 mei 2009.

HOOFDSTUK I. -Toepassingsgebied.Artikel 1.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de arbeiders en de arbeidsters van de ondememingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens: installatie en distributie.Art. 2.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan: de mannelijke en vrouwelijke werklieden.Art. 3.

"De bepalingen van onderhavige overeenkomst zijn alleen toepasselijk indien de werkelijke heen en terug opgetelde afstanden ten minste 1 kilometer bedragen."

Gewijzigd door de CAO nr. 94330/CO/149.01

Tenzij anders omschreven, zijn de bepalingen van onderhavige overeenkomst alleen toepasselijk indien de werkelijke heen en terug opgetelde afstanden ten minste 1 kilometer bedragen.

HOOFDSTUK II. - Vervoerkosten voor de arbeiders die zich van hun woonplaats naar de zetel van de onderneming, de aanwervtngsplaats of de ophaalplaats begeven.

Art. 4.

Vallen onder toepassing van hoofdstuk II, de arbeiders aangeworven ofwel op de zetel van de onderneming ofwel op een werf en die zich van hun woonplaats naar
de zetel of deze werf begeven, alsook de arbeiders die zich van hun woonplaats naar de ophaalplaats, aangeduid door de werkgever, begeven.

Afdeling 1 - Gemeenschappelijk openbaar vervoer

Art. 5.

Wanneer de arbeider zich van zijn woonplaats naar de zetel van de onderneming, de aanwervingsplaats of de ophaalplaats verplaatst met het openbaar of gecombineerd openbaar vervoer, bedraagt de tussenkomst van de werkgever 80% van de totale kost van het vervoerbewijs.

Art. 6.

De sociale partners bevelen de werkgevers aan om gebruik te maken van de derde betalers regeling wanneer de arbeider zich verplaatst met het openbaar of gecombineerd openbaar vervoer. In dit geval is er geen vergoeding aan de arbeider verschuldigd.

Afdeling 2 - Privé vervoer

Art. 7.

Wanneer de arbeider zich van zijn woonplaats naar de zetel van de ondememing, de aanwervingsplaats of de ophaalplaats verplaatst met het eigen vervoer, heeft hij
recht op de werkgeversbijdrage in het maand- of weekabonnement, zoals opgenomen in de tabel gevoegd bij artikel 11 van de collectieve arbeidsovereenkomst 19 octies betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 20 februari 2009.
De verplaatsing met het eigen vervoer heeft betrekking op aile mogelijke eigen vervoermiddelen, ook te voet.

Art. 8

Deze vergoeding op basis van de werkgeversbijdrage in het maandabonnement of weekabonnement, zoals bepaald in artikel 7 van onderhavige overeenkomst, dient
steeds in zijn geheel te worden betaald en dit voor aile dagen van de maand of week afhankelijk van het soort abonnement dat de werkgever als basis gebruikt. Een
omrekening van deze werkgeversbijdrage naar een dagbedrag is niet toegestaan.

Art. 9.

Voor arbeiders die zich voor een gedeelte of voor de ganse afstand met de fiets verplaatsen wordt de tussenkomst van de werkgever, bedoeld in dit hoofdstuk, beschouwd als een fietsvergoeding.
De werkgever zal op vraag van de arbeider jaarlijks de nodige gegevens bevestigen die het de arbeider mogelijk maken zijn fietsgebruik aan te tonen. Deze gegevens
hebben betrekking op de in aanmerking genomen afstand tôt de werkplaats, het aantal gewerkte dagen en de betaalde vergoeding.

Art. 10.

De werkgeversbijdrage in het maandabonnement of weekabonnement, zoals voorzien in artikel 7 van onderhavige overeenkomst, dient jaarlijks op 1 februari te
worden geïndexeerd overeenkomstig de jaarlijkse indexerlng van de treintarieven van de NMBS, conform het advles van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven.

Afdeling 3- Specifieke bepalingen

Art. 11.- Verplaatsing voor leerlingen

Indien een leerling in een systeem van altemerend leren, zich van zijn woonplaats naar de zetel van de onderneming, de aanwervingsplaats of de ophaalplaats
verplaatst, heeft hij recht op een terugbetaling van de vervoerskosten door de werkgever, en dit conform de regels die gelden voor de arbeiders van de sector, zoals
opgenomen in afdeling 1 en 2 van onderhavig hoofdstuk.

Art. 12. - Verplaatsing naar een competentietest

Een arbeider die zich verplaatst om een competentietest voor een ervaringsbewijs af te leggen, heeft recht op een terugbetaling van de vervoerskosten door de
werkgever, en dit conform de regels zoals opgenomen in afdeling 1 en 2 van onderhavig hoofdstuk.
Per kalenderjaar is de werkgever gehouden tôt de terugbetaling van de vervoerskosten voor maximum 1 dag per kalenderjaar.

HOOFDSTUK III. - Vervoerkosten voor de arbeiders die zich van hun woonplaats, de zetel van de onderneming of de ophaalplaats naar een werf begeven, die niet de aanwervingsplaats is.

Art. 13.

§ 1. Vallen onder toepassing van hoofdstuk III, de arbeiders die zich van hun woonplaats naar een werf begeven of van de zetel van de onderneming of van de ophaalplaats naar een werf gevoerd worden, voor zover deze werf niet de aanwervingsplaats van de arbeiders is.
§ 2. Indien de zetel van de onderneming niet enkel fungeert als ophaalplaats, maar dat er tevens arbeid wordt geleverd dan dient de arbeidstijd verloond te worden.
Voor het vervoer naar de werf geldt enkel de mobiliteitsvergoeding.
§ 3. De vergoedingen, zoals opgenomen in de artikelen 14, 15, 16 en 17, van onderhavige overeenkomst, gelden slechts indien de afstand 5 km of meer bedraagt.
Het aantal kilometers dat vergoed wordt door de werkgever, is niet begrensd.

Art. 14. - Type 1 : Openbaar vervoer

De arbeiders die zich met het openbaar vervoer van hun woonplaats naar een werf begeven, die niet de aanwervingsplaats is, hebben recht op een werkgeverstegemoetkoming, gelijk aan de volledige terugbetaling van de totale kost van het gebruikte openbaar vervoer.

Art. 15. - Type 2 : Persoonlijk vervoermiddel

De arbeiders die zich met een persoonlijk vervoermiddel van hun woonplaats naar een werf begeven, dewelke niet de aanwervingsplaats is, hebben recht op een
vergoeding van € 0,2374 per afgelegde kilometer.

Art. 16. - Type 3 : Voertuig van de werkgever

De arbeiders die zich van hun woonplaats naar een werf begeven met een voertuig van de werkgever of van de zetel van de onderneming of een ophaalplaats
naar een werf gevoerd worden, die niet de aanwervingsplaats is, hebben vanaf 1 juli 2009 recht op vergoeding van € 0,1028 per afgelegde kilometer.

Art. 17. - Vergoeding voor de chauffeur

Als chauffeur wordt aanzien de arbeider die met een bedrijfsvoertuig minimum 3 medepassagiers vervoert. De chauffeur ontvangt vanaf 1 juli 2009 een vergoeding
van € 0,1184 per afgelegde kilometer. Gunstiger bepalingen op ondememingsvlak blijven onverminderd van toepassing

Art. 18. - Combinatie van vervoermiddelen

Indien de totaalafstand meer dan 5 km bedraagt, en de arbeiders gebruik maken van een combinatie van verschillende vervoermiddelen hebben ze, voor elk deel
van de afgelegde weg met een bepaald vervoermiddel, recht op de hiervoor overeenstemmende werkgeverstegemoetkoming.

HOOFDSTUK IV. - Betalingsmodaliteiten.

Art. 19.

De werkgeverstegemoetkomingen worden minstens eens per maand vereffend.

Art. 20.

De bedragen van type 1, zoals vastgelegd in artikel 14 van onderhavige overeenkomst, worden aangepast overeenkomstig de tarieven vastgesteld door de NMBS
en de overige vervoersmaatschappijen. De bedragen van type 2 en type 3, zoals bepaald in respectievelijk artikel 15 en 16 van onderhavige overeenkomst, worden jaarlijks op 1 februari geïndexeerd op basis van het sociaal indexcijfer. De aanpassing wordt berekend door de sociale index van de maand januari van het desbetreffende kalenderjaar te vergelijken met de sociale index van januari van het voorgaande kalenderjaar.

Art. 21.

Het geïndexeerde bedrag van type 3 kan evenwel in geen enkel geval het bedrag dat is vrijgesteld van RSZbijdragen overschrijden.

HOOFDSTUK V. - Kosten en vergoedingen voor verplaatsingen vanaf de plaats van tewerkstelling.

Art. 22.

Vallen onder toepassing van hoofdstuk V, de kosten en vergoedingen voor verplaatsingen voor de arbeiders die zich van de plaats van tewerkstelling naar een andere
plaats van tewerkstelling begeven.

Art. 23.

De werkgever betaalt de volledige verplaatsingskosten aan de arbeiders bedoeld in artikel 22.

Art. 24.

De verplaatsingskosten worden berekend volgens het officieel tarief van het normaal gebruikt vervoer.

Art. 25.

De werkgever is niet verplicht de verplaatsingskosten te betalen indien hij een vervoermiddel ter beschikking stelt van zijn arbeiders dat de vereiste veiligheid en
comfort biedt.

Art. 26.

De verplaatsingstijd wordt beschouwd als prestatie-uren en dient als dusdanig verloond te worden, ook indien de verplaatsing met het voertuig van de werkgever gebeurt.

Art. 27.

De berekening van de vergoeding is gebaseerd op het werkelijk uurloon van de betrokken arbeider bedoeld in artikel 22.

Art. 28.

De werkgever die een arbeider naar een werf zendt moet hem behoorlijk kost en inwoon verschaffen voor zover deze verplaatsing een dagelijkse afwezigheid van
meer dan twaalf uur van de woonplaats van de betrokkene veroorzaakt.

Art. 29.

De werkgever kan, in het kader van artikel 28, aan de arbeider die het aangevraagd heeft, het recht toestaan van dagelijks huiswaarts te keren.

HOOFDSTUK VI. - Algemene bepalingen.

Art. 30.

De arbeider moet op de werkplaats, aangeduid door de werkgever, de normale wekelijkse arbeidsduur gangbaar in de onderneming presteren.
De werven aan verkeerswegen, waarvan de plaats niet nauwkeurig kan omschreven worden, door de mobiliteit van het werk zelf, worden voor de berekening van de
verplaatsingskosten, en/of tijd bepaald door het grondgebied van de gemeente waar de arbeider het dagelijks werk aanvangt.

Art. 31.

De verplaatsingstijden zoals voorzien in artikel 26 zijn inbegrepen in de bepaling van het aantal prestatieuren per week zoals vermeld in artikel 30 en maken deel uit
van de wekelijkse arbeidsduur.

Art. 32.

De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn minimum voordelen die andere in de ondernemingen bestaande voordeliger regelingen onverkort laten.

Art. 33.

Voor de toepassing van de artikelen 15, 16, 23 en 24, wordt de berekening van de afstand indien deze niet door de arbeiders aan de hand van vervoerdocumenten
bewezen wordt, in gemeenschappelijk overleg tussen partijen bepaald in elke onderneming, dit teneinde rekening te houden met de geografische bijzonderheden.
De arbeider mag hierbij niet weigeren eventuele vervoerbewijzen of, bij ontstentenis, een door hem ondertekende verklaring, nodig voor het vaststellen van de
afgelegde afstand, aan de werkgever voor te leggen. Deze afstand mag tegenstrijdig gecontroleerd worden.

HOOFDSTUK VIL - Geldigheid.

Art. 34.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2009 en geldt voor onbepaalde duur.

Zij kan door één van de partijen worden opgezegd, ten vroegste vanaf 1 januari 2011, met een opzegging van zes maanden bij een ter post aangetekende brief,
gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens: installatie en distribuée.

Art. 35.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 28 juni 2005 gesloten in het Paritair Subcomité voor elektriciens: installatie en distributie, betreffende de
vervoerskosten, algemeen verbindend verkiaard bij het koninklijk besluit van 12 december 2005 (Belgisch Staatsblad 14 februari 2006).

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
23/06/2009
Registratienr
94330
Geldig van
01/07/2009
Geldig tot
01/01/2012
Neerleggingsdatum
26/06/2009
Registratiedatum
14/09/2009
Onderwerp
financiële bijdrage in de vervoerskosten
BS Bericht van neerlegging
30/09/2009
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
19/04/2010
Gepubliceerd in het B.St. van
18/06/2010
Keywords
VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN

Datum CAO
29/05/2009
Registratienr
93406
Geldig van
01/07/2009
Geldig tot
01/01/2012
Neerleggingsdatum
29/05/2009
Registratiedatum
05/08/2009
Onderwerp
financiële bijdrage in de vervoerskosten
BS Bericht van neerlegging
14/08/2009
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
19/04/2010
Gepubliceerd in het B.St. van
18/06/2010
Keywords
VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN

Historiek
01/01/2023 31/12/2050 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/01/2022 31/12/2022 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/05/2020 31/12/2021 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/02/2020 30/04/2020 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/07/2019 31/01/2020 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/07/2017 30/06/2019 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/01/2012 30/06/2017 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/07/2009 31/12/2011 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/07/2005 30/06/2009 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/09/2003 30/06/2005 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/09/2001 31/08/2003 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen
01/01/1999 31/08/2001 1201 Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten, mobiliteitstegemoetkomingen, kosten en vergoedingen voor verplaatsingen